Erik Swierstra

Auto-delen nu ook op Sloten

Voordeliger tot 15.000 km per jaar

Overal in Nieuw-West kun je al jaren autodelen. In samenwerking met het nieuwe hotel Greenstay Ditlaar is het gelukt om nu ook een Slotense standplaats van Greenwheels krijgen.

Sommige Slotense auto’s staan lange tijd werkeloos te wachten op een ritje. Voor bestemmingen in de buurt en in de stad kies je toch liever voor de fiets of het OV.

Operationeel manager van het hotel Reduan Wirosoewignjo is blij met de Slotense deelauto. Foto: Tamar Frankfurther.

Drempelvrees?
Wie weinig rijdt, betaalt een hoge kostprijs per gereden auto-kilometer. De vaste kosten lopen immers door. Een afname van blik op Sloten zou – naast dat het dorp er mooier van wordt – ook het chronische tekort aan parkeerplaatsen doen afnemen. Wie ’s avonds thuiskomt, vindt met moeite nog een plekje…

“Je moet wel een psychologische drempel over om je auto weg te doen. Maar, als je die sprong eenmaal gemaakt hebt, is het vooral prettig om die (financiële) ballast kwijt te zijn. Geen onderhoudsbeurten meer; geen gedoe met winterbanden. Je betaalt alleen nog wat je afneemt; inclusief benzine en hij wordt zelfs gewassen!”, zo vertelt iemand die de stap naar autodelen recent gewaagd heeft.

Greenwheels
Sinds kort staat de Slotense deel-auto van Greenwheels klaar voor gebruik (standplaats: Ditlaar 7) op de privé-parkeerplaats van Greenstay Ditlaar. Iedereen met een rijbewijs kan de splinternieuwe vijfdeurs Volkswagen UP boeken. Je haalt hem daar op en brengt hem daar afloop weer terug.

Wie klant is bij Greenwheels kan overal in het land (na een treinreis) een deelauto boeken. Hun auto-netwerk is inmiddels groot. Afhankelijk van of je veel of weinig gebruik maakt van deze service kies je voor een gratis abonnement of maximaal € 25,- per maand. Betaal je geen vaste kosten, dan ligt het uur- en kilometertarief hoger. Meer informatie: www.greenwheels.com.

Tamar Frankfurther

Uit: de Westerpost van 24 juni 2020.

Voorzichtige opstart Greenstay Ditlaar op Sloten

Wat betreft timing heeft general manager Arjan Baas pech: Net toen het shortstay-hotel aan de Ditlaar open zou gaan, barstte de corona-crisis in volle hevigheid los.

Maar, echte ondernemers gaan niet bij de pakken neerzitten. Zo blijkt uit het tijdelijke noodplan dat uit de kast getrokken is.

Tijdelijk nog geen expats
“Afgelopen maart was de sleuteloverdracht. We zijn toen meteen begonnen met de inrichting: Vloerbedekking, schilderen, behangen, meubels, beddengoed, keukengerei… Alles liep op rolletjes, maar gaandeweg werd duidelijk dat de expats, voor wie we dit hotel gebouwd hebben, voorlopig niet komen”, zo vertelt Arjan Baas.

Om toch nog enige omzet te maken, is besloten om binnen het bestaande concept, tijdelijk een andere doelgroep aan te spreken. Baas: “Zolang de expats niet komen, richten we ons op de Nederlanders, die voor langere tijd een onderkomen zoeken. Denk aan mensen die hun eigen huis laten verbouwen, maar niet in de troep willen zitten. Of aan mensen die door privé-omstandigheden niet thuis kunnen wonen. Iemand die het niet meer trok om in de chaos en drukte thuis te werken, heeft ook zijn toevlucht tot ons hotel gezocht.

