Als reactie op de breed gesteunde petitie die de stadsdeelcommissie op 4 oktober 2022 uit handen van dorpsraadsvoorzitter Sjoerd Jaasma ontving, hebben de politici van Nieuw-West het bouwplan op de locatie van de voormalige garage Kuykhoven op 25 oktober op de agenda gezet.
Iedereen is van harte welkom om de bespreking over dit betwiste bouwplan, waarvoor geen draagvlak bestaat, vanaf de publieke tribune gade te komen slaan. Meer informatie hierover vindt u in de Agenda van deze website.
Op 14 oktober 2022 spraken de Dorpsraad, ProWest, de V.A.T. en diverse Slotenaren zich tijdens de hoorzitting van de Bezwaarschriftencommissie uit tégen het volgens hen te hoge en daardoor niet passende bouwplan dat zou moeten komen op de plek waar vroeger garage Kuykhoven stond. De hoorzitting werd gehouden in de raadzaal van stadsdeel Zuid. Na afloop in de hal nog even op de foto en napraten…
Foto: Daphne Becking.
Geheimzinnigheid rond zeer gevoelig bouwplan
De stadsdeelcommissie stelt al sinds 2018 al kritische vragen over dit bouwplan in het hart van het beschermde dorpsgezicht. Van de op 17 juli 2018 door de portefeuillehouder beloofde ‘zorgvuldige en open informatievoorziening’ en ‘participatie’, die bij voorkeur zou lijken op het succesvolle traject bij het hotel Greenstay Ditlaar, is helemaal niets terechtgekomen. In tegendeel. Toen de vergunningsaanvraag voor dit bouwplan startte, dacht iedereen nog dat het bouwplan zou bestaan uit huizen van één woonlaag met dak, zoals getoond bij de ‘plaatjes-kijk-avond’ van 10 bouwprojecten op 4 november 2019 in de Molen van Sloten. Daarna werd het stil en twee jaar later bleek er zomaar een extra bouwlaag tussengevoegd te zijn. Waarom de gemeente zo bereidwillig meewerkte aan de bestemmingsplanverandering om die veel hogere huizen mogelijk maakt, blijft een raadsel.
“Ik dacht dat het zinloos was om naar de rechter te gaan”
Tijdens de hoorzitting van de Bezwaarschriftencommissie op 14 oktober 2022 bleek bovendien dat degenen die vorig jaar ook al bezwaar hadden gemaakt zich misleid voelen, omdat zij uit het besprokene in de stadsdeelcommissie op 14 december 2021 opmaakten dat het geen zin had om over de bouwhoogte naar de rechter te stappen. “Bovendien zou de hele juridische procedure in 2022 toch herhaald worden waar wij alle kans zouden krijgen om dit bouwplan te blokkeren”, zo lieten de bezwaarmakers vorige week weten tijdens de hoorzitting van de Bezwaarschriftencommissie, die vorige week op 14 oktober plaatsvond. De ambtenaren zeiden in december vorig jaar dat in deel 2 van deze procedure ‘het bouwen’ en ‘het bouwplan’ behandeld zouden worden. “Een gewoon persoon denkt op basis daarvan dat het dan in deel 2 dus ook gaat over de hoogte van de huizen. Dat is toch een belangrijk onderdeel van een bouwplan? Om nu dan te zeggen dat dat niet zo is en dat we vorig jaar naar de rechter hadden moeten gaan, voelt voor ons als misleiding”, zo lieten de bewoners duidelijk weten aan de leden van de Bezwaarschriftencommissie.
Ambtenaren maakten keuzes in grijs gebied
Het bouwplan ligt na al die jaren nu pas bij de politiek. De ambtenaren hebben onder verantwoordelijkheid van de vorige portefeuillehouder de subjectieve keuze gemaakt ‘dat dit bouwplan wel past in het dorpshart van Sloten’. De jurist van de gemeente gaf op 14 december 2021 al toe dat die beoordeling ‘subjectief’ was. Met andere woorden: Er was sprake van een grijs gebied. Er waren argumenten voor én tegen het vergunnen van dit bouwplan midden op het oude dorpje. Maar, is het niet aan het Dagelijks Bestuur om de belangenafweging tussen winstmaximalisatie van de projectontwikkelaar en het beschermen van het kwetsbare Beschermd Dorpsgezicht Sloten en het leefgenot van de omwonenden te maken?”, vroegen de bezwaarmakers zich af. Nu is de politiek dan eindelijk aan de beurt om hier wat van te vinden. Op 25 oktober 2022 is bij de stadsdeelcommissie dit bouwplan geagendeerd. Het Dagelijks Bestuur van het stadsdeel besluit uiteindelijk of er wel of niet een definitieve vergunning wordt verleend aan dit bouwplan.
Kom ook!
Ook benieuwd wat de stadsdeelpolitici van deze gang van zaken vinden? Kom ook. De vergadering begint om 19.30 uur, maar dit onderwerp begint na 20 uur. Voor de actuele planning, om de vergadering thuis live te volgen of later terug te kijken, klik hier.
Tamar Frankfurther; 14 oktober 2022.
Zie ook:
* 558 ondersteuners petitie “Bescherm Slotens dorpsgezicht”
* Groeiend verzet tegen te hoog bouwplan in het hart van Sloten
* Je kunt het hart van het dorp Sloten maar één keer verpesten
Vier jaar lang was Oud Osdorper Hans de Waal de voortrekker van de Klankbordgroep Oud Osdorp en namens de bewoners van de Osdorperweg de spreekbuis in het overleg met de gemeente om de weg verkeersveilig te krijgen. Samen met drie andere bewoners van de Osdorperweg, onder wie Joke Westerhof, vormde hij de ‘kerngroep’ waarbij wisselend andere bewoners zich aansloten.
De emmer was vol
De voortgang in het overleg was niet alleen moeizaam en frustrerend, vooral het toenemende gevoel door de gemeente als ‘participatie-vee’ te worden gebruikt deed hen uiteindelijk de das om. De laatste uitnodiging van de gemeente op 30 september 2022 was de bekende druppel, die ervoor zorgde dat de groep unaniem besloot om uit het overleg met de gemeente te stappen. “Het was onmogelijk om voor de inmiddels genomen besluiten als klankbordgroep medeverantwoordelijk gehouden te worden. Daarom restte ons nog maar één ‘keuze’: er meteen mee kappen…” Hoog tijd dus voor een interview met Hans de Waal en Joke Westerhof.
Meermalen was Hans de Waal inspreker tijdens de openbare vergadering van de Stadsdeelcommissie Nieuw-West.
Hoe kwam je in de Klankbordgroep terecht?
Hans: “Begin 2018 kwam de gemeente met het onzalige plan een apart fietspad voor beide richtingen naast de westzijde van de Osdorperweg aan te leggen. Daarvoor moesten de huidige sloot en het voetpad opschuiven met als gevolg dat het dijklichaam van de weg moest worden verbreed. Niet alleen landschappelijk, maar ook voor de verkeersveiligheid van de fietsers was dit een onmogelijk plan. Het hield alleen maar rekening met doorgaand fietsverkeer en er waren geen dwarsverbindingen voor fietsers naar de andere zijde om bij de gewenste inrit te komen. Voor de vele bewoners van de oostzijde waren maar enkele dwarsverbindingen voor fietsers om naar de andere zijde bij het zogenaamde ‘veilige’ fietspad te komen. Om nog maar te zwijgen van alle inritten naar huizen en bedrijven waarvan de hellingen steiler zouden moeten worden. De Osdorperweg zou dan een tweebaansweg voor auto’s worden en dat zou de rijsnelheid alleen maar zou verhogen. Kortom, dit plan stond haaks op de uitgangspunten die later zouden worden geformuleerd. Dat was dus voor mij dé reden om via de klankbordgroep te proberen iet te bereiken, om wél iets te doen om de verkeersveiligheid te verbeteren.”
En hoe kwamen die uitgangspunten tot stand?
Hans: “Ten eerste vond ik het heel vreemd dat die uitgangspunten pas hierna werden geagendeerd. Dat voelt dan alsof we weer helemaal van voren af aan moesten beginnen. Uiteindelijk zijn we er in meegegaan om de zogeheten Nota van Uitgangspunten mee te helpen formuleren. Deze zou dan de basis moeten gaan vormen van waaruit je de bijbehorende maatregelen gaat bedenken.”
Waren jullie het eens met de geformuleerde uitgangspunten?
