Geschiedenis

Door sloop verdwijnt het karakteristieke dorpsbeeld

Met de bouw van nieuwbouwwijken aan de westkant van Amsterdam is al sinds het begin van de 20e eeuw veel van het oude karakter van de vroegere gemeente Sloten verdwenen.

In de eerste decennia na de annexatie van 1921 vooral voor de buurten rond het Mercatorplein, Surinameplein en Hoofddorpplein, maar vanaf de jaren veertig is op nog veel groter schaal veel gesloopt voor de bouw van de Westelijke Tuinsteden, die in de jaren na de Tweede Wereldoorlog uit de grond werden gestampt.

Omstreeks 1970 waren van het oude landelijke gebied nog vooral de bebouwingslinten langs de Sloterweg, Osdorperweg en de zijwegen hiervan, de Akerwegen, de Lutkemeerweg en de Raasdorperweg overgebleven. In de afgelopen decennia zijn deze min-of-meer landelijke wegen als zodanig blijven bestaan, maar regelmatig zijn er nog oude huizen en boerderijen door sloop verdwenen. Dit proces gaat nog steeds onveranderd voort, ondanks het toegenomen bewustzijn voor het cultuurhistorische erfgoed van de pre-urbane bebouwing van voor circa 1940.

Gelukkig is het dorp Sloten sinds oktober 2017 aangewezen als gemeentelijk beschermd dorpsgezicht en zijn er enkele huizen en gebouwen in het landelijke gebied aangewezen al rijksmonumenten of gemeentelijke monumenten, waardoor deze in principe voor sloop behoed worden.

Andere, al dan niet historisch waardevolle en/of beeldbepalende, bebouwing is in principe vogelvrij. Als de eigenaar van het pand het wil slopen dan is daar meestal weinig tegen te beginnen. Zo verloren zowel de Sloterweg als de Osdorperweg ook in de afgelopen jaren nog diverse beeldbepalende panden, die ondanks het feit dat ze niet in aanmerking kwamen voor behoud, al dan niet als monument, nu gemist worden in het straatbeeld.

Veelal is er een braakliggend terrein overgebleven, in sommige gevallen zijn er nieuwbouwplannen, maar eventuele nieuwbouw krijgt een geheel ander karakter dan wat er verdwenen is en daarmee wordt het karakteristieke aanzien van het bebouwingslint (verder) aangetast. Ook het verhaal van de (ontstaans)geschiedenis van de betreffende panden verdwijnt hiermee uit het zicht.

Erik Swierstra; 31 januari 2020.

Foto’s Osdorperweg 571 en 576: Erik Swierstra
Alle overige foto’s: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam

Zie ook: In Memoriam de Arbeidershuisjes

 

Voorbeelden van huizen en boerderijen die de laatste jaren zijn verdwenen (en eigenlijk behouden hadden moeten worden)

* Arbeidershuisjes Sloterweg 711-715 – gesloopt in januari 2020 – nu braakliggend terrein

* Villa Sloterweg 781 – brand circa 2006 – gesloopt in circa 2011 – nu braakliggend terrein

* Garage Kuykhoven – Sloterweg 1269 – gesloopt in juni 2018 – nu braakliggend terrein

* Boerderij ‘Nooit Gedacht’ – Osdorperweg 571 – gesloopt in december 2019 – nu braakliggend terrein

* Stolpboerderij ‘IJ en Meer’ – Osdorperweg 576 – gesloopt in juni 2013 – nu braakliggend terrein

Al wat langer geleden

* Anna Hoeve – Osdorperweg 512 – gesloopt in 2000 – vervangen door nieuwbouw

* Stolpboerderij ‘Veenrust’ – Osdorperweg 697 – gesloopt jaren negentig – vervangen door nieuwbouw

Plaatsnaamborden Sloten

Sinds januari 2020 staan er bij de toegangen van het dorp Sloten (weer) plaatsnaamborden met de aanduiding ‘Sloten’, met de toevoeging ‘Gemeente Amsterdam’.

Plaatsnaamborden aan de Sloterweg (oostelijk van Sloten) en Osdorperweg (noordelijk van Sloten) in 1954.

Dit betekent de terugkeer van deze aanduidingen, want vroeger, tot de jaren zestig (?), stonden deze er ook al, maar ze zijn ooit weggehaald. Sindsdien stond er bij de Sloterbrug, komend van Badhoevedorp, de plaatsnaamaanduiding ‘Amsterdam’. Ook komend vanaf Halfweg, stond er bij het begin van Oud Osdorp de aanduiding ‘Amsterdam’.

Ook langs de Osdorperweg, aan de noordkant van het dorp Sloten stond een plaatsnaambord ‘Sloten’.

Plaatsnaamborden bij de Sloterbrug in 1953, 1984 en 2020.
In januari 2020 stonden er twee borden naast elkaar: Sloten (nieuw) en Amsterdam (oud).

Oud Osdorp had ook eigen plaatsnaamborden, onder andere ter hoogte van Osdorperweg 517 en Osdorperweg 643.

Plaatsnaambord aan de Osdorperweg (zuidelijk van Oud Osdorp); 1953.

Plaatsnaambord aan de Osdorperweg (noordelijk van Oud Osdorp); 1962.

Op de Sloterweg, aan de oostkant van het dorp, nabij de Ditlaar, stonden ten tijde van de zelfstandige stadsdelen Osdorp en Slotervaart-Overtoomse Veld (1990-2010) ook ‘stadsdeelnaamborden’, met de aanduiding van deze stadsdelen. Toen in 2010 de stadsdelen fuseerden tot Stadsdeel Nieuw-West zijn deze bordjes weer verdwenen.

Stadsdeelnaamborden bij Ditlaar (ten oosten van Sloten); 2006.

Nu is er dus aan de westkant van het dorp weer een aanduiding gekomen met ‘Sloten’, zoals dat ook vroeger het geval was. Ook op enkele plaatsen, waar vroeger geen plaatsnaamborden stonden, zijn zij nu verschenen.

Einde van het dorp Sloten bij de Akersluis, maar niet het einde van de bebouwde kom, dus 50 km/h; januari 2020.

Erik Swierstra, januari 2020.