We verhuren de studio’s met eigen sanitair en een keukentje aan hen nu onder de kostprijs. Je betaalt vanaf 950 euro per maand. Geen ideale start voor ons op Sloten, maar het hotel komt nu tenminste tot leven. Als het gewone leven straks weer op gang komt en de bedrijven (op de Zuidas) weer professionals gaan inhuren, dan gaan we ons zo snel mogelijk op expats richten. Financieel is dat ook bittere noodzaak.” Meer weten of vragen, mail met arjan@skyrch.nl.

Bord verplaatsen
Het grote witte naambord – dat nu vlak bij de Sloterweg staat – zal overigens worden verplaatst naar een plek dichterbij het hotel. Baas: “Ik moet het allemaal even organiseren, maar dat komt goed!”

Tamar Frankfurther

Uit: de Westerpost van 24 juni 2020.

Archeologie onder het zand – Het verborgen verleden van Nieuw-West

Uit: ‘Tussen Andreasplein en Zwarte Pad’ – vijfde jaargang – ISBN 978-94-90586-23-2, 128 pagina’s, € 9,90

In april 2020 verscheen de vijfde editie van de door stichting de Driehoek geproduceerde uitgave ‘Tussen Andreasplein en Zwarte Pad’, die sinds 2016 jaarlijks in Amsterdam Nieuw-West wordt uitgegeven ter gelegenheid van de Boekenweek. Op 128 pagina’s hebben samenstellers Fred Martin en Jan-Paul van Spaendonck eenentwintig bijdragen van bekende en minder bekende auteurs gebundeld.

Detail uit de kaart van Gerrit Drogenham, uitgegeven door Nicolaas Visser in 1700: (noorden is boven), 1 = Osdorp, 2 = Oud kerkhof van Sloten, 3 = Sloterdijkermeer / Sloterplas, 4 = Sloten (huidige locatie), Blauw = Osdorperweg tussen Osdorp en Sloten (reconstructie), Groen = Osdorperweg tussen Osdorp en Sloten (huidige situatie) , Rood = Sloterweg (huidige situatie) (kaart: Monumenten en Archeologie, gemeente Amsterdam, Thijs Terhorst).

Voor de geschiedenis van het landelijke gebied van de vroegere gemeente Sloten springt één bijdrage eruit. Dit is het artikel van de Amsterdamse Stadsarcheoloog Jerzy Gawronski. In zijn bijdrage geeft hij een beschrijving van het archeologische onderzoek dat heeft plaatsgevonden in het vroegere landelijke gebied, waar zich nu de bebouwing van Amsterdam-West bevindt.

Een uitgebreidere versie van het artikel in het boek is apart als pdf-document verschenen. Dit is te vinden op de website van Stichting de Driehoek (www.stichtingdriehoek.nl). Zie: www.stichtingdriehoek.nl/_downloads/Gawronski.pdf

Sinds de annexatie van de gemeente Sloten in 1921 is in de afgelopen eeuw zo’n 90 procent van het voorheen agrarische gebied onder het zand verdwenen van de stedelijke uitbreidingen die in de afgelopen eeuw hebben plaatsgevonden. Tot in de jaren tachtig was er weinig aandacht voor het archeologische erfgoed, zodat er bij de stadsuitbreidingen, zonder enig onderzoek, gewoon een dikke laag zand over het landschap werd gelegd, nadat alle boerderijen, huizen en wegen waren gesloopt. Behalve in de deels nog landelijke rand van Amsterdam Nieuw-West (Sloten-Oud Osdorp) herinnert in het stedelijke gebied bijna niets meer aan de geschiedenis van het vroegere landelijke gebied.

Om toch kennis te kunnen vergaren over wat er vroeger is geweest, hebben de archeologen van de gemeente Amsterdam de afgelopen decennia bij enkele gelegenheden kans gezien om archeologisch onderzoek te doen in dit gebied.

In 1984 werd ter hoogte van het Hoekenespad in Osdorp onderzoek gedaan. Daarbij zijn enkele fragmenten van 11e en 12e eeuws aardewerk gevonden. In 1986 is er op de kruising van de Sloterweg en de Anderlechtlaan een huisterp uit de periode 1275-1300 onderzocht en in 1988 is er booronderzoek gedaan ter hoogte van de Louwesweg, waarbij geen bewoningsresten zijn gevonden.