Hans: “In de meeste uitgangspunten konden we ons goed vinden, zoals het weren van doorgaand verkeer en het afremmen van de snelheid. Maar we waren enorm verbaast dat het lijstje met uitgangspunten overduidelijke tegenstrijdigheden bevatte: zoals dat de weg technisch geschikt moest worden gemaakt voor zwaar vrachtverkeer. En dat terwijl er al bijna 60 jaar een inrijverbod geldt voor zwaar vrachtverkeer. We hebben toen een uitgebreide zienswijze en zelfs een raadsadres ingediend, waarop de ambtenarij kwam met een uitslag van een draagvlakmeting onder zowel Halfweg/Zwanenburg alsook een groot deel van Ookmeer. We werden er niet veel wijzer van en pal daarop is de nota goedgekeurd.”
Maar de Osdorperweg valt toch onder een bepaalde wegcategorie?
Hans: “Ja, precies! De Osdorperweg heeft de door de gemeente zelf vastgestelde status van ‘erftoegangsweg’ en de aanwijzing als ‘Hoofdnet Fiets’. Beide onderstrepen dat deze weg niet geschikt is en ook niet geschikt gemaakt mag worden voor doorgaand verkeer. En zéker niet voor zwaar vrachtverkeer. En al helemaal niet omdat er al 60 jaar verbodsborden staan voor zwaar vrachtverkeer.”
Wat moet de gemeente bezield hebben om hierin mee te gaan?
Hans: “We hebben duidelijk het gevoel dat er ondernemers zijn die in een-op-een-contacten met de gemeente zaken geregeld proberen te krijgen. Het vervelende is dat het niet in een open dialoog met alle betrokkenen gebeurt en dat het op stadsdeel- en gemeenteniveau de schijn krijgt van achterkamertjespolitiek. Ik zou anders niet kunnen verklaren waarom de gemeente c.q. het stadsdeel in een uitgangspuntennota zulke tegenstrijdigheden aan ons voorstelt. En ook waarom deze uitgangspunten niet sporen met de toegekende status van ‘erftoegangsweg’ en ‘Hoofdnet Fiets’.”
Welke maatregelen hebben jullie concreet aangedragen om de veiligheid te garanderen?
Hans: “Camera’s! In de afgelopen jaren hebben we gepleit voor een knip, al of niet voor iedereen of alleen voor doorgaand verkeer; een systeem zoals in Sloten en Nieuw Sloten binnenkort wordt ingevoerd. We waren ook te porren voor een minder ingewikkelde aanpak, zoals een snelheidsbeperking voor de hele Osdorperweg van 30 km/h. Maar dan wél met permanente snelheidscontrole en het liefst met trajectcontrole. Op deze wijze garandeer je het beste dat je het hele traject van 30 km/h onder controle krijgt. Er zijn steeds meer gemeentes die deze werkwijze toepassen, dus waarom hier niet?”
Als 30 km/h met camerahandhaving de oplossing is, waarom lukt dat dan niet?
Hans: “Borden met 30 km/h plaatsen gaat zeker lukken, maar de gemeente gaat nooit handhaven. Dat wordt openlijk door het stadsdeel en de gemeente uitgedragen. We hebben dit ook al gezien bij eerdere maatregelen, zoals het verbod op zwaar vrachtverkeer sinds 1963 en het inrijverbod voor auto’s tijdens spitsuren sinds 2014. In beide gevallen zegt de gemeente openlijk: “Dit handhaven we niet.” En dan speelt nog mee wat portefeuillehouder Türkkol vorige week op de SDC-vergadering zei, namelijk dat de politie destijds niet betrokken is geweest bij de besluitvorming van een verbod en om die reden ook niet gaat handhaven. Dat is toch wel een heel stuitende reactie op overheidsniveau!”
Wat vindt de politiek van dit alles? Kunnen jullie daar jullie ei nog kwijt?
Hans: “Met de politieke vertegenwoordigers in de stadsdeelcommissie (SDC) Nieuw-West hebben we zeker goede contacten. Regelmatig springen zij voor ons in de bres. Ik denk dan aan de SDC-vergadering van februari 2022 waar dankzij de mondelinge vragen van enkele partijen met meerderheid een motie werd aangenomen om op de Osdorperweg een knip in te voeren en een maximum van 30 km/h. De teleurstelling kwam daarna, toen het toenmalige DB te kennen gaf deze motie naast zich neer te leggen en een andere weg te bewandelen: wéér uitstel, wéér nieuw onderzoek, rekken en vertragen, zonder resultaat! En zo zijn we al jaren bezig met alles voor ons uit te schuiven en de onveiligheid blijft totdat het een keer écht misgaat.” Een blamage voor de democratie en ons openbaar bestuur…”
Had je niet de neiging om die lui eens goed wakker te schudden?
Hans: “Dat heb ik volgens mij zeker gedaan. Onder andere door in het afgelopen voorjaar tweemaal in te spreken op de openbare SDC-vergadering. De eerste keer heb ik aan de hand van afbeeldingen de onveiligheid nog weer eens aangetoond met de opmerking dat er nu daadwerkelijk aangepakt moet worden. De tweede keer was ik er om te vertellen dat ik ermee ga stoppen, omdat er in die tussentijd echt helemaal niets was gebeurd! Ik heb toen de DB-voorzitter Emre Ünver voorgehouden dat hij bij een ernstig ongeluk persoonlijk verantwoordelijk is voor deze situatie, puur omdat actie achterwege blijft. Zijn toezegging om na de vakantie samen met de nieuwe portefeuillehouder Nazmi Türkkol bij mij langs te komen om de situatie persoonlijk te bekijken, is hij overigens nagekomen. Ook de SDC is nog met een delegatie langs geweest. Ik moet eerlijk zeggen dat Ünver wel even schrok van een te zware vrachtwagen die de voorrangsregel bij de versmalling duidelijk zichtbaar bruut aan zijn laars lapte en vlak langs ons gezelschap denderde met duidelijk te hoge snelheid… En even verderop haalde die reusachtige vrachtwagen ook nog ‘even’ een fietser in. Vroeg of laat gaat het hier fout.”
En is de nieuwe portefeuillehouder na dat bezoek tot inkeer gekomen?
Hans: “Ik hoopte dat te mogen horen tijdens de laatste SDC-vergadering begin oktober. Maar zijn reactie op diverse vragen van de SDC-leden, o.a. van Piet Boon van GBW!, vond ik tegenvallen. Het was hetzelfde verhaal dat Ünver vóór de vakantie ook al vertelde over de aanpak: “Eerst opknappen, dan een jaar monitoren of er meer of minder dan 6.000 auto’s langskomen, en dan pas bekijken naar b.v. een knip.” Het zou juist een uitgelezen kans zijn geweest om direct na 7 maanden onderhoud waarbij het verkeer al die tijd tóch al moet omrijden deze gewoonte daarna voort te zetten door bij de heropening doorgaand verkeer te weren of te ontmoedigen.”
Vertrouwen naar nulpunt
Ook Joke Westerhof, bewoonster van de Osdorperweg, ziet geen heil meer in verdere samenwerking met de gemeente.
Joke: “Ik zit nu 23 jaar in verschillende actiegroepen, waaronder de Klankbordgroep. We hebben ons al die tijd ingezet om dit gebied landelijk te houden en om deze oude veendijk veiliger en leefbaarder te maken voor met name het langzame verkeer en haar bewoners. Maar nu is ook mijn vertrouwen in de lokale politiek tot een nulpunt gedaald. De zogenaamde tussentijdse oplossingen om bewoners tegemoet te komen hebben niet gewerkt. Vaak werd juist het tegenovergestelde bereikt. Dit geldt zeker voor de huidige wegversmalling vlak voor mijn voordeur. Bijna dagelijks gaat het hier wel een keer bijna mis. Zelf ben ik hier op een haartje na geschept door een auto die nog snel even er doorheen schoot en tegelijkertijd moest uitwijken. Deze dagelijkse praktijk in combinatie met het niet willen handhaven en de wijze waarop nu het groot onderhoud wordt aangepakt (dat de weg nu geschikt gemaakt wordt voor zwaar vrachtverkeer) doet voor mij de emmer overlopen.”
Ik ga verhuizen
Joke: “Ik ben een van de bewoners aan de Osdorperweg die over een week gaat verhuizen uit angst voor mijn veiligheid in de nabije toekomst en voor de staat van mijn woning. Ik ben, als 70-jarige, nu nog mobiel en neem hier enkel en alleen als fietser deel aan het verkeer. Ik had hier graag veilig oud willen worden in deze, weliswaar steeds minder mooie, landelijke omgeving.