Alle zwart-witfoto’s zijn afkomstig uit de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam.

Alle kleurenfoto zijn van Erik Swierstra.

Zie ook:

Straatnamen die herinneren aan de gemeente Sloten

De vroegere gemeente Sloten werd in 1921 door Amsterdam geannexeerd. In de afgelopen eeuw is van de oppervlakte van de voorheen agrarische gemeente meer dan 90 procent bestemd voor stadsuitbreidingen.

Eerst in de jaren twintig en dertig voor de buurten van Plan West en daarna in de jaren vijftig, zestig en zeventig de Westelijke Tuinsteden en het Westelijk Havengebied en tot slot sinds de jaren negentig voor de wijken Nieuw Sloten en De Aker.

Vanaf de ontginning in de Middeleeuwen is het gebied tussen Sloten en de stad Amsterdam gekenmerkt door polders, met sloten, wegen, boerderijen, etc. Deze hadden vaak een geschiedenis die eeuwen terugging. Waar eeuwenlang boerenland met boerderijen was, werd dit getransformeerd tot grote stadsuitbreidingen waar (bijna) niets herinnert aan wat hier vroeger was.

Eerste uitbreidingen binnen de gemeente Sloten

Al omstreeks 1900 werden er in de gemeente Sloten nieuwe buurtjes met woningen gebouwd, die deels waren bestemd voor Amsterdammers die (net) buiten de grenzen van de stad gingen wonen.

Ten westen de van de in 1904 gebouwde Wiegbrug voor de tram van Amsterdam naar Haarlem en Zandvoort, verrezen vanaf 1908 langs de nieuwe trambaan woningen langs een nieuwe weg, de Admiraal de Ruijterweg. Ook enkele zijstraten dateren uit die tijd. Voor een overzicht zie onderaan dit artikel.

De Admiraal de Ruyterweg omstreeks 1910. Prentbriefkaart.
Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Nabij de bestaande Overtoomse Buurt werden vanaf 1905 ook nieuwe forensenwoningen gebouwd, langs de Bosboomstraat (na 1922: Andreas Schelfhoutstraat), de Jacob Marisstraat, Sloterkade, Theophile de Bockstraat en de Weissenbruchstraat.

Iets noordelijker werd in 1919 ten noorden van het latere Surinameplein een begin gemaakt met de bouw van woningen langs de Hoofdweg, het begin van een groot uitbreidingsplan van de gemeente Sloten, dat echter maar voor een klein deel ook door Sloten is uitgevoerd en later in gewijzigde vorm in de jaren twintig tot het Plan West zou leiden.

Plannen na de annexatie door Amsterdam

Nadat de gemeente Sloten in 1921 door Amsterdam was geannexeerd werden grootschalige plannen gemaakt voor de uitbreiding van de stad. Hierbij werd aanvankelijk voortgeborduurd op het uitbreidingsplan van de gemeente Sloten, dat in Amsterdam vorm kreeg als het Plan West. Dit resulteerde eerst in de nieuwe wijken rondom het Mercatorplein, Surinameplein en Hoofddorpplein in de jaren twintig en dertig. Hiervoor verdwenen vooral de percelen van tuinders, die alleen over het water bereikbaar waren, onder het zand.

Het eerste deel van de Hoofdweg bij het Surinameplein, met lage huizen, is in 1919 nog
aangelegd
in de Gemeente Sloten, die ook de naam van de straat, Hoofdweg, heeft
vastgesteld. Na de annexatie door Amsterdam in 1921 werd de rest van de buurt gebouwd.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

De volgende veel grootschaliger stadsuitbreidingen werden gerealiseerd volgens het Algemeen Uitbreidings Plan van Amsterdam uit 1935. Bij het maken van dit plan werd vrijwel geen rekening gehouden met de bestaande structuren, alleen enkele wegen aan de rand, zoals de Haarlemmerweg, de Sloterweg en de Osdorperweg bleven gehandhaafd. (Bijna) al het polderland daartussen in zou letterlijk onder het zand verdwijnen. Door de Tweede Wereldoorlog liepen de plannen ongeveer tien jaar vertraging op, maar vanaf 1948 verdween het gebied ten westen van de in de jaren dertig aangelegde Ringspoordijk in hoog tempo onder het zand. Tussen 1951 en halverwege de jaren zeventig werden de Westelijke Tuinsteden gebouwd rondom de gegraven Sloterplas.

Nu was het geen ongebruikelijke manier van stadsuitbreiding, want al sinds de kleine Middeleeuwse stad vanaf de 14e eeuw ging uitbreiden is er veel agrarisch land met de daarbij behorende bebouwing verdwenen, zo dus ook in de 20e eeuwse uitbreidingen.

Van wat er vroeger was is (bijna) niets meer terug te vinden, maar van de vroegere namen in het gebied is nog wel het een en ander te vinden. Naast de hiervoor genoemde overgebleven wegen zijn er ook straten in de nieuwe stad vernoemd naar oude namen van verdwenen boerderijen en wegen.

Bij de bouw van de Tuinstad Osdorp werden op 16 juli 1958 een reeks straten in het noordoosten van deze wijk vernoemd naar oude plaatselijke benamingen en burgemeesters uit de vroegere gemeente Sloten.

Hieronder een overzicht van deze straatnamen in Amsterdam-West die een relatie hebben met de vroegere gemeente Sloten en waar deze naar vernoemd zijn. De informatie over de straatnamen is ontleend aan het boek: “De naam van onze straat. Geschiedenis en verklaring van de straatnamen in Amsterdam”, door: J.A. Wiersma. Uitgave Stadsdrukkerij Amsterdam.

Erik Swierstra, december 2019.
Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp

 

Overzicht van straatnamen

Een aantal bestaande straten kreeg na de annexatie per 1 januari 1921 een jaar later (in 1922) een andere naam omdat de straatnaam al in Amsterdam bestond en twee straten met dezelfde naam niet wenselijk was binnen één gemeente.

Staatsliedenbuurt

* De Maljapenkade langs de Kostverlorenvaart werd al 1 juni 1898 gewijzigd in De Wittenkade. Het gedeelte ten zuidwesten van de Staatsliedenbuurt tot aan de Overtoomsesluis werd Baarsjesweg.