In 1991 werd op de plaats van het huidige Dorpsplein in Sloten een uitgebreid archeologisch onderzoek gedaan, waarbij een woonterp werd gevonden die er aan het einde van de 12e eeuw al lag. Er zijn ook diverse latere bewoningsnivueau’s gevonden. In de 16e eeuw zijn er een herberg en rechthuis gebouwd, die er tot 1954 hebben gestaan. Een straatnaambord op het Politiebureautje aan het Dorpsplein verwijst hiernaar.

In 2009 werden er bij de Leeuwendalersweg in de wijk Bos en Lommer opgravingen gedaan, waarbij er onder het metersdikke pakket ophogingszand restanten van een 17e of 18e eeuwse bakstenen schuur zijn aangetroffen. Deze schuur lag in de noordoosthoek van de in 1644 ingepolderde Sloterdijkermeerpolder, aan de Sloterdijkermeerweg. Naast het gebouw lag een waterkelder voor de watervoorziening.

Binnen de schuur werd huishoudelijk aardewerk afval uit de gehele 18e eeuw gevonden. Onder andere werd een zeis gevonden, een voorwerp dat in het stedelijk gebied van Amsterdam niet gauw wordt aangetroffen, maar wel past in een agrarische omgeving. Ook Engels aardewerk uit het einde van de 18e eeuw werd opgegraven, met opschriften en afbeeldingen die verwijzen naar de Patriotten, die in de jaren tachtig van de 18e eeuw actief waren in Holland. Patriottisch aardewerk in Amsterdam is zeldzaam. Zo heeft de bodem van Amsterdam Nieuw-West toch enkele bijzondere vondsten opgeleverd die een aanvulling vormen over de kennis van de geschiedenis van dit gebied.

Erik Swierstra, juni 2020.
Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp

 

Zie ook: Archeologisch onderzoek in Sloten in 1988

Zie ook: Archeologie onder het zand – Het verborgen verleden van Nieuw-West (pdf)

Zie ook: Baar, P.P de, Sloten, een wandelend dorp; opgravingen tonen groeiende band met Amsterdam, Ons Amsterdam 44, (1992), 22-25.

Osdorperweg: geknipt voor een oplossing

Een belangrijke uitspraak van de gemeente over de Osdorperweg: alleen nog bestemmingsverkeer. En dat betekent dat de inrichting totaal anders wordt.

Het dure plan van vorig jaar, nl. een apart fietspad naast de weg waarvoor het dijklichaam moest worden verbreed en de sloot moest worden verlegd, is hiermee van de baan.

Een doorbraak en dus een succes voor de Klankbordgroep Oud Osdorp. Want dat betekent niet langer sluipverkeer dat met hoge snelheid de weg gebruikt als doorgangsroute over een weg die daarvoor totaal niet geschikt is.

Grote vraag is nu vooral: hoe wordt er straks gehandhaafd? Er zijn verschillende manieren, elk met hun voors en tegens: met een knip, of met een inrijverbod voor doorgaand verkeer d.m.v. cameracontrole en kentekenregistratie.

Voorbeeld van een beweegbare afsluiting.

Eén of twee knippen?
Een knip betekent dat ergens halverwege de weg een afsluiting komt. Met een evt. verzinkbare paal  kunnen auto’s niet verder rijden, voetgangers en fietsers wel. Een voorbeeld daarvan is de Lutkemeerweg, een van de zijwegen van de Osdorperweg.

De Lutkemeerweg is al jaren opgeknipt. Een bord geeft het doodlopend karakter aan en de huisnummers die wél bereikt kunnen worden.

Voordeel van deze opknipping van de weg in twee doodlopende stukken is dat alle verkeer tóch op elk adres kan komen. Wél moet je van tevoren weten van welke kant je de Osdorperweg moet inrijden. Een bord aan het begin van beide kanten moet dan aangeven dat de weg doodloopt en alleen bereikbaar is voor deze of gene huisnummers.