Ook mijn buren met kleine kinderen hebben hun huis onlangs te koop aangeboden. De weg is in de loop der jaren steeds meer een racebaan geworden en ook het trillen en schudden van de woningen in de oude dorpskern is alleen maar toegenomen.”
Ook Hans de Waal denkt erover op termijn te gaan verhuizen: “Het langsrazende verkeer waaraan al jaren niets wordt gedaan bederft steeds meer mijn woongenot. Net zoals Joke en enkele andere gezinnen kijken ook wij uit naar een verkeersveiliger locatie om zonder angst veilig oud te worden.”
Gemeente negeert eigen regels Joke: “Het gaat allang niet meer om het welzijn van de burger, maar om het financieel / economisch belang van in ieder geval (enkele) ondernemers hier aan de weg. Zelfs bestemmingsplannen worden hiervoor aangepast om bijvoorbeeld twee woningen te mogen bouwen op de Oude Begraafplaats, een kavel van de Parochie in het landelijk gebied. Bovendien wordt er hier ook afgeweken van het eigen Amsterdamse beleid wat betreft autoluw, de 30 km/h-zone en het Hoofdnet en Plusnet Fiets.”
Geschoffeerd over festivalbeleid Hans: “Nu we het toch over het gemeentelijk beleid in het algemeen hebben, wil ik nog even de Polderheuvel noemen. Op dit terrein hier in de ‘Tuinen van West’ is enkele jaren terug in samenspraak met de bewoners een plan voor kleinschalige festivals vastgesteld. Twee jaar terug kwam de burgemeester daar opeens eenzijdig op terug om meer en grotere festivals toe te staan. Als bewoners die toen deelnamen aan de participatie voelden we ons toen behoorlijk geschoffeerd. Nog nauwelijks hiervan bekomen, werd ons als klap op de vuurpijl daarna gevraagd of we zitting wilden nemen aan een zogeheten ‘dialoogtafel’ om nieuw beleid hiervoor te ontwikkelen!”
Voor de show meedoen aan participatie?
En Hans vervolgt: “Met de Osdorperweg gebeurt nu hetzelfde: De gemeente neemt een besluit over een tegenstrijdig uitgangspunt, namelijk om zwaar vrachtverkeer te gaan toelaten. En daarná vraagt de gemeente ons om mee te denken over de uitwerking van de uitgangspunten. De uitvoerder heeft de opdracht al binnen. Meedenken is dus alleen maar voor de show en invulling van de participatieverplichting. NO WAY dat ik me hiervoor laat gebruiken en dus medeverantwoordelijk zou zijn voor de levensgevaarlijke nieuwe Osdorperweg!”
Participatie-vee
Joke: “Ja, Hans heeft gelijk. Het is echt wachten, hoe erg dat ook klinkt, op een dodelijk ongeval. Het schijnt zo te zijn dat de gemeente Amsterdam daarna pas de juiste actie gaat ondernemen. Tot die tijd worden wij, de bewoners van Oud Osdorp, kennelijk alleen aangehoord en gebruikt om te voldoen aan de participatiewet. En ze geloven ons niet. Zelfs aangenomen moties van de stadsdeelcommissie worden genegeerd. Men bedenkt aan de lopende band nieuwe (oude) plannen en voert onderzoeken (opnieuw) uit. Zo wordt de Osdorperweg nooit leefbaarder, veiliger en trillingvrij; toch het beoogde resultaat. En dat allemaal op kosten van onze belastingcenten! Nogmaals, mijn vertrouwen in de lokale politiek is volledig weg.”
Hans: “Met het geplande, extra dure (nieuwe zware funderingen) groot onderhoud en de nieuwe inrichting zonder handhaving creëert de gemeente willens en wetens een levensgevaarlijke weg. Wij als kernteam passen ervoor om daarvoor nog langer medeverantwoordelijk te zijn via zogenaamd bewonersoverleg of bewonersparticipatie dat in onze ogen alleen maar gebruikt wordt om een administratieve verplichting in te vullen. Dit voelt alsof wij participatie-vee zijn.”
Hoe nu verder?
Hoe de participatie vanuit de bewoners een vervolg gaat krijgen is de vraag die nu bij gemeente en stadsdeel op tafel zal liggen. Bewonersparticipatie bij veranderingen in de leefomgeving is nu eenmaal vanuit de overheid een vast gegeven waaraan voldaan moet worden. De Klankbordgroep Oud Osdorp heeft deze functie jarenlang vervuld totdat deze per 1 oktober 2022 werd beëindigd. De vraag is of na alle negatieve ervaringen andere bewoners opstaan, die zich hiervoor gaan lenen.
In ieder geval is de Dorpsraad Sloten-Oud Osdorp in het landelijk gebied van Oud Osdorp al sinds 1963 de door de bewoners gekozen vertegenwoordiging – en als zodanig ook formeel de gesprekspartner – van de overheid. En het strekt in ieder geval tot optimisme dat de helft van de huidige dorpsraadleden woonachtig is op de Osdorperweg…
Hans: “Maar ook de Dorpsraad kan niet altijd op tegen de macht van de juristen van ondernemers. Daar zijn al verscheidene voorbeelden van. Ik stop er in ieder geval mee, en met mij zo’n zestig bewoners die ik in een mailgroep had. Wie er daarnaast overblijft moet zich terdege bedenken dat het een verhaal is met een heel lange historie. Ik hoop straks mijn huis te verkopen aan een goede advocaat met op de fiets schoolgaande kinderen…”
Theo Durenkamp; 13 oktober 2022.
Zie ook: Afscheidsbrief van Klankbordgroep Oud Osdorp (KOO) en het vervolg
Zie ook: www.theodurenkamp.nl/artikelen/interview-met-klankbordgroep-daarom-stoppen-wij-ermee
Op zondag 9 oktober 2022 werd een bijzondere viering gehouden in de Slotense Sint-Pancratiuskerk.
Pastor Andy Jebarus van de parochie ‘De Vier Evangelisten’ noemde tijdens de eucharistieviering alle nu bekende (familie)namen jonge Slotenaartjes die heel jong gestorven zijn en wijdde later de aarde waarin ze begraven liggen. Doordat deze kindertjes destijds kort na hun geboorte al zijn overleden, waren ze nog niet gedoopt.
Viering in de Sint-Pancratiuskerk. Pastor Andy Jebarus gaat voor; 9 oktober 2022.
Foto Tamar Frankfurther.
Gewijde aarde
Gewijde aarde heeft betrekking op een terrein dat voor begraving is bestemd en door een priester met wijwater is ingezegend. Het gewijde terrein, dat aanvankelijk rondom of naast de kerk lag (hof van de kerk, in het Latijn cimeteria ecclesiae; kerkhof) had dezelfde rechtspositie als het kerkgebouw. Voor ongedoopten, zelfmoordenaars en bannelingen was begraving in deze aarde onmogelijk.
Zie ook: gewijde aarde (Funerair Lexicon).
In ongewijde aarde
Tot in 1965 betekende dat op Sloten dat deze kleine hummeltjes niet in gewijde grond begraven mochten worden. Daarom werden ze náást het pad naar de begraafplaats achter de kerk begraven. Op een plek met grond die niet gewijd was. Daarmee werden de toen nog geldende kerkregels gevolgd. “Deze begrafenissen vonden in stilte plaats, maar wel in het bijzijn van de pastoor”, zo weet Slotenaar Suze van Scheppingen zich te herinneren. “Mijn vader was hier op Sloten koster en begrafenisondernemer. Daarom was dit in ons gezin allemaal bekend. Omdat ik de plek bij de dode boom zo kil vond, heb ik 2014 – in overleg met Pastoor Bankras – het engeltje in de boomholte geplaatst. Dat gaf troost.”
Namen van 15 kleine Slotenaartjes
Het was indrukwekkend hoe Jenno Fabriek aan het begin van de viering de (familie)namen voorlas met – voor zover bekend – het jaar van overlijden. Hij noemde de namen van 12 families, die in de periode 1908 – 1965 op die plek 15 kindjes (onder wie drie tweelingen) hebben moeten begraven. Deze verliezen zijn voor deze families vaak ook nu nog voelbaar. “Ik weet zeker dat het om véél meer kindjes gaat”, zei de huidige bewoner van de pastorie na afloop. “Want er ontbreekt een heel stuk van het kerkarchief en vroeger liepen veel zwangerschappen niet goed af.”
Pastor Andy Jebarus van de parochie De Vier Evangelisten ging voor en sprak de hoop uit dat het hardop uitspreken van de (familie)namen, het creëren van een zichtbare herdenkplek en het herplanten van de treures de betrokken families zal helpen om de pijn te verzachten. Bovendien zullen bezoekers aan het kerkhof deze voortaan gemarkeerde plek nu met rust en aandacht aanschouwen, waardoor het verdriet wordt gedeeld.