Omgeving Admiraal de Ruijterweg

Naamswijziging per 22 maart 1922:
* Emmastraat –> Lumeijstraat
* Piet Heinstraat –> Van Gentstraat
* Van Rijnstraat –> Chasséstraat
* Wilhelminastraat –> Bestevâerstraat
* Zoutmanstraat –> Wiltzanghlaan (naam gewijzigd per 20 april 1939)
* Prinses Julianastraat –> Willem Leevendstraat (naam gewijzigd per 20 april 1939)

Het Slatuinenpad werd ten zuiden van de Admiraal de Ruijterweg per 30 januari 1924 gewijzigd in Slatuinenweg, de rest van het pad richting Sloterdijk verdween onder het zand van de latere Willem de Zwijgerlaan.

Gehandhaafd bleven onder hun bestaande naam:
* Admiraal de Ruijterweg
* Jan van Evertsenstraat
* Jan van Galenstraat
* Reinier Claeszenstraat
* Witte de Withstraat

De Maarten Harpertszoon Trompstraat behield zijn naam ondanks dat er in Amsterdams al een Trompstraat bestond (genoemd naar Cornelis Tromp). Om verwarring te voorkomen kreeg deze straat in Zuid op 22 maart 1922 een nieuwe naam: Trompenburgstraat.

Overtoomse Buurt

Naamswijziging per 22 maart 1922:
* Bosboomstraat –> Andreas Schelfhoutstraat
* Sloterstraatweg –> Sloterkade en Sloterweg; een deel werd per 29 augustus 1973: Rijnsburgstraat

Gehandhaafd bleven onder hun bestaande naam:
* Jacob Marisstraat (een deel van de straat werd Jacob Marisplein)
* Theophile de Bockstraat
* Weissenbruchstraat
* Generaal Vetterstraat
* Spijtellaantje

De vanaf 1905 door de Gemeente Sloten aangelegde Jacob Marisstraat
behield zijn naam na de annexatie in 1921. De paardentram naar Sloten
die hier vanaf 1918 reed werd nog enkele jaren door de Gemeente Tram Amsterdam
geëxploiteerd als tractortram. Foto uit 1922.

Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Dorp Sloten

Naamswijziging per 22 maart 1922:
* Herenstraat (Dorp Sloten) –> Osdorperweg
* Slimmeweg –> Osdorperweg
* Akerweg –> Sloterweg

Middelveldsche Akerpolder

Naamswijziging per 22 maart 1922:
* Noorderweg –> Noorderakerweg
* Zuiderweg –> Zuiderakerweg

Straatnamen in de tuinstad Osdorp

In de Tuinstad Osdorp zijn vanaf 16 juli 1958 in de wijk tussen de Ookmeerweg, Meer en Vaart, Hoekenespad en Hoekenesgracht diverse straten vernoemd naar historische boerderijen, namen en begrippen uit de vroegere gemeente Sloten.

* Beek en Hoff – Voormalige boerenhofstede aan de Haarlemmerweg, tegenover het dorp Sloterdijk.
* Blomwijckerpad – Een door stadsuitbreiding verdwenen weg in het oude Sloten.
* Boutenburg – Voormalige boerenhofstede aan de Haarlemmerweg ter hoogte van de Vredenhofweg.
* Braak en Bosch – Voormalige boerenhofstede aan de Haarlemmerweg, gesloopt voor de aanleg van de tuinstad Geuzenveld.
* Bullepad – Genoemd naar een door stadsuitbreiding verdwenen zijpad van de Haarlemmerweg, ter hoogte van de Vredenhofweg. Vermoedelijk liep de bul, oftewel de fokstier van de buurt.
* Cromme Camp – Historische naam in de voormalige gemeente Sloten: een stuk grond.
* Geer Ban – De Geer Ban of Vrije Geer was een van de vier delen waaruit de gemeente Sloten in vroeger eeuwen bestond. Zie ook Vrije Geer. Een ban was oudtijds een bestuursgebied; een aantal bannen vormde tezamen een baljuwschap.
* Grasrijk – Voormalige boerderij aan de Uitweg, gesloopt voor de aanleg van de tuinstad Osdorp.
* Groenehuyzen – Voormalige boerderij in de vroegere gemeente Sloten.
* Groenpad – Voormalig weggetje in de voormalige gemeente Sloten.
* Hoekenes – Eilandje in het vroeger IJ. Het woord nes betekent landtong.
* Hooge Venne – Voormalige boerderij in de oude gemeente Sloten.
* Klarenburg – De voormalige boerderij aan de Uitweg, gesloopt voor de aanleg van tuinstad Osdorp. De ‘l’ in de straatnaam is dus abusief, maar burgemeester en wethouders oordeelden deze afwijking naderhand niet gewichtig genoeg om het raadsbesluit te wijzigen.