De eerste week zul je misschien misrijden, maar daarna is het iedereen duidelijk. De verzinkbare paal is vooral bedoeld voor hulpdiensten. Maar óók kan er ontheffing aan bepaalde bewoners en gebruikers worden verleend. Met een zender of pas kunnen zij de paal dan laten zakken, zoals in de Kalverstraat en op het Museumplein. Vraag is dan wel: wie krijgen een dergelijke ontheffing?

Waar de knip?
Op de Osdorperweg zou de knip met de verzinkbare paal kunnen komen onder of vlakbij het A5-viaduct. Alleen bewoners, ondernemers en hun bezoekers zullen dan nog over de weg rijden, althans het deel tussen Joris van den Berghweg en Tom Schreursweg. Om ook het stuk tussen Joris van den Berghweg en Ookmeerweg van doorgaand verkeer te ontlasten zou een knip ter hoogte van het oorlogsmonument kunnen komen.

Als één of twee knippen worden aangebracht, is cameracontrole niet nodig. Er rijdt dan alleen nog bestemmingsverkeer en massale snelheidsovertredingen zullen daarmee van de baan zijn. Ingewikkelde juridische zaken die gaan spelen bij een inrijverbod voor doorgaand verkeer, dus met kentekenregistratie en ontheffing voor bewoners en ondernemers, zijn dan ook niet aan de orde. Dit betekent tevens dat de methode van een knip (of twee knippen) relatief snel kan worden gerealiseerd.

Deze methode zou ook nog kunnen worden toegepast als voorlopige oplossing in afwachting van selectieve toegang tot het gebied met cameracontrole en kentekenregistratie. Tal van juridische haarkloverijen (denk o.a. aan de vermaledijde privacy-discussie) kunnen anders nog weleens jaren gaan vergen om uiteindelijk tot een afsluiting voor doorgaand verkeer te leiden, of… helemaal niet….

Al sinds 2014 geldt een inrijverbod voor auto’s tijdens de spitsuren dat in al die jaren nimmer is gehandhaafd…

Van: www.theodurenkamp.nl/artikelen-1/osdorperweg-geknipt-voor-een-oplossing

www.theodurenkamp.nl – juni 2020.

Zie ook: Aanpak sluipverkeer Osdorperweg weer een stapje dichterbij

Vier kleuter-ooievaartjes geringd – Droogte zorgt voor sterfte op Vrije Geer

Het was een groot raadsel voor de vele bezoekers aan Natuurpark Vrije Geer: “Wat gebeurt daar toch bovenop die paal? Hoeveel jongen zijn er? Twee toch, of drie? Nu zie ik er nog maar ééntje…”

Vanwege de corona-maatregelen werd de lichting kleuterooievaars op Natuurpark Vrije Geer en de Oud Osdorpse Lutkemeerschool dit jaar op 9 juni in klein comité geringd. Ruben en Jaco van de gemeente Amsterdam bedienden behendig de hoogwerker om het schoorsteennest op de Lutkemeerschool te bereiken.

Ringer Engbert van Oort meet de kop en snavel van het enige ooievaarsjong dat op natuurpark Vrije Geer overleefde. (Foto: Marina den Ouden)

Bijgevoerd
Onder het toeziend oog van hun bezorgd rondvliegende ouders haalde ringer Engbert van Oort drie jonkies uit het schoorsteennest op Oud Osdorp. De jonkies hielden zich weer schijndood, om zo oninteressant te zijn voor roofdieren. Ze zagen er alle drie prima uit. Engbert bond een ring om de rechter poot en voerde de metingen uit (zie tabel).

Dat ene Vrije Geer-jonkie kreeg véél te eten. (Foto: Marina den Ouden)

“Ik ring in 2020 beduidend minder vogels”, aldus Engbert. “Door de extreme droogte dit voorjaar was er onvoldoende voedsel om veel hongerige jongen groot te brengen. Het is goed merkbaar dat op Oud Osdorp wordt bijgevoerd. Ik tref hier drie jongen op gewicht aan. Dat lijkt goed nieuws, maar dat is het niet. Het gaat hier om wilde dieren. Zo leren ze niet om voor zichzelf te zorgen. Dat wreekt zich in hun latere leven. Bijvoeren is daarom niet toegestaan.”