Onzekerheid van de kerk
De pastor liet er geen misverstand over bestaan: “Waarschijnlijk heeft de kerk deze regel, dat ongedoopte kindertjes niet in gewijde grond begraven mochten worden, uit onzekerheid gemaakt. God houdt van íedereen. Oók van degenen die niet gedoopt zijn. Waarom zou er dan ‘gewijde’ en ‘ongewijde’ grond moeten zijn? Dat is onzin! Wij denken aan deze kindertjes, onze engeltjes, en ze blijven voor altijd in ons hart.”
Met passende gedenkplaat
Na de viering in de kerk ging iedereen op deze stralende herfstdag rond de dode treures staan. Vervolgens heeft Pastor Andy de aarde rond de boom – waar de kindjes begraven liggen – alsnog gewijd. Eerst met wijwater en daarna met wierook.
Bovendien hebben de kindertjes nu een mooie gedenkplaat gekregen, die steenhouwerij Lavertu heeft aangeboden. Zo hebben de families die tot in de jaren zestig hun toch al gevoelige verliezen op deze manier moesten ondergaan, nu alsnog een herdenkplek. Tijdens de viering en na afloop in het Parochiehuis bleek eens te meer dat de oude wonden bij deze families nog niet geheeld zijn. Pastor Andy sprak de hoop uit dat het hardop uitspreken van de (familie)namen, het creëren van een zichtbare herdenkplek en het herplanten van de treures hen zal helpen om de pijn te verzachten. Bovendien zullen bezoekers aan het kerkhof deze voortaan gemarkeerde plek nu met rust en aandacht aanschouwen, waardoor het verdriet gedeeld wordt.
Oud Osdorpse treures verhuisde in 1901 mee naar Sloten
Toen bij het onderhoud van de Sint-Pancratiusbegraafplaats de vraag rees of de dode treures naast het pad kon worden gerooid, vernamen Jenno en Angela Fabriek dat deze dode boom een verhaal heeft. Toen werd (voor sommigen opnieuw) bekend dat het engeltje in de dode treures waakt over de daar begraven niet gedoopte kindjes. En dat deze boom dus nooit gekapt mag worden. Als uitvaartondernemers hadden Jenno en Angela goede contacten met Lavertu en zo ging het balletje rollen…
De kans is groot dat ook op het oude kerkhof van de vroegere Sint-Pancratiuskerk in Oud Osdorp kindjes buiten de begraafplaats begraven liggen. Vermoedelijk gebeurde dat ook daar bij de treures die daar nog altijd staat en leeft. De Oud Osdorpse treures is – toen de kerk van Oud Osdorp naar Sloten verhuisde – geënt en is dus de moeder van de ent die in 1901 op Sloten werd geplant, het jaar dat de nieuwe katholieke kerk op Sloten in gebruik werd genomen. Zo verhuisde de treures als het ware mee met de parochie naar Sloten. De dode boom met daarin het engeltje blijft natuurlijk staan.
Nieuwe nakomeling van Oud Osdorpse moederboom
“Maar”, zo was de gedachte, “zou het niet mooi zijn om bij deze gelegenheid opnieuw een stek van de nog altijd levende moederboom in Oud Osdorp bij de op Sloten begraven overleden kindertjes te planten?” Oud Osdorpers Wim Schelling en Theo Durenkamp zijn vervolgens naar de Oude Begraafplaats aan de Osdorperweg gegaan in de hoop een zaailing van de moederboom aan te treffen. Helaas was die er niet. Daarom is er op 9 oktober alleen symbolisch een twijg van de oude treures ‘geplant’ op Sloten. Durenkamp: “Daarmee hebben wij – nu alvast symbolisch – de handeling herhaald die anderen 121 jaar geleden ook al verrichten. Dat is toch bijzonder.” Over ongeveer een half jaar is de dan in Oud Osdorp gekweekte stek van ‘moeder treures’ hopelijk zo sterk dat deze succesvol op Sloten geplant kan worden.
De nieuwe treures wordt dan overigens aan de ándere kant van het pad – tegenover de dode treures – geplant. “Zo weten we zeker dat een eventuele ziekte van de dode boom niet wordt overgebracht op de nieuwe boom. En nog belangrijker: Dan kunnen we niet per ongeluk gaan graven op de plek waar de kindertjes begraven liggen”, zo vertelt Corrie van Weerdenburg, die na de viering als vanouds ook weer voor de koffie in het Parochiehuis zorgde.
Bij deze nieuwe oude boom komt ook een bordje met de tekst: ‘Nieuw Leven’. Hier staat een stek van de oude treures van de Osdorperweg. De oude dode treures aan de overzijde.’.
De treures (Fraxinus excelsior ‘Pendula’) is een cultivar van de gewone es (Fraxinus excelsior).
Tamar Frankfurther; 10 oktober 2022
Zie ook:
* Onder de dode treures naast het Sint-Pancratiuskerkhof op Sloten
* Ongewijde-aarde (www.anderetijden.nl)
Na de onthulling en verwelkoming van de gerestaureerde Slotense brandspuit uit 1880 in het Slotense Tuinpark V.A.T. op 28 augustus 2022 vroegen velen zich af hoe de brandweer op Sloten eigenlijk werkte.
“Op het dorp stond met ingang van 1932 ook een brandmelder. Welke rol vervulde die bij het melden van branden?” En: “Welke Slotenaren zaten er in de Brandploeg?” Diverse Slotenaren halen herinneringen op.
De brandploeg poseert tijdens een oefening bij de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder. V.l.n.r.: Joop Schönhage, Gijs Stolk, onbekend, postbode Punt. Rechts achteraan: Wim Wiebes, onbekende man met pet, Henk Mol (vader van Rietje Mol en opa van Els en Willy), Tinus Worm. De man rechtsvoor met de hoed is Henk Königsmann. Foto: Familiearchief Rietje Mol, circa 1955.
Brandploeg: ieder zijn eigen taak
In de ‘Instructie voor de brandmeesters der vrijwillige brandweer in het buitengebied van de Gemeente Amsterdam’ uit 1967 werden de regels gedetailleerd uit de doeken gedaan. In het buitengebied van de gemeente Amsterdam bevonden zich in 1967 nog zes brandwijken, die deel uitmaakten van drie brandweer-secties: Sloten, Osdorp en Noord.
Het personeel van de brandwijk Sloten bestond uit een 1e en een 2e brandmeester, een spuitoppasser, hooistekers en een aantal spuitgasten. De brandmeesters droegen de zwaarste verantwoordelijkheden bij het ‘blussingswerk’, het oefenen, de administratie, het rapporteren over van alles en nog wat en het onderhoud van het materieel en het spuithuisje. Het personeel was verplicht om alle bevelen op te volgen en mocht zich zonder toestemming van de bevelvoerder niet van het brandterrein verwijderen.
Piet Ebbers eerst 2e en toen 1e Brandmeester
De werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp beschikt over een officiële aanstellingsbrief gedateerd op 1 september 1955. Op die dag werd de Slotense loodgieter Piet Ebbers van Sloterweg 1201 namelijk aangesteld als ‘2e Brandmeester in de brandwijk Sloten’. Hij was, zo staat in de arbeidsovereenkomst van 23 augustus “verplicht om de arbeid persoonlijk te verrichten”. Piet Ebbers ontving hiervoor het salaris van ƒ 152,– per jaar: “… hetwelk aan het einde van het kalenderjaar zal worden uitbetaald…”. Twee jaar later promoveerde Piet al tot 1e Brandmeester en nam Gerrit van der Puij de functie van 2e Brandmeester over. Gerrit heeft ervoor gezorgd dat de brandspuiten van Sloten en Osdorp behouden zijn gebleven voor het landelijke gebied. De Slotense spuit staat nu bij de entree van Tuinpark V.A.T. en de Osdorpse staat in de hal van de brandweerkazerne aan de Ookmeerweg.
Oefening van met de brandspuit van Sloten aan de Ringvaart; 1955. Foto: Nationaal Brandweer Documentatiecentrum.