* Meer en Vaart – Voormalige hofstede aan de Sloterdijkermeerweg nabij de Haarlemmerweg, gesloopt voor de aanleg van Bos en Lommer. Het was de ambtswoning van de burgemeester van de in 1921 opgeheven gemeente Sloten.
* Nieuwe Laan – Voormalige weg in de Sloterpolder, verbindingsweg tussen Uitweg en Sloterdijkermeerweg. Op een kaart van 1650 wordt die oude weg Nieuwe Laan genoemd, op latere kaarten komt de naam Malleweg voor. De huidige Nieuwe Laan kreeg bij de aanleg de naam Malleweg, maar wegens bezwaren werd de naam in 1967 gewijzigd in Nieuwe Laan.
* Notweg – Een voormalige weg tussen de Sloterdijkermeerweg en de Haarlemmerweg, verdwenen voor de aanleg van de Bos en Lommerbuurt. Een notweg is een landweg, bestemd voor vervoer van de oogst van het veld; het Friese woord ‘not’ betekent ‘oogst’. Het begrip komt in Noord-Holland boven het IJ veelvuldig voor, ook als notsloot voor een waterweg met dezelfde functie.
* Ookmeerweg – Naar de vroegere polder, een drooggemalen meertje ten noorden van de buurtschap Osdorp.
* Osdorper Ban – Naar de buurtschap Osdorp. Op oude kaarten wordt deze buurtschap vermeld als Oostdorp. In 1957 begon de bouw van de tuinstad Osdorp, die in 1973 praktisch voltooid is. De Osdorperweg droeg vanouds de namen Herenstraat (in het dorp Sloten) en Slimmeweg.
* Reinveen – Voormalige boerderij aan de Uitweg, gesloopt voor de aanleg van tuinstad Osdorp.
* Remijden – Historische naam van een stuk land in het oude Sloten.
* Rijgersborgh – Boerderij (ook genaamd Reigersbosch) aan de Uitweg, gesloopt voor de aanleg van de wijk Slotermeer.
* Ruimzicht – Voormalige boerderij aan de Uitweg, gesloopt voor de aanleg van tuinstad Osdorp.
* Sonderbuur – Naam van een gesloopte boerderij aan de Haarlemmerweg tegen Halfweg.
* Tussen Meer – Voormalige boerderij in het oude Sloten.
* Veldzicht – Boerderij aan de voormalige Uitweg, gesloopt voor de aanleg van de Westelijke Tuinsteden. Voor 1975 droeg deze straat de naam Heijningspad, die werd ingetrokken bij de benaming van de Heining.
* Vreedenhaven – Een oude buitenplaats in het gebied van de voormalige gemeente Sloten.
* Vrijburg – Voormalige buitenplaats aan de Haarlemmerweg.
* Vrijzicht – Voormalige boerderij in de oude gemeente Sloten.
* Wildeman – Voormalige korenmolen aan de Amstelveenseweg, ter hoogte van de Kalfjeslaan.
* Witte Klok – Voormalige boerenhofstede in de oude gemeente Sloten.

Namen van vroegere burgemeesters van Sloten

* L. van Sonsbeeckstraat – Lodewijk Hendrik van Sonsbeeck (1831-1903), burgemeester van Sloten van 1864 tot 1868, daarna van Vlagtwedde.
* M. Hanenbergstraat – Matthijs Abel Joannes Hanenberg (1781-1838), vanaf 1815 eerst schout, daarna tot 1837 burgemeester van de gemeente Sloten, Sloterdijk, Osdorp en de Vrije Geer.
* Martini van Geffenstraat – Jhr. Frans Willem H.P.J. Martini van Geffen (1832-1883), burgemeester van de gemeente Sloten van 1881 tot 1883.
* Van Suchtelen van de Haarestraat – Jhr. Anthon Hendrik Peter Karel van Suchtelen van de Haare (1869-1946), laatste burgemeester van de gemeente Sloten (1909-1921).

Diverse begrippen

* Keurenplein – Keuren zijn de verordeningen van elk openbaar bestuur voor 1795. De naam hangt samen met het werkwoord ‘keuren’ in de betekenis van ‘kiezen’; oorspronkelijk gold het de regels die in acht moesten worden genomen of werden vastgesteld op de dag waarop nieuwe bestuurders werden gekozen.
* Langswater – Oude Rijnlandse naam, voorkomende op de kaart van Floris Balthasar van Berkenrode uit 1610. Langswater was een tochtsloot van het oude Osdorp naar het IJ, ter hoogte van Spieringhorn.
* Jan Rebelstraat – Jan Rebel was een eilandje in het vroegere IJ. De naam komt voor op oude kaarten. Hoe het eilandje aan zijn naam is gekomen, is onbekend.
* Zuidermolenweg – Oude molen in het vroegere Sloten (suyder Mole), vermeld op de kaart van Jan Dou uit 1687.

Straatnamen in en bij het dorp Sloten

Ook bij het dorp Sloten zijn vanaf 2 mei 1957 diverse straten vernoemd naar historische boerderijen, namen en begrippen uit de vroegere gemeente Sloten.

* Langsom – Naam van een vroegere molenwetering in de Riekerpolder.
* Ditlaar – De voormalige hofstede van dijkgraaf Ellard Ditelaar, die in de achttiende eeuw aan de Sloterdijkermeerweg heeft gestaan.
* Slimmeweg – Dit is de vroegere naam van de Osdorperweg zoals op oude kaarten van dit gebied is te vinden.
* Vrije Geer – Oude benaming van een deel van de gemeente Sloten, een driehoekig gebeid dat zich uitstrekte van de zuidwestpunt van de Slotermeer tot aan de Haarlemmermeer. Het gebied lag buiten de jurisdictie (1100 roeden) van Amsterdam. De ingezetenen van de Vrije Geer waren vanouds vrijgesteld van het betalen van bepaalde beden (belastingen) aan de graven van Holland.
* Akersluis, Akerpolderstraat en Nieuwe Akerweg – Genoemd naar de Akerpolder in de voormalige gemeente Sloten. De naam Aker en Akerwatering zijn historische namen die reeds op een kaart van Rijnland uit 1687 van Jan Dou voorkomen.

In de jaren negentig werden er in het dorp ook enkele straten vernoemd naar inwoners van Sloten die zich verdienstelijk hadden gemaakt voor het dorp.

* P. Hans Frankfurthersingel (aan de overkant van de Akersluis).
* Lies Bakhuyzenlaan.
* Gerrit van der Puijstraat.

Naast het Politiebureautje aan de Sloterweg 1226 heeft het in de jaren negentig nieuw ingerichte plein de naam ‘Dorpsplein’ gekregen.

Bij Langsom, tegenover de Molen van Sloten, zijn / waren er nog twee niet-historische informele straatnaamborden: ‘Sloterpleintje’ en ‘Arie Haring Plein’ (genoemd naar de Haringkar). Het laatste bordje is met de haringkar in juni 2020 verdwenen.

Erik Swierstra, december 2019 (tekst en foto’s)
Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp

105 jaar na de opening van de Sint-Jozefschool

Maandag 1 juli 2019 was het precies 105 jaar geleden dat de Sint-Jozefschool in Sloten werd geopend. Een gloednieuw gebouw werd die dag in 1914 door 189 leerlingen en 4 leerkrachten in gebruik genomen.