De drie Lutkemeer-ooievaartjes schijndood op een rijtje. (Foto: Anja Rol)

Eén joekel
Op naar Natuurpark Vrije Geer, waar Ruben behendig op een ladder naar boven klimt en slechts één levend jong aantreft. Wel een joekel, die duidelijk goed verzorgd is door zijn ouders. In het nest ligt een lijkje van een héél kleine baby-ooievaar. In het AT5-item van 17 mei (25 jaar na het referendum ter lancering van de film ‘De slag om het Weilandje Vrije Geer) zie je nog twee grotere jongen op het nest. Eén van beide toen al grotere jonkies heeft het dus ook niet overleefd. Engbert: “Als je tussen het riet rond de paal gaat zoeken, vind je daar vást het andere lijkje. Het is verdrietig, maar dat is nu eenmaal hoe het gaat in de natuur.”


Meer palen bezet?

Engbert had overigens ook goed nieuws: “Op een andere plek woont ook al jaren een bazige ooievaar, die – net als op Natuurpark Vrije Geer – geen buren duldde. Dáár blijkt nu dat zijn eigen nageslacht (met nieuwe partner) wél welkom is op een buurpaal.” Jonkies komen vaak terug naar hun geboorteplek. Wie weet worden ook hier meer paalwoningen in gebruik genomen nu oudere Vrije Geer-lichtingen geslachtsrijp zijn.

Tamar Frankfurther

Uit: de Westerpost van 17 juni 2020.

Vlinders en planten zoeken op Natuurpark Vrije Geer en in de Slenk

Het gaat goed met de biodiversiteit op Natuurpark Vrije Geer en de aangrenzende Slenk langs de Slotervaart. Dat is goed nieuws en prettig voor de natuurbeleving.

Het Klein geaderd witje komt vaak voor op Natuurpark Vrije Geer en de aangrenzende Slenk. Nu hebt u deze topscoorder al onder de knie… (Foto: Jos van Streepen)

Om deze gebieden optimaal te beheren en om hiervoor hogere natuurwaarden te verkrijgen, is het van belang dat regelmatig wordt bekeken welke vlinders en planten hier voorkomen. Dat lijkt ingewikkelder dan het in de praktijk is. Het aantal vlinder-soorten dat hier leeft, is namelijk niet zo groot en er zijn voorbeeldplaatjes om u op weg te helpen. Voor de planten worden bepaalde gebieden afgezet waar alleen naar een vastliggend aantal soorten gezocht hoeft te worden.

Help mee
Lijkt het u leuk om hieraan mee te doen? Het is interessant en nuttig werk dat u op het tijdstip dat u schikt zelfstandig kunt uitvoeren. Het is niet zo moeilijk als het lijkt. Bovendien helpen Trees en Hanneke alle beginnelingen graag op weg. Meer weten? Mail naar: dorpsloten@gmail.com.

Tamar Frankfurther

Uit: de Westerpost van 17 juni 2020.

Zie ook: Vlindergroep Sloten.

Oude huisnummers en wijkletters van de gemeente Sloten – deel 3

In augustus 2019 verscheen in twee delen een artikel over Oude huisnummers en wijkletters van de gemeente Sloten.

Over de huizen en de huisnummering in wijk J, langs de Admiraal de Ruijterweg en zijstraten, kwam in mei 2020 een reactie van Lex Schrijver, ex-bewoner en kenner van deze buurt. Hij is opgegroeid aan de Admiraal de Ruijterweg en kent veel details over de geschiedenis van deze straat en omgeving. Uit belangstelling voor deze buurt heeft hij een uitgebreide documentatie opgebouwd waaruit hij waardevolle aanvullingen en correcties verstrekte op deel twee van het artikel.