Broeiing van hooi leidde tot branden
De geschiedenis van het Slotense brandweercorps gaat te ver terug om uit de begintijd nu nog verhalen boven water te halen. Wat wel bekend is, is dat hooibranden het vaakst voorkwamen in het landelijke gebied. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het oudste document in het archief van de werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp (gedateerd op 30 november 1948) juist hierover gaat. Het betreft de ‘Instructie voor brandmeesters en hooistekers in het buitengebied der Gemeente Amsterdam’. De ‘buitengemeente’ van Amsterdam was verdeeld over tien hooidistricten. Het hooidistrict ‘Sloten’ stond onder controle van de brandmeesters van de brandwijk Osdorp. Ieder district had zijn eigen hooistekers.
Een passage uit de instructie: “Wanneer hooi (te sterk) broeit, is de eigenaar, huurder of gebruiker van het perceel waarop het hooi zich bevindt verplicht om hiervan onmiddellijk kennis te geven aan de brandmeesters of hooistekers van het hooidistrict, welke personen daarop een onderzoek instellen. Bij het ontdekken van een broeiing onderzoeken zij het hooi met hooi-ijzers en gelasten zo nodig spitten, omwerken of verspreiden daarvan door de eigenaars, huurders of gebruikers.” Alles wordt gedetailleerd beschreven, tot en met de noodzakelijke “nacontrole tot het gevaar voor brand was geweken”.
Oefening van met de brandspuit van Sloten. Ter hoogte van Sloterweg 1277; 1955. Foto: Nationaal Brandweer Documentatiecentrum.
Meestal kleine veenbranden
Zoon Dirk Ebbers weet zich nog wel te herinneren hoe dat in zijn jeugd ging. “Er kwam dan iemand aan de deur met een brandmelding. Mijn vader nam dan altijd eerst contact op met de brandmeester in de stad. Daarna was het zijn taak als 1e brandmeester om snel ter plaatse te gaan kijken wat er aan de hand was; om wat voor brand het ging. En om een inschatting te maken of de brandweer uit de stad moest komen. Ik herinner me dat het relatief vaak om een veenbrand of een brand in een hooiberg ging.”
Rietje de Jong-Mol (1938) herinnert zich nog een grote vreselijke brand “bij Meekel aan de Zuiderakerweg. Dat was echt heel erg en er waren ook doden te betreuren. Natuurlijk was de echte brandweer toen snel ter plaatse. Voor zover ik me dat kan herinneren was dat gelukkig echt een uitzondering.”
Brandmelder nog nooit gebruikt
Degene die de brand gemeld had zorgde er ondertussen voor dat het nieuws zich als een ‘waarschuwend vuurtje’ door het dorp verspreidde. De overige leden van de brandploeg verzamelden zich snel bij de vroegere tramremise en later bij het Spuithuis. De brandspuit werd naar buiten gesleept en naar de plek des onheils getrokken. Dirk: “Negen van de tien keer kon de brandploeg het zelf afhandelen, maar de brandmeester uit de stad kwam toch bijna altijd kijken. Zo nodig kwam de brandweer met groot materieel. Dit hele proces stond – voor zover ik het me kan herinneren – altijd los van de brandmelder op het dorp. Op het moment dat Amsterdam die in 1932 hier op het dorp neerzette, waren de Slotenaren al gewend aan hun eigen procedures.
Voor zover ik me kan herinneren, is-ie hier nóóit gebruikt. Maar ja, Sloten maakte sinds 1921 volwaardig deel uit van Amsterdam en het dorp had daarom ook recht op zo’n paal.” Rietje de Jong-Mol bevestigt deze herinnering: “Nee hoor, leuk die paal, maar hij is nooit gebruikt. Als er brand was, dan ging je dat meteen bij Ebbers en Van der Puij melden.”
Prima bijbaan
De Slotenaren vonden het prima om in deel uit te maken van de brandploeg. Ze kregen per keer dat ze moesten uitrukken betaald. En, niet onbelangrijk, degenen die in de Slotense brandploeg zaten kregen vrijstelling voor de BB (Bescherming Bevolking). Dat was een naoorlogse organisatie die in 1952 was opgericht door de overheid. De BB was een onderdeel van de civiele verdediging en had als taak om de bevolking te beschermen tegen de onmiddellijke gevolgen van oorlogsgeweld gedurende de periode die nu bekend staat als de Koude Oorlog.
Spuitoppasser en de spuitgasten
Zowel het blusvoertuig zelf als zijn onderkomen (het spuithuisje) moesten natuurlijk in goede staat verkeren. De spuitoppasser had tot taak om al het blusmaterieel en het spuithuis goed te onderhouden. In de ‘Instructie voor de Brandmeesters der Vrijwillige Brandweren in het Buiten-Gebied der Gemeente Amsterdam’ gedateerd 15 april 1930 staat een uitgebreide taakomschrijving van de spuitoppasser: “Hij zorgt dat de spuit voor blusschingswerk te allen tijde in goeden staat verkeert. Hij waakt voor het uitdrogen der zuigers gedurende den zomer en het vastvriezen der kleppen (van de pomp) gedurende de winter.
Na een brand of een oefening, waarbij het voertuig in werking is geweest, wordt dit door den spuitoppasser geheel schoon- en drooggemaakt; natte slangen worden te drogen gehangen. Kleine herstellingen worden door hem verricht. Het benoodigde vet, poetskatoen enz. wordt hem verstrekt. Blijken groote herstellingen noodig, moet de spuit of het spuithuis geschilderd worden of zijn slangen defect, dan meldt hij dit aan den 2den brandmeester, die zich in verbinding stelt met den hoofdbrandmeester der hoofdwacht, waaronder de brandwijk ressorteert.” Beide brandmeesters en de spuitoppasser kregen een jaarwedde of vergoeding.
De pijpvoerders, spuitstellers en pompers hadden geen contract maar kregen betaald: “gedurende den tijd dat zij te werk gesteld zijn”. Het ging om een uurtarief: de pijpvoerders kregen ƒ 1,50 per uur (tussen 22 en 6 uur en op zondagen: ƒ 2,–) en de spuitstellers en pompers kregen ƒ 1,– per uur (tussen 22 en 6 uur en op zondagen: ƒ 1,50). Deze Slotense spuitgasten trokken de brandspuit voort aan de twee trekbomen, zorgden ervoor dat de slangen goed lagen, hadden de zware taak om het water uit de sloot te pompen en verleenden allerhande ondersteunende taken.
Het Spuithuis washet onderkomen van de brandspuit op Sloten. Het huisje is tegenwoordig een gemeentelijk monument en staat nu op het erf van de bewoners van Sloterweg 1277. Foto: Erik Swierstra; 5 mei 2015.
Rietje Mol (6) viel in de Ringvaart
In principe moest er, volgens het reglement, iedere maand worden geoefend, maar in de wintermaanden (december tot en met maart) kon worden verzocht om in plaats van de oefening een theorieles te houden. Rietje de Jong-Mol, die sinds haar geboorte nog altijd op Sloten woont, weet zich te herinneren dat er op Sloten niet zo vaak werd geoefend: “Nee hoor, op Sloten gingen ze één keer per jaar oefenen en niet vaker. Ik herinner me dat ik als kind daar graag naar ging kijken. Ik weet het nog precies: Ik was zes jaar en kon nog niet zwemmen. Hoe het zo kwam, weet ik niet meer, maar op de een of andere manier ben ik toen in de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder gevallen. Mijn vader Henk sprong uiteraard meteen in het water om me te redden. Dat heeft diepe indruk op me gemaakt. Ik weet het nog altijd!”
Wie álles wil weten over de procedures en werkwijzen voor de Slotense vrijwillige brandweerlieden in 1911: Reglement Brandweer Sloten NH – 1911.
Meer informatie over de vrijwillige brandweer van Sloten
Waarschijnlijk kreeg Sloten in 1885 zijn eigen vrijwillige brandweercorps, dat bij het blussen gebruik maakte van de ‘Handspuit Otterbein’. In het Stadsarchief Amsterdam ligt een reglement uit dat jaar opgeslagen met daarin de voorgeschreven gang van zaken bij brand in verschillende gebieden. Hierbij wordt Sloten ook vermeld.
Eerder werd een interessant artikel over de brandweer in de voormalige gemeente Sloten gepubliceerd. Hierin treft u ook informatie over de brandspuit van Osdorp, die tegenwoordig – eveneens gerenoveerd – zijn thuisbasis heeft in de brandweerkazerne aan de Ookmeerweg.
Tamar Frankfurther, september 2022.
Zie ook:
* Unieke brandmelder staat bij het Politiebureautje
* Slotense brandmelder in 1933: het nieuwste van het nieuwste
* De brandweer in de voormalige gemeente Sloten
* Slotense brandspuit verhuist van Molen naar Tuinpark V.A.T.