Schoolhoofd was de heer H. Schuss voor wie een grote ambtswoning beschikbaar was: het nog steeds bestaande huis op Sloterweg 1190. Het schoolgebouw met 6 lokalen, verdeeld over twee verdiepingen, stond in het verlengde achter de hoofdenwoning en is in 1992 afgebroken ten behoeve van nieuwbouw op dezelfde fundamenten voor De Driesprong.

De gloednieuwe Sint-Jozefschool bij de opening op 1 juli 1914
in de nog open ruimte bij de banpaal.
Foto: Schoolcollectie Sint-Jozefschool.

De opening van de school op 1 juli 1914 was de kroon op het streven naar een katholieke school in Sloten waar tot dusver alleen openbaar onderwijs bestond. Reeds in 1871 werd door de Sint-Pancratiusparochie de “Vereeniging tot Bevordering van Katholiek Bijzonder Onderwijs in de Parochie van den H. Pancratius te Osdorp” opgericht om daartoe de nodige gelden bijeen te brengen.

Nadat de parochiekerk in Osdorp werd afgebroken en in 1901 een nieuwgebouwde kerk in Sloten in gebruik werd genomen, werd in 1913 op het naastgelegen terrein een boerderij afgebroken om de bouw van de school mogelijk te maken. De in katholieke kringen vermaarde architect Jan Stuyt ontwierp school en hoofdenwoning. Hij was tevens de architect van de Sint-Pancratiuskerk en vele andere kerken in Nederland en liet zich bij het ontwerp inspireren op een eveneens door hem ontworpen school met woning in Krommenie.


De Sloterweg tussen 1901 en 1913. Waar nu rechts de boerderij staat,
verrees in 1913 de nog steeds aanwezige hoofdenwoning op nummer 1190.
Foto: Stadsarchief Amsterdam.

Leerlingenverschuiving
De 189 leerlingen op de pas geopende Sint-Jozefschool werden onttrokken aan de openbare scholen in Sloten en Osdorp die in een klap daalden van resp. 181 naar 84 leerlingen en van 86 naar 52 leerlingen. Tot 1988 heeft de Sint-Jozefschool aan ruim 2.000 leerlingen de eerste onderwijsbeginselen bijgebracht.

In dat jaar moest de school worden gesloten als gevolg van de ontruiming van het Tuinbouwgebied Sloten, waar in de 90-er jaren Nieuw-Sloten werd gebouwd. De in 1993 aldaar geopende katholieke basisschool De Mijlpaal ontleent dan ook zijn naam aan de banpaal die nog steeds naast de school in Sloten staat en is in feite de opvolger van de Sint-Jozefschool.

Aanbouw en afbraak
Door de verlenging van de leerplicht werd het schoolgebouw in 1931 uitgebreid met een zevende lokaal, terwijl in 1955 daar bovenop het handenarbeidlokaal werd gebouwd en er een nieuwe vleugel kwam met gymzaal en daarboven 3 lokalen dwars op de oude vleugel t.b.v. de Sint-Willibrordus vglo-school. Deze aanbouw staat er nog steeds en is nu samen met de nieuwbouw op de fundamenten van het oude gebouw het onderkomen van De Driesprong voor speciaal basisonderwijs die sinds 1970 in een deel van de oude Sint-Jozefschool werd gehuisvest, nadat de vglo-school in 1968 bij de invoering van de mammoetwet werd opgeheven.

Relikwie…
Enige restant uit 1914 is nu nog de voormalige hoofdenwoning op het adres Sloterweg 1190 die, nauwelijks veranderd, dezelfde markante uitstraling heeft behouden.

Een ander restant is de gedenksteen ter herinnering aan de eerste steenlegging op 7 november 1913 die thans als een relikwie wordt gekoesterd in de directiekamer van De Driesprong. Uit deze datum valt dus af te leiden dat school en woning in nog geen 8 maanden werden gebouwd! Hoewel de Sint-Jozefschool niet ouder dan 74 is geworden, hebben leerlingen, leerkrachten en ouders van De Driesprong in april 2014 het eeuwfeest gevierd van de plek waarop het op 1 juli 1914 allemaal is begonnen…

Theo Durenkamp; juli 2019.

Zie ook: www.theodurenkamp.nl

Van: https://www.theodurenkamp.nl/artikelen-1/105-jaar-na-de-opening-van-de-st-jozefschool

Zie ook: https://www.theodurenkamp.nl/artikelen-1/een-school-wordt-65

25 jaar later: Natuurpark Vrije Geer met ooievaars

De tijd vliegt! Weet u het nog? In december 1994 was het referendumcomité ‘Behoud Weilandje Vrije Geer’ druk in de weer om 30.000 handtekeningen van Amsterdammers te verzamelen.

Geen sinecure. Zeker omdat bijna níemand dit kleine weilandje bij Sloten kende. De gemeente wilde het volbouwen en de tram moest er op een dijk dwars doorheen… Mede dankzij De Echo is dit toen voorkomen. Natuurlijk was de krant ook present bij de referendumwinst op 17 mei 1995 en in 2008, toen het gelijknamige natuurpark geopend werd. Recent berichtte de krant nog over het wel en wee van de Vrije Geer-ooievaars.

‘Behoud Weilandje Vrije Geer’.

Hou ’t groen in Amsterdam
Velen hebben zich er indertijd over verbaasd dat het Weilandje-referendum gewonnen werd. Sommigen beweren dat het Weilandje meelifte op het Stadsprovincie-referendum, dat gelijktijdig werd gehouden. “Het échte verhaal is dat beide referenda elkáár versterkten”, zo vertelt Tamar Frankfurther, indertijd lid van het referendumcomité en nog altijd voorzitter van de beheergroep van het natuurpark. “Uit onderzoek van de gemeente bleek namelijk dat hoog opgeleide bewoners uit Zuid en de Binnenstad zich nauwer betrokken voelden bij het referendum over de Stadsprovincie. Maar de ‘gewone’ Amsterdammers in de buitenwijken herkenden zich meer in de discussie over het belang van het behoud van groen in de stad. Het Weilandje stond symbool voor ál het bedreigde groen in héél Amsterdam. Dat werd verbeeld in de ‘Amsterdamse Bedreigde Groene Plekkenkaart’. Wie ONeens stemde, liet weten: “Gemeente, niet alleen het Weilandje, maar ook het groen in míjn buurt moet behouden blijven!”.