De zoektocht naar deze gegevens en de correspondentie die daaruit voortkwam heeft tot meer kennis geleid van de Admiraal de Ruijterweg en het vroegere buurtschap De Baarsjes, nabij de Wiegbrug. Dit geeft voldoende materiaal om in nog volgende artikelen meer aandacht te besteden aan dit deel van de vroegere gemeente Sloten.

Hieronder een overzicht alsmede nog een extra kaart van de omgeving van de ‘Krommert’, een sloot waarvan het laatste restant nog tot 1959 tussen de huizen lag.

De Krommert e.o. (1913-1917). De kaart is een combinatie van uitsneden uit twee kaarten van de Dienst der Publieke Werken van de Gemeente Amsterdam uit de Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Naast de eerder genoemde ‘Sloter huisnummerbordjes’ blijken er nog meer aanwezig te zijn. Sommige zijn nog redelijk leesbaar, andere nauwelijks. Je moet dan echt weten dat het zo’n bordje is om het nog te kunnen herkennen en eventueel het oude huisnummer te kunnen ‘lezen’.

Wijk J

Naast de opsomming in het vorige deel van dit artikel zijn er ook nog oude ‘Sloter huisnummerbordjes’ te vinden op:

* Admiraal de Ruijterweg:
J130 (157),
J196 (245),
J198 (247),
J200 (249),
J332 (387),
J355 (408) (Pastorie Boomkerk).

* Bestevâerstraat: J2 (1),
* Jacob van Wassenaar Obdamstraat: J3 (34),
* Karel Doormanstraat: J6 (149) [nog goed leesbaar],
* Wiltzanghlaan 4, het plaatje toont “3”, zonder J,
* Jan van Galenstraat 117 (J7 maar niet leesbaar) en 119 (J5 goed leesbaar).

De Admiraal de Ruijterweg, gezien vanaf de Jan Evertsenstraat in oostelijke richting; omstreeks 1926. Prentbriefkaart. Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Er zijn ook enkele correcties op de vorige lijst:

* Admiraal de Ruijterweg:
J5 (119) moet zijn: J5 (52),
J7 (117) moet zijn: J7 (54) (neem ik aan, maar bordje is verdwenen),
J199 (239) moet zijn: J190 (239),
J197 (243) moet zijn: J194 (243).

* Chasséstraat: J17 (84) moet zijn: J18 (84).

* De Maarten Harpertszoon Trompstraat en de Reinier Claeszenstraat hebben de oorspronkelijke Slotense huisnummering behouden. Voor de M.H. Trompstraat betekent dit dat de nummering start aan de Admiraal de Ruijterweg-zijde, en niet zoals meestal in Amsterdam aan de dichtst bij het Centrum gelegen zijde. Ook lopen links de even nummers op en rechts de oneven nummers. Dus, anders dan bij de meeste andere Amsterdamse straten, ligt nummer 3 links van nummer 1.

* Het blijkt overigens dat de J-nummers niet uniek de percelen identificeren. Zo is J17 zowel Admiraal de Ruijterweg 68 als Reinier Claeszenstraat 17.

Hierbij tot slot een gecorrigeerde en aangevulde lijst met nog aanwezige huisnummers (soms slechts vaag leesbaar).

* Admiraal de Ruijterweg: J5 (52), J49 (100), J85 (136), J87 (138), J89 (140), J90 (117), J93 (144), J94 (121), J95 (146), J96 (123), J116 (143), J118 (145), J120 (147), J124 (151), J126 (153), J128 (155), J130 (157), J142 (169), J144 (171), J190 (239), J194 (243), J196 (245), J198 (247), J200 (249), J332 (387), J355 (408; pastorie Boomkerk).

Admiraal de Ruijterweg 408 (J355; pastorie Boomkerk).

J355 (Admiraal de Ruijterweg 408; pastorie Boomkerk).

* Ook in de zijstraten zijn nog enkele oude huisnummers te zien. Vooral in de Maarten Harpertzoon Trompstraat: J6 (6), J8 (8), J10 (10), J12 (12), zijn de oude nummers nog goed leesbaar.