* Brandspuiten uit Sloten en Oud Osdorp
* Tuinpark V.A.T.: de zevende standplaats voor de Slotense brandspuit
* Grondige restauratie Slotense brandspuit afgerond
Dit artikel is ook te lezen als pdf: De Slotense vrijwillige brandweer stond dag en nacht paraat (pdf)
“En daarom mag het DB voor het bouwplan voor de locatie waar vroeger garage Kuykhoven was geen definitieve bouwverguning krijgen.” Dat zei de voorzitter van de Dorpsraad Sloten-Oud Osdorp Sjoerd Jaasma tijdens zijn inspraak voordat hij op 4 oktober 2022 de petitie aan de stadsdeelcommissie en aanbood.
Ook Tineke Rombout van ProWest liet weten dat het voorliggende bouwplan te hoog en niet passend is en het Beschermd Dorpsgezicht Sloten schaadt.
Op 4 oktober 2022 overhandigde dorpsraadvoorzitter Sjoerd Jaasma (links) de petitie aan de voorzitter van de stadsdeelcommissie Nieuw-West Pieter Nijhof met de woorden: “Met deze petitie doen wij een dringend beroep op de stadsdeelcommissie én het DB om hier wat aan te doen en om géén vergunning te verlenen voor dit bouwplan.” Foto: Cees Fisser.
Procedure over vergunningverlening loopt nog
Voor alle duidelijkheid: De definitieve bouwvergunning voor dit project is nog níet verleend. De inspraak van fase 2 van de uitgebreide procedure loopt nog. Op 14 oktober zijn alle bezwaarmakers uitgenodigd bij een hoorzitting van de bezwaarschriftencommissie. Op 25 oktober gaat ook de stadsdeelcommissie hierover spreken. Iedereen is daarbij welkom. Daarna gaat het Dagelijks Bestuur op basis van alle input van iedereen de belangen voor en tegen dit bouwplan afwegen en besluiten of de definitieve bouwvergunning wordt verleend.
“We zijn er klaar mee!”
Tijdens zijn inspraak op 4 oktober was de voorzitter van de Dorpsraad Sloten-Oud Osdorp fel in zijn bewoordingen waaruit ook veel onbegrip sprak: “Nu heeft Sloten na een lang traject dan eindelijk de status van Beschermd Dorpsgezicht. Dan verwacht je toch dat we de gemeente erop kunnen vertrouwen dat zij geen medewerking gaat verlenen aan bouwplannen die het dorpsgezicht verpesten? Dat gebeurt nu wel. Vandaar dat wij tot het middel ‘petitie’ hebben besloten. Die is in korte tijd maar liefst 558 keer ondertekend! Dit bouwplan moet terug naar de tekentafel en daarover moet dan echt structureel overleg komen tussen de omwonenden en de Dorpsraad en de projectontwikkelaar. ”
Geen informatievoorziening, laat staan: participatie
De stadsdeelcommissie had in 2018 nog unaniem met klem aan de toenmalige portefeuillehouder Mauer verzocht om vergelijkbare participatie als bij het hotel ook hier te laten plaatsvinden, maar dat is helemaal niets van terechtgekomen. Sjoerd Jaasma: “Projectontwikkelaar LEBO is één keer bij de Dorpsraad op bezoek geweest in 2017 of 2018. Dat ging toen nog over een ander bouwplan, want er zijn er in de loop der jaren al heel wat langsgekomen.” In november 2019 heeft de gemeente nog een brede informatieavond in de Molen van Sloten georganiseerd waar de bewoners naar plaatjes van tien actuele Slotense bouwprojecten konden kijken. “Toen liet LEBO daar nog afbeeldingen zien van een lager bouwplan, dat wél uit één woonlaag met dak bestond en niet uit twee woonlagen met dak, zoals er nu voorligt. Daarna hebben we ze nooit meer gezien. Niets meer gehoord. Met de omwonenden is zelfs helemáál nooit overleg gevoerd. En dit is dan het resultaat…”
Echte participatie net zoals bij het hotel aan de Ditlaar
Dat Mauers opvolgster Sandra Doevendans aanbiedt om een informatieavond hierover te organiseren heeft, volgens de dorpsraadvoorzitter geen zin: “Wat wij willen is participeren. We hebben als voorbeeld hoe het is gegaan met het bouwen van het hotel aan de Ditlaar. We hebben toen verschillende malen gesproken met de projectontwikkelaar en de architect en er was een ambtenaar van de gemeente speciaal aangewezen om dat proces begeleiden.” Dat was toen een transparant en open traject. De projectontwikkelaar en zijn architect hebben toen ook echt geluisterd naar de input van de Slotenaren en hun ontwerp daarop aangepast.
“Dat is toen perfect gegaan”, vervolgt Jaasma. “Ook over de samenwerking met ontwikkelaars bij andere bouwprojecten in Sloten zijn we tevreden. Het is reuze jammer dat de gemeente en deze projectontwikkelaar daar niet voor gekozen hebben. Want het is níet zo dat de Dorpsraad en de omwonenden willen dat daar niet gebouwd wordt. Alleen niet deze veel te hoge huizen, die ook nog eens voor miljonairs worden gebouwd. Als je het lager en kleiner maakt, word het vanzelf goedkoper. Dat is voor het dorp dan weer een bijkomend voordeel, want we hebben langs de Sloterweg in de afgelopen jaren al voldoende ‘miljoenen-villa’s’ erbij gekregen.”
“Politiek, pak de regie!”
Je kunt als gemeente met een juridische blik zeggen: “Wat mág in het beschermde dorpsgezicht, dat staan we ook maximaal toe, maar waarom moest die maximale bouwhoogte van 8 meter uit het bestemmingsplan nou weer worden opgerekt?” Ook de dorpsraadvoorzitter bleek niet te begrijpen wáárom de gemeente überhaupt zijn medewerking heeft verleend aan de wens van de projectontwikkelaar om hoger te bouwen. Jaasma: “Uiteindelijk is de politiek de baas. U dus. U gaat erover. U kunt beslissen en zeggen: “Nee dat gaan wij niet goedvinden. We geven die definitieve vergunning niet. In dat geval moeten ze die plannen toch opnieuw gaan bekijken.”
Ook ProWest verzet zich tegen dit bouwplan
Daarna kwam Tineke Rombout van ProWest naar voren om in te spreken. ProWest zet zich al sinds 2004 in voor het behoud van de karakteristieke bebouwing van Nieuw-West en een beter beschermingsbeleid voor erfgoed. ProWest heeft aan het begin van deze eeuw ook een belangrijke rol gespeeld bij het realiseren van het Beschermd Dorpsgezicht Sloten en komt nu opnieuw op voor de bescherming van het karakteristieke dorpje Sloten. ProWest heeft veel ervaring met de bescherming van erfgoed in andere delen van Nieuw-West en diende daarom ook bezwaar in tegen dit bouwplan.
Te hoog en ‘dorp-in-een-dorp’
Tineke Rombout: “Het voorliggende bouwplan is te hoog, wijkt qua ontwerp (namelijk: een ensemble van woningen) te veel af van omliggende bebouwing en is niet aflopend naarmate je verder van de Sloterweg af komt. Daardoor kan dit bouwplan in het hart van Sloten nooit organisch deel gaan uitmaken van Sloten, maar zal het altijd ‘een dorp in een dorp’ blijven. En dát mág helemaal niet volgens de cultuurhistorische verkenning, zeg maar de regelgeving van het beschermde dorpsgezicht.”
Ook Rombout begrijpt dan ook niet waarom de gemeente tot nu toe heeft meegewerkt aan dit bouwplan: “Wat ik net opsomde, dat zijn allemaal argumenten waarom de vorige portefeuillehouder ervoor had kúnnen kiezen om níet aan dit bouwplan mee te werken. Het is voor ons een groot raadsel en zeer teleurstellend dat hij dat wél gedaan heeft. Want: Ja, een projectontwikkelaar mag ieder bouwplan indienen dat hij wil. Maar nee, het is niet zo dat het stadsdeel daar automatisch dan ook aan hoeft te gaan meewerken en nu zelfs van plan lijkt om hier een vergunning aan te gaan verlenen.”
Waarom geen advies gevraagd aan DB of SDC?
Tineke Rombout verbaast zich er ook over dat de vorige portefeuillehouder in het lange traject van dit bouwplan alles in zijn eentje heeft besloten. Juist omdat er vanaf het begin al reuring en ongenoegen bestaat over dit bouwplan (en vorige bouwplannen) in het hart van Sloten. En omdat er sprake was van een subjectief besluit of dit bouwplan wel of niet past in het Beschermd Dorpsgezicht Sloten. Rombout: “Er was dus sprake van een grijs gebied dat de portefeuillehouder kan gebruiken om zijn of haar eigen afweging te maken.