Voorbeeldfunctie
Het zou reuze jammer zijn wanneer het unieke verhaal over de inspraak, de acties en dit referendum verloren zou gaan. “Daarom gaan we in een film laten zien hoe we alles gedaan hebben. We mogen de opnamen van AT5 en de landelijke omroepen gratis voor deze film gebruiken. De film ‘De slag om het Weilandje Vrije Geer’ gaat op 17 mei 2020 in première. Daarna kan iedereen gratis kijken via www.geheugenvanwest.nl. Ik hoop dat nieuwe actievoerders geïnspireerd raken door ons positieve voorbeeld”, aldus Tamar.

Afsluitend: “Huis-aan-huisbladen zijn belangrijk. Juist om het kleine nieuws dicht bij huis te melden. Het is dan ook een groot verlies voor Amsterdam dat dit na zoveel jaren de állerlaatste Echo is. Gelukkig heeft Nieuw-West als enige stadsdeel van Amsterdam nóg een krant, de Westerpost.”

Tamar Frankfurther

Uit de Echo van 18 december 2019.

Hoeve van Worm gesloopt

De gemeente Amsterdam is op 14 oktober 2019 begonnen met de sloop van de oude – voor Oud Osdorp gezichtsbepalende – hoeve aan de Osdorperweg, boerderij ‘Nooit Gedacht’.

Sloop van het dak; 26 november 2019.
Foto: Trees Kaizer.

De hoeve, die sinds 1895 wordt bewoond door de familie Worm, bestond uit een woonhuis, wagenschuur en een koeienstal. De gemeente heeft de oude hoeve laten verkommeren. Om spontaan instorten te voorkomen, was sloop helaas noodzakelijk.

Hoeve ‘Nooit Gedacht’ zoals het was; 22 april 2016.
Foto: Erik Swierstra.

 

De boerderij aan de Osdorperweg 571 op 

Bureau Monumenten en Archeologie oordeelde dat de hoeve geen monument kon worden omdat er “te weinig waarden resteren als gevolg van bouwvalligheid”. Hetzelfde lot wacht de oude hooiberg naast de hoeve. Al met al een verdrietige wond in het landelijk gebied van Oud Osdorp… De familie Worm wil nu zo snel mogelijk iets moois gaan terugbouwen, maar daarover volgt later meer.

Tamar Frankfurther

Uit: de Westerpost van 18 december 2019.

* Zie ook: Oudste Osdorpse boerderij gesloopt
* Zie ook: Melkveebedrijf Worm
* Zie ook: Osdorperweg 571

Oudste Osdorpse boerderij gesloopt

Met het neerhalen van de vier stalen steunpunten van de hooiberg werd op 11 december 2019 de sloop van de oudste nog bestaande boerderij in Osdorp voltooid. Daarmee kwam definitief een eind aan deze karakteristieke, monumentale boerderij met zijn kenmerkende hooiberg die sinds 1895 het straatbeeld van deze eeuwenoude dorpskern heeft bepaald.

De trieste leegte die overbleef na de sloop van de boerderij;
11 december 2019.

Foto: Theo Durenkamp.

Het is woensdagmiddag 11 december 2019 even na 2 uur als het verkeer op de Osdorperweg aan beide zijden wordt stilgezet. Een bouwkraan met grijper krijgt vervolgens de kans om de vier ca. 10 meter hoge stalen steunpunten van de hooischelf veilig te neer te halen.

En hiermee worden dan de laatste restanten op het boerenerf verwijderd en komt er een definitief einde aan de boerderij met inpandig woonhuis die al 124 jaar lang over een lengte van enkele tientallen meters direct aan de smalle Osdorperweg grenst.

Het moment waarop de vier kenmerkende hooischelfgeleiders definitief uit het straatbeeld van de dorpskern Oud-Osdorp verdwenen …

De sloop kwam natuurlijk niet onverwacht: al veel jaren was zichtbaar dat de onderhoudsstaat van de boerderij steeds meer te wensen overliet. Zo werden enkele jaren terug steunbalken onder de verzakte dakgoot gemonteerd en werden eerder dit jaar na een storm uit voorzorg de meeste dakpannen al verwijderd.

De gemeente Amsterdam, eigenaar van de boerderij, heeft nog overwogen het complex de monumentenstatus toe te kennen, maar zal alras besloten hebben dat restauratie niet meer haalbaar was. Nadat enkele maanden terug het pand met hekken werd omgeven met de waarschuwing “instortingsgevaar”, ging afgelopen maand de sloop definitief van start.

Nadat het verkeer op de Osdorperweg was stilgelegd, maakte de grijper de vier hooischelfgeleiders met de grond gelijk …

De familie Worm, die vanaf 1895 deze boerderij van vader op zoon heeft gerund, heeft nu het eerste recht van koop. Het zou nu zo maar kunnen, dat zij na aankoop er een woonhuis zullen bouwen waarbij zij de gevelwand langs de Osdorperweg een uitstraling zullen geven die ons doet herinneren aan deze eeuwenoude plek, en wie weet, met opnieuw de karakteristieke hooiberg …!

Tekst en foto: Theo Durenkamp, Oud Osdorp; 11 december 2019.

Voor meer foto’s en meer informatie: https://www.theodurenkamp.nl/artikelen-1/oudste-osdorpse-boerderij-gesloopt

Voor meer over de geschiedenis van deze boerderij: https://geheugenvanwest.amsterdam/page/24285/interview-met-henk-worm

Zie ook: Hoeve van Worm gesloopt

Nieuw boek: ‘Rond de Sloterbrug’

Badhoevedorp, Sloten en Oud Osdorp in de jaren vijftig

Vier auteurs vertellen 36 verhalen vol jeugdherinneringen. Een voor velen heel herkenbaar stukje lokale geschiedenis.

Wie herinnert zich niet het hertenkamp bij de Sloterbrug in Badhoevedorp? Of: Köhler’s Zwem- en Strandbad aan de Slotense kant van de brug, waar nu de P. Hans Frankfurthersingel in De Aker ligt. En: Gekke Hans, die bij optochten altijd getooid met pet als kordaat “tamboer-majoor” voorop liep. Een boek vol verhalen.