Voorts ook in de:
* Reinier Claeszenstraat: J17 (17), J19 (19),
* Chasséstraat: J18 (84),
* Bestevâerstraat: J2 (1),
* Jacob van Wassenaar Obdamstraat: J3 (34),
* Karel Doormanstraat: J6 (149) [nog goed leesbaar],
* Wiltzanghlaan 4, het plaatje toont “3”, zonder J,
* Jan van Galenstraat 117 (J7 maar niet leesbaar) en 119 (J5 goed leesbaar).

Met dank aan Lex Schrijver voor de verstrekte informatie en inspiratie.

Tekst, foto’s en bewerking kaarten:
Erik Swierstra; juni 2020.
Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp.

Zie ook:  Oude huisnummers en wijkletters van de gemeente Sloten – deel 2.

Aanpak sluipverkeer Osdorperweg weer een stapje dichterbij

Zeker met het mooie weer van de laatste weken is de irritatie van veel te hard rijdend sluipverkeer op de Osdorperweg tot een hoogtepunt gestegen. Maar er wordt aan gewerkt.

De plannen en besluitvorming rond de herinrichting van de weg vorderen gestaag. Vorige week dinsdag heeft er weer een overleg plaatsgevonden tussen de gemeente en de Klankbordgroep Oud Osdorp. Vanwege de Corona-maatregelen werd het een videovergadering.

(Foto: Marja Kamp)

Omdat de weg geen onderdeel uitmaakt van het Hoofdnet Auto en daarmee dus als ‘bestemmingsverkeer’ is aangeduid, dient de weg ook als zodanig te worden ingericht. Uitgangspunt van de klankbordgroep is dan ook: een 30 km-zone met ruim baan voor de zwakkere verkeersdeelnemer, maar met behoud van het landelijk karakter. Aan die plannen wordt in concept al gewerkt, maar er moet eerst een besluit worden genomen over de methode van handhaving op het sluipverkeer.

Camera-opties
De gemeente legde de klankbordgroep dan ook enkele opties voor. Verreweg de simpelste is de bekende knip; een verzinkbare paal die het doorgaande autoverkeer onmogelijk maakt. Voor hulpdiensten en ontheffingshouders kan hij op een zender zakken. De modernere variant is een gesloten verklaring met een camera. De weg is dan gewoon open, maar als je geen ontheffing hebt, en je rijdt langs die camera krijg je een bekeuring. De laatste variant is die met meerdere camera’s die toegangscontrole voeren op de drie locaties; Veenderijbrug (Halfweg), Joris van der Berghweg en Ookmeerweg.

Bestemmingsverkeer kan dan ontheffing krijgen, maar een van de ondernemers zag die optie niet zitten; alle klanten voor ontheffing aanmelden is ondoenlijk. Een vierde optie waarbij zonder ontheffingen door twee camera’s een traject-meting wordt gedaan en aan de hand van tijd wordt bepaald of een kenteken bestemmingsverkeer is of niet, wordt nog onderzocht op haalbaarheid. Er staat nog niet vast welk systeem er komt, maar alle partijen zijn het erover eens: Het sluipverkeer heeft zijn langste tijd op de Osdorperweg gehad.

Bij voorgaande onderzoeken en situaties waarbij de weg afgesloten is geweest, was al duidelijk aangetoond dat de omliggende infrastructuur, het geweerde sluipverkeer makkelijk aankan. Ook loopt er een onderzoek naar de haalbaarheid van een knip op de Tom Schreursweg.

Meer informatie
Op www.amsterdam.nl/osdorperweg vindt u de notulen van de vergaderingen. Bewoner of ondernemer aan de Osdorperweg? Mail naar k.o.o@ziggo.nl en ontvang ook onze nieuwsbrief.

Namens de Klankbordgroep Oud Osdorp, Hans de Waal

Uit: de Westerpost van 10 juni 2020.