Bij twijfel kan de portefeuillehouder altijd advies vragen aan de stadsdeelcommissie. Dat heeft hij niet gedaan. Er was ook geen sprake van de beloofde participatie. De vorige portefeuillehouder heeft in dit dossier overduidelijk een belangenafweging gemaakt in het voordeel van de ontwikkelaar en dus tegen het belang van het beschermde dorpsgezicht. Gelukkig is en blijft het aan de politiek om het finale eindoordeel te vellen. Daarom met klem ons verzoek aan het DB om niet akkoord te gaan met dit bouwplan en daarom steunt ProWest van harte de petitie die de Dorpsraad vanavond aanbiedt.” Als u meer wilt weten over ProWest klik hier.
Veel ‘waarom-vragen’ blijven onbeantwoord
De insprekers legden op 4 oktober én twee weken geleden veel argumenten op tafel om vooral geen definitieve vergunning te verlenen aan dit te hoge bouwplan. Alle vier deden zij een klemmend beroep aan de politiek om dit bouwplan alsjeblieft te blokkeren. De ‘waarom-vragen’ waar de bewoners en de Dorpsraad geen antwoord op hebben, blijven onbeantwoord.
Waarom werkte de gemeente hieraan mee? Waarom werd dit geheim gehouden? Waarom kwam de beloofde participatie er maar niet? Waarom heeft men zonder inspraak in 2021 al een herprofilering (die uitgaat van de goedkeuring van dit bouwplan) van de Lies Bakhuyzenlaan goedgekeurd? Waarom werkte de gemeente actief mee aan het aanpassen van het bestemmingsplan dat toch niet voor niets zo is vastgesteld? Waarom wekt de gemeente er in ieder geval de schijn van dat bij de belangenafweging niet voor het beschermde dorp, maar wel voor de winstmaximalisatie van de projectontwikkelaar is gekozen? Waarom zijn zelfs de politici al die tijd niet geconsulteerd over deze gevoelige kwestie, waarin subjectieve keuzes zijn gemaakt?
Niet alles wat kán, moet je ook willen
Het enige wat de insprekers na afloop van hun inspraak van betrokken ambtenaren te horen kregen is “dat het toch niet zoveel uitmaakt of de nieuwe huizen ‘iets’ hoger zouden worden”. De insprekers verbaasden zich over deze uitspraak omdat “je toch zou verwachten dat de ambtenaren ‘hun’ eigen beschermde gemeentelijk dorpsgezicht zouden koesteren”.
De grote groep van 558 ondersteuners van de petitie vindt in ieder geval wél dat dit bouwplan op deze plek in het hart van Sloten níet op zijn plaats is. Ook al zou dat volgens de juristen wel mogen. Immers: Niet alles wat kán, moet je ook wíllen.
Tamar Frankfurther; 7 oktober 2022.
Zie ook:
* 558 ondersteuners petitie “Bescherm Slotens dorpsgezicht”
* Groeiend verzet tegen te hoog bouwplan in het hart van Sloten
In de editie van de Nieuwsbrief Sloten-Oud Osdorp van 5 oktober 2022 ging helaas iets mis met de link naar de open brief waarin de KOO zijn vertrouwen opzegt in de samenwerking met stadsdeel Nieuw-West. Bij deze de goede link.
Inmiddels heeft Hans de Waal van de KOO gesproken met twee leden van het DB van stadsdeel Nieuw-West. Voorzitter Emre Ünver en portefeuillehouder Nazmi Türkkol kwamen langs.
Doorgaand zwaar vrachtverkeer negeert op de Osdorperweg (Hoofdnet Fiets) nog steeds de verbodsborden die hier al 59 jaar staan zonder dat er enige vorm van handhaving plaatsvindt. Foto: Theo Durenkamp.
Nog altijd inhoudsloze stadsdeelreacties
“Het was een lang gesprek”, zo laat Hans de Waal weten. “De heer Türkkol leek nog erg afhankelijk van wat de ambtenaren van tevoren met hem hadden gedeeld. Hij is duidelijk nog niet goed ingevoerd en bleef daarom slechts de inhoudloze stadsdeelreacties herhalen, die alle opeenvolgende ambtenaren in de voorbije jaren telkens weer uitkraamden. Maar, het is toch bijzonder dat beide DB-leden hiervoor naar Oud Osdorp kwamen. We waren dan ook voorzichtig optimistisch over het resultaat van deze ontmoeting.
Ik weet niet of ze het gesprek niet interessant vonden of dat er een andere reden was, maar de KOO heeft niets teruggezien van het besprokene in hun dossier dat zij daarna vrijgaven. En ook de mondelinge vragen die namens GBW!, GroenLinks en D66 waren gesteld, bleven tijdens de bijeenkomst onbeantwoord.” Meer daarover en over de andere ins en outs van deze kwestie leest u in een uitgebreider artikel van de hand van Oud Osdorp-correspondent Theo Durenkamp.
Zie: Wegaanpassing voor zwaar vrachtverkeer is de druppel…
“Als we 250 steunbetuigingen hadden gekregen, was ik al blij geweest”, zo laat dorpsraadvoorzitter Sjoerd Jaasma weten.
“Het is geweldig dat maar liefst 558 mensen binnen een maand lieten weten het met ons eens te zijn dat op de locatie van de voormalige garage Kuykhoven niet deze te hoge, maar passende en lagere, huizen gebouwd moeten worden.”
Tijdens de stadsdeelcommissievergadering van 4 oktober 2022 zijn de 558 steunbetuigingen in deze grote envelop overhandigd.
De centrale vraag is: Waarom werkt de gemeente hieraan mee?
Op 4 oktober 2022 spraken dorpsraadvoorzitter Sjoerd Jaasma en Tineke Rombout van ProWest in bij de stadsdeelcommissie (SDC) van Nieuw-West. Sjoerd Jaasma las de petitie voor, overhandigde deze en beantwoordde ook vragen van commissieleden.
ProWest speelde indertijd een belangrijke rol bij de totstandkoming van het ‘Beschermd Dorpsgezicht Sloten’ en begrijpt ook niet waarom het stadsdeel namens de gemeente meewerkt aan een bouwplan dat hier zo overduidelijk niet op zijn plaats is. Rombout maakt zich in het verlengde hiervan ook zorgen over de bescherming van ándere beschermde stadsgezichten in Nieuw-West. Rombout daarna gaf op vragen van commissieleden. SDC-lid Piet Boon (GoedBeterWest) heeft schriftelijke vragen aan portefeuillehouder Sandra Doevendans ingediend. Volgende week volgt hierover een verslag. Wie nu al wil weten hoe de inspraak verliep, kan de vergadering terugkijken via deze link.
Tamar Frankfurther; 5 oktober 2022.
Toen de gemeente op 30 september 2022 de Klankbordgroep Oud Osdorp (KOO) uitnodigde om in het zoveelste nieuwe praatgroepje over de Osdorperweg zitting te nemen, stuurde de KOO deze reactie terug: “Helaas, wij zijn gestopt met deze eindeloze poppenkast.”
Het kernteam en de Klankbordgroep Oud Osdorp zijn opgeheven.
Doorgaand vrachtverkeer negeert al jaren de verbodsborden op de smalle Osdorperweg, die onder het Hoofdnet Fiets valt. Handhaving blijft al decennialang achterwege. Na het groot onderhoud wordt de Osdorperweg voor sluipverkeer nóg aantrekkelijker om met hoge snelheid (in zware vrachtwagens) over te rijden. Foto: Theo Durenkamp.
Eérst besluiten over herinrichting en daarná pas gaan overleggen?
Bewoners Hans de Waal, Marja Kamp, Fia van der Veldt en Joke Westerhof (en vele anderen) hebben zich in de afgelopen jaren vol overgave en energiek ingezet om van de Osdorperweg een veilige weg te maken. Maar ook zij geven, net als hun talloze voorgangers die hierover in de afgelopen zestig (!) jaar met de gemeente over in gesprek gingen, de strijd nu op. De eerste zin van hun afscheidsmail aan gemeente spreekt boekdelen: “U zegt dat het tijd is om te gaan nadenken over het uitwerken van de nota van uitgangspunten, maar ondertussen is er al opdracht gegeven voor het technisch inrichten voor VERBODEN zwaar vrachtverkeer. Dus helaas heeft daarover nadenken geen zin meer, we kunnen ons hooguit ernstig zorgen gaan maken.”