Schoolstaking Oud Osdorp
De kwaliteit van en de verkeerssituatie op de Osdorperweg op Oud Osdorp was áltijd al onderwerp van discussie, zo blijkt uit een bijdrage van Kees Schelling: “… De bewoners waren het zat. Al jaren hadden ze bij de gemeente geklaagd over de erbarmelijke staat van de weg. Maar er gebeurde helemaal niets. … Op vrijdagavond 25 oktober 1963 werd er in de schuur van Henk Wolkers, die vlakbij Halfweg een tuinderij had, een protestvergadering gehouden. … Leo Barlag, één van de initiatiefnemers, kan het zich nog goed herinneren: “Het was erg vol in die schuur. De meeste mensen zaten op houten planken die op veilingkisten waren gelegd. … Henk Wolkers was aan het woord. … Er waren hardere acties nodig. Het kostte lange Henk dan ook niet veel moeite om de ouders te bewegen om hun kinderen op de daaropvolgende maandag en dinsdag uit protest niet naar school te laten gaan. … Meer dan 200 kinderen bleven maandag en dinsdag thuis.”

Wethouder Joop den Uyl van de gemeente Amsterdam is naar Oud Osdorp
gekomen om de toestand te beoordelen van het wegdek van de
Osdorperweg 
ter hoogte van nr. 557; november 1963.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Misdienaar Pancratius
Kees Loogman, vertelt dat hij gevraagd werd om misdienaar te worden toen hij een jaar of acht was: “… na een paar maanden gewoon misdienen kwam de kapelaan ook regelmatig aankloppen voor een uitvaart of een huwelijk. Om half tien liep je met z’n tweeën de klas uit, met een serieus gezicht want er was werk in de kerk. Na afloop kreeg je meestal een gevulde handdruk van de vrolijke bruidegom of van een bedroefde nabestaande. ‘Bedankt jongen, en mondje dicht tegen pastoor Dorbeck.’ Dezelfde pastoor die meteen na zo’n dienst vroeg of we nog een extraatje voor de kerk hadden gekregen. Terug in de klas, aan het eind van de ochtend was je dan gemiddeld een rijksdaalder rijker. Als ik voor mezelf praat, heeft dit verhaal nooit de biechtstoel gehaald. Er gaan ook andere verhalen over pastoors en misdienaars. Als ik voor mezelf praat: niets dan lof voor meneer pastoor.”

Rond de Sloterbrug; Badhoevedorp, Sloten, Oud Osdorp in de naoorlogse jaren. 36 verhalen, met foto’s. Auteurs: Paul Kroes, Jan Loogman, Kees Loogman en Kees Schelling. www.ronddesloterbrug.nl; ISBN: 9789082477511. € 19,95 . O.a. verkrijgbaar bij Jaspers (Badhoevedorp) en Meck & Holt (Osdorp) en via genoemde website.

Tamar Frankfurther

Uit: de Westerpost van 27 november 2019.

100 jaar Vereniging Amateur Tuinders

Ter gelegenheid van het eeuwfeest van de Vereniging Amateur Tuinders verscheen in september 2019 een speciale uitgaven van het V.A.T. nieuws waarin de geschiedenis van de afgelopen honderd jaar werd beschreven. Ontleend uit deze uitgave hieronder een beschrijving van de geschiedenis van de vereniging tussen 1919 en 2019.

“Op 1 september 1919 werd de Vereniging Amateur Tuinders (V.A.T.) officieel opgericht en op 24 september van datzelfde jaar werd de eerste ledenvergadering gehouden in de Conferentie-Bar aan de Kinkerstraat.”

Eerste Wereldoorlog (1914-1918)
Rond 1916 besloot een aantal Amsterdammers gezamenlijk een stuk grond te huren van een particulier om hierop aardappelen en groenten te verbouwen. Het oog viel op een stuk weiland gelegen aan de Sloterstraatweg. Dit perceel lag ongeveer ter hoogte van de huidige Maassluisstraat in het stadsdeel Slotervaart.

Ligging van de volkstuinen (donkergroene strook) van de Vereniging Amateur Tuinders
in de Sloterpolder tussen de Sloterweg en de Slotervaart tussen 1916 en 1955.

In het voorjaar van 1917 begon men aan de bewerking van de grond en het zaaien en planten van gewassen. Iedere deelnemer kreeg een stukje grond toegewezen van ongeveer 300 vierkante meter. Het geheel bestond uit 60 tuintjes.

Toen de tuintjes na verloop van tijd wat meer bekendheid kregen, werd het aantal aanvragen groter en was het hele complex al snel verhuurd. Vanwege het succes besloot men in 1918 de hele strook weiland te huren die grensde aan de hoofdvaart in de Sloterpolder. Dit betekende dat het looppad een lengte kreeg van ruim een kilometer. Zo groeide het tuincomplex verder uit en telde het 210 leden.

Op 1 september 1919 werd de Vereniging Amateur Tuinders (V.A.T.) officieel opgericht en op 24 september van datzelfde jaar werd de eerste ledenvergadering gehouden in de Conferentie-Bar aan de Kinkerstraat.

Uit archiefstukken blijkt overigens dat er tussen 1915 en 1919 pogingen zijn ondernomen om onder de naam ‘Ons Buiten’ een vereniging op te richten. Het is dus niet uitgesloten dat er tijdens de oprichtingsfase een splitsing is ontstaan in de groep tuinders aan de Sloterstraatweg. Sindsdien is ‘Ons Buiten’ actief aan de Riekerweg, bij de Nieuwe Meer.

Om Koninklijke Goedkeuring te krijgen voor de statuten werd een verzoek ingediend, waaraan gehoor werd aangegeven, met als gevolg: een officiële goedkeuring in het Koninklijk Besluit van 10 juli 1920, ondertekend door Koningin Wilhelmina en de toenmalige minister van justitie.

Ingang van het tuinpark van de Vereniging Amateur Tuinders vanaf
de Sloterweg, met het lange pad tussen de tuinen door; 1954.
Foto: Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam.