Zie ook: Osdorperweg: geknipt voor een oplossing

Welke naam krijgt het insectenhotel bij Natuurpark Vrije Geer?

Het wordt: Vrije logeerkorf

Ja, het was écht zo… De jury vond het moeilijk een keuze te maken uit de negen inzendingen voor het nieuwe insectenhotel, dat vanaf de Plesmanlaan goed zichtbaar is. Gekozen is uiteindelijk voor een naam die direct naar Natuurpark Vrije Geer verwijst.

De naam ‘Vrije logeerkorf’ is ingestuurd door Bert Stamkot. De jury bestond uit parkbeheerders Marina den Ouden en Ruud Lutterlof en voorzitter van de beheergroep Tamar Frankfurther. De keuze viel op deze naam omdat: “We het belangrijk vinden dat de naam duidelijk verwijst naar het natuurpark. Deze naam heeft ook geen verdere uitleg nodig en dat getuigt van een goede naam.” Bert vermeldt bij zijn inzending dat ‘korf’ naast de bekende betekenis ook blijkt te verwijzen naar ‘kerf’. Dat is in het Oudnederlands het woord voor ‘insect’.

De Vrije logeerkorf is overigens al volop in gebruik bij verschillende insecten. Het is dan ook een walhalla voor bijen, vlinders, torretjes, spinnen, pissebedden en alle andere kruipende en vliegende beestjes. Als het naambordje klaar is, mag prijswinnaar Bert het onthullen. U blijft via deze Rubriek op de hoogte.

Andere inzendingen
Een greep uit de andere namensuggesties: ‘Villa Arthropoda’ (omdat het zo’n sjiek hotel is geworden en de Latijnse naam verwijst naar ‘geleedpotigen’). “Slotania”, als knipoog naar het hotel in Slotermeer bij Plein ’40-’45. En verder bijvoorbeeld: ‘Pension Hommel c.s.’ en ‘In den gulden honingbij’ en de ‘Friemelvilla’.

Tamar Frankfurther

Uit: de Westerpost van 3 juni 2020.

32 Bijzondere jaren – afscheid van Arie en Ellen

In 1988 kwamen wij vanuit de Kanaalstraat in Amsterdam-West naar Sloten. Toevallig, want nooit over nagedacht. Op een mooie zondagmiddag waren wij op bezoek bij vrienden aan de Sloterweg die daar kort tevoren een huis hadden gekocht.

Foto: Roos van Genderen.

We moesten op de kaart opzoeken waar het was. Zij vertelden ons dat er nog een huis te koop stond, de voormalige kapperswinkel van Aat Snijders. Lang verhaal kort, wij kochten de kapperswinkel om al snel te ontdekken dat het toch wel klein was voor een gezin met twee kleine kinderen. Gelukkig kwam snel daarna het huis van Gerrit van der Puij vrij en konden we dat van de gemeente overnemen. We stapten daarmee in een avontuur. Het was een huis uit 1879 en er moest wel wat aan gebeuren. Met de nodige hulp van vrienden hebben we er uiteindelijk een heel leefbaar en gezellig huis van gemaakt. We hebben tweeëndertig jaar heerlijk gewoond in het landelijke Sloten.

Vanaf het begin waren we actief in de Dorpsraad en de werkgroepen, schrijven voor de Westerpost, fotograferen voor de Dorpengids, de speeltuin, en wat later ook de molen en het Politiebureautje. Onze kinderen hebben hier een fantastische jeugd gehad, met veel vrijheid en buitenspelen. En nu, kinderen al jaren het huis uit en vijf kleinkinderen verder, is voor ons de tijd aangebroken voor een nieuwe start.

Een leeftijdbestendig appartement in het oude dorp Amstelveen. Op 15 juni 2020 verlaten we Sloten en gaan we daar verder. Met pijn in het hart, maar rationeel gezien een verstandige keuze. Het ga iedereen in Sloten goed.

Arie van Genderen en Ellen Kolk

Uit: de Westerpost van 3 juni 2020.

Zie ook: www.arievangenderen.nl