Nieuw dieptepunt in gemeentelijke participatie
Het is verdrietig dat het ook deze enthousiaste en zeer goed geïnformeerde Oud Osdorpers wederom niet is gelukt om van de lange, kaarsrechte, smalle en overbelaste polderweg, die notabene valt onder het Hoofdnet én Plusnet Fiets, een veilige weg te maken. Onze ‘correspondent Oud Osdorp’ Theo Durenkamp komt later terug op deze ernstige vertrouwensbreuk tussen de KOO en het stadsdeel Nieuw-West, dat namens de gemeente Amsterdam nog altijd verantwoordelijk is voor de Osdorperweg.
Zie ook: Wegaanpassing voor zwaar vrachtverkeer is de druppel
Van 24 september 2022 tot 23 oktober is er de eerste editie van het Amsterdam Sand Sculpture Festival in landschapspark De Oeverlanden bij de Nieuwe Meer.
Het festival is een initiatief van kunstenaar Teun Castelein. Hij verzamelde vele vreemde, huiveringwekkende en bijzondere verhalen uit het park en zocht de samenwerking met professionele zandkunstenaars. De verzamelde verhalen zijn het uitgangspunt voor vijf grote zandsculpturen die van 24 september tot 23 oktober gratis zijn te bewonderen.
Er was eens… een rafelrand
Er was eens een rafelrand. Een plek met fraaie strandjes en wilde natuur. Waar recreanten, rustzoekers en natuurliefhebbers hun geluk zoeken. Net als de mannen in het cruise-zone gebied, de arbeidsmigranten die er een tijdelijke slaapplek vinden en jongeren een nachtelijke hang-out. De Oeverlanden is volgens Teun Castelein één van de meest inclusieve en vrijzinnige plekken van Amsterdam. Een unieke plek in de stad. Maar ook een rafelrand waar tolerantie en vrijheid op gespannen voet staan met elkaar.
Eerste zandsculptuurfestival dat schuurt
Waar de meeste zandsculpturenfestivals een family-friendly beleid hanteren kiest Teun Castelein voor een schurende variant van dit laagdrempelig medium. Met het Amsterdam Sand Sculpture Festival zet de kunstenaar de zandsculpturen in om lastige sociale kwesties te agenderen. Denk aan onderwerpen als ‘homobashing’, ‘groot stedelijk natuurbeleid’ en ‘inclusiviteit ‘ en hoe deze onderwerpen elkaar in de weg zitten. Om deze onderwerpen tastbaar en bespreekbaar te maken kiest Castelein voor een imaginaire aanpak verwijzend naar sprookjes: Er was eens…
Zandkunstenaars
Vijf zandkunstenaars die tot de wereldtop behoren maakten van de verhalen zandsculpturen. Johannes Hogebrink is een van hen en maakt al sinds 2005 zandsculpturen. “Ik kom zelf uit Amsterdam dus vind ik het erg leuk dat dit nieuwe zandsculpturenfestival in de Oeverlanden is. Toen ik er een keer mijn hond uitliet, ontdekte ik dat het een mooi gebied is met een interessante, beetje rauwe sfeer. Dat hoop ik ook terug te zien in de verhalen waar wij de sculpturen van gaan maken.”
Tien dagen
“We maken ieder een sculptuur van ongeveer 2 tot 3 meter hoog,” vervolgt Johannes. “Daar doen we meestal tien dagen over. We werken met goed aangedrukt rivierzand dat we mengen met water. Omdat het festival buiten is, beschermen we de sculpturen als ze klaar zijn met een laagje verdunde houtlijm. Zo blijven de sculpturen goed bij regen en wind.”
De dromende reus van Enguerrand Mac David bij het Natuur- en Milieueducatie centrum. Foto: Erik Swierstra.
Rafelranden van de stad
Kunstenaar Teun Castelein kwam met het idee voor het festival. “Ik hou van de Oeverlanden. Dit natuur- en recreatiegebied, ontstaan uit opgespoten zandgrond uit het Nieuwe Meer in Amsterdam, is voor mij één van de laatste rafelranden van de stad. Met haar fraaie strandjes en wilde natuur komen er veel recreanten, rustzoekers en natuurliefhebbers op af, maar het dient tegelijkertijd ook als cruise-zone, tijdelijke verblijfplaats voor arbeidsmigranten en nachtelijke hang-out voor jongeren. Het is dus een unieke plek waar veel verhalen ontstaan. Daar wilde ik graag wat mee doen.”
Kampioen zandsculptuurbouwers
De vijf grote sculpturen die in De Oeverlanden te bezichtigen zijn, zijn gemaakt door Martijn Rijerse, Marjon Katerberg, Enguerrand David, Johannes Hogebrink en Hanneke Supply. Allen professionele zandkunstenaars met een goede trackrecord. Europees kampioen 2021 Martijn Rijerse over deze uitdaging: “Het is een fantastische uitdaging om een beeld te maken dat tegelijkertijd verleidt en verwondert, de bezoeker uitdaagt en relevant is. Een mooie manier ook om dit prachtige medium te herwaarderen.”
Partners
Het Amsterdam Sand Sculpture Festival wordt georganiseerd door Tuinpark Ons Buiten, Kunstenaarsbroedplaats Nieuw&Meer, Natuur- en Milieueducatie centrum de Waterkant en watersportvereniging Onklaar Anker, De Oeverlanden Blijven! en Paviljoen Aquarius.
Informatie voor de bezoeker
Via de website www.amsterdamsandsculpturefestival.com kunnen bezoekers de plattegrond van het park en informatie over de sculpturen vinden.
Zie ook: www.nieuwenmeer.nl/er-was-eens/
Zie ook: Festival met zandsculpturen: sprookjes in de stedelijke rafelrand van De Oeverlanden in Nieuw-West
Zie ook: Amsterdam Sand Sculpture Festival vertelt mooie verhalen over de Oeverlanden
Zie ook: Vijf zandsculpturen met een boodschap in De Oeverlanden
Eindelijk gaat het groot onderhoud aan de helft van de Osdorperweg dan toch echt van start.
De werkzaamheden op het wegdeel tussen de Joris van den Berghweg en Halfweg zullen in acht fasen worden uitgevoerd, zo blijkt uit de bewonersbrief van 12 september 2022. Op deze manier blijven de bedrijven gedurende de opknapbeurt altijd bereikbaar.
Inmiddels is er begonnen met de vervanging van kabels langs de Osdorperweg, hier ten hoogte van de kruising met de Joris van den Berghweg. Foto: Theo Durenkamp.
Nieuwe wegconstructie met vers asfalt
Als alles volgens planning verloopt, gaat de weg op 14 mei 2023 weer open. In die zeven maanden wordt de hele wegconstructie vervangen en komt er overal nieuw asfalt met rode fietssuggestiestroken. Ook de kabels en leidingen onder het wegdek worden vervangen.
Doorgaand vrachtverkeer negeert al jaren de verbodsborden op de smalle Osdorperweg, die onder het Hoofdnet Fiets valt. Handhaving blijft al decennialang achterwege. Na het groot onderhoud wordt de Osdorperweg voor sluipverkeer nóg aantrekkelijker om met hoge snelheid (in zware vrachtwagens) over te rijden. Foto: Theo Durenkamp.
Vraagtekens over veiligheid na groot onderhoud
De Klankbordgroep Oud Osdorp is blij dat de weg na vele malen uitstel nu eindelijk opgeknapt gaat worden, maar zet wel vraagtekens bij de door de gemeente gekozen oplossing. Een paar vragen over de veiligheid die blijven knagen:
• Waarom wordt slechts de helft van de weg nu opgeknapt en liggen er nog geen plannen voor de andere helft, die ook – vooral voor fietsers – op dit Hoofdnet Fiets levensgevaarlijk is?
• Gaat de gemeente, zoals eerder al is aangekondigd, de weg meteen ook geschikt maken voor zwaar verkeer, dat hier dan met nóg hogere snelheden kan gaan scheuren? In de bewonersbrief van 12 september wordt hier namelijk met geen woord over gesproken.
• Als de helft van de weg straks voorzien is van glad en vers asfalt, is de kans groot dat ook ander doorgaand verkeer nóg harder gaat rijden over de smalle polderweg. Wordt er dan gehandhaafd op snelheid?
En zo zijn er nog wel meer vragen, zo laat Oud Osdorp-correspondent Theo Durenkamp weten: Lees verder…
Theo Durenkamp; september 2022.
Zie ook: www.theodurenkamp.nl/artikelen/osdorperweg-vanaf-10-oktober-7-maanden-op-de-schop