Tussen de wereldoorlogen
De zogenaamde siertuintjes met bomen, heesters en vaste planten deden hun intrede. Langzamerhand verschenen ook de echte tuinhuisjes die van jaar tot jaar sierlijker en groter werden. Door de verdere uitbouw van het tuincomplex kwamen er voor het bestuur steeds meer werkzaamheden bij. Daarom werd in de twintiger jaren een oude directiekeet gekocht die dienst ging doen als bestuurshuisje.

Vlak voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog vierde de vereniging in 1939 haar twintigjarig jubileum.

De periode van 1940 tot 1945
Tijdens de Tweede Wereldoorlog braken er ook voor de vereniging moeilijke tijden aan. De Duitse bezetter kwam met diverse bepalingen, bijvoorbeeld het registreren van alle eigendommen die een vereniging in haar bezit had. De leden werden verplicht zich in te schrijven bij het Bureau voor Tuin- en Voedingsgewassen in Alkmaar, waar ze een verenigingskaart kregen voor het naar huis vervoeren van de op hun tuin gekweekte gewassen en vruchten.

De controleambtenaren van de Crisis Controle Dienst (C.C.D.) en de politie traden dikwijls zeer streng op. Zo kon het gebeuren dat de leden last kregen met deze ambtenaren omdat ze groenten en gewassen vervoerden die ze bij de tuinders in de polder ophaalden voordat ze die van hun eigen grond konden oogsten. Minder fraai was dat de Duitsers bezetters alle tuinhuisjes hebben opengebroken om radio’s, koper en dergelijke te roven. Wanneer na de bevrijding de balans wordt opgemaakt, staat het bestuur van de vereniging voor een complete chaos.

Naoorlogse jaren
In 1949 vierde de vereniging haar 30-jarig bestaan in het AMVJ-gebouw aan de Stadhouderskade, tegenover het Leidsebosje. Dit was het eerste feest na de oorlog en het werd uitbundig gevierd. Tijdens dit jubileum zongen de aanwezigen uit volle borst een speciaal geschreven lied, een ode aan het lange smalle pad met aan beide kanten de tuinen; een pad met een lengte van maar liefst 1200 meter: ‘Heb medelij V.A.T., heb medelij V.A.T., heb medelij met het verenigingspad.’ Het was namelijk streng verboden om op het pad te fietsen, maar de leden hadden dikwijls geen zin dat lange pad af te lopen voordat zij op hun tuin aankwamen.

Luchtfoto van de tuinparken van de Vereniging Amateur Tuinders
en Eigen Hof, gezien vanuit het zuidoosten. Links is de Ringvaart
van de Haarlemmermeer, op de achtergrond het dorp Sloten; 1976.
Foto: Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam.

Een grootscheepse verhuizing
Begin jaren vijftig ging de grond die de vereniging in huur had over in handen van de gemeente Amsterdam. Nadat in 1952 het huurcontract was opgezegd kon de onteigening in gang worden gezet. Het voortbestaan van de vereniging kwam hierbij in het geding. Er volgden enige jaren van moeizaam onderhandelen tussen het bestuur en de gemeente, die resulteerden in toewijzing van een stuk grond van circa acht hectare aan de Sloterweg in Sloten. Deze locatie was vroeger voor een gedeelte het voetbalveld van een sportvereniging, terwijl de rest (de Punt) het voormalige weiland was van een boer.

Voor de realisering van het nieuwe tuinpark had de gemeente Amsterdam een bedrag van 170.000 gulden uitgetrokken. Hierin waren voorzieningen opgenomen als verharde paden, betonnen bruggen, ringaanleg van waterleiding en de aanplant van honderden sierheesters, bomen en heggen ter verfraaiing. Bovendien werd nog eens een bedrag van 82.000 gulden aan de vereniging ter beschikking gesteld zodat gedupeerde leden renteloze leningen konden krijgen.

In 1955 begon de verhuizing van de eerste tuinders naar het nieuwe park. Het grote werk van afbraak en opbouw was begonnen. Veel oudere leden zagen tegen de verhuizing op, anderen haakten af, zodat ten slotte 116 leden overgingen naar het nieuwe tuinpark.

Opening tuinpark V.A.T. in 1958 in Sloten
Door het hijsen van de V.A.T.-vlag en de onthulling van het beeldje ‘De Wiedster’ werd op zaterdag 28 juni 1958 het tuinpark in Sloten officieel geopend. Dit beeldje werd door de V.A.T.-leden als blijk van waardering aan de gemeente Amsterdam aangeboden.

Tijdens de feestelijkheden was er ’s middags een rondgang door het park met een drumband, gevolgd door een poppenkastvoorstelling voor de kinderen en in de avonduren werden er op een tijdelijk podium allerlei toneelstukjes opgevoerd en dia’s vertoond van het oude en het nieuwe tuinpark.

Het tuinpark van de Vereniging Amateur Tuinders; 2019.
Foto: website V.A.T.

De banden van de vereniging met Sloten
In de beginperiode waren er nog volop winkels in Sloten. De winkeliers zagen uit naar de tijd dat de volkstuinders hun huisjes op het park betrokken; dat gaf drukte in de winkels. Daarnaast gingen de kinderen voor een paar maanden in Sloten of Badhoevedorp naar school. In het begin kon men ook nog bij de Punt in de Ringvaart zwemmen.

Er had zich daar een strandje ontwikkeld waar men kon komen via een plank over de Westersingel. Moeders en kinderen maakten daar bij mooi weer dankbaar gebruik van.

Oprichting tuinkrant ‘Nieuws van V.A.T.’
Om iedereen op het tuinpark beter te kunnen informeren over allerlei verenigingszaken en -activiteiten, besloot een aantal leden een tuinkrant op te richten onder de naam ‘Nieuws van V.A.T.’ De redactie had het niet zo makkelijk, want er was weinig geld en er waren geen adverteerders. Het eerste gestencilde krantje verscheen in het voorjaar van 1980. Tot op de dag van vandaag verschijnt het verenigingsblad regelmatig, tegenwoordig onder de naam ‘V.A.T. Nieuws’.

Opening van De Schakel
Vanwege het ontbreken van een geschikte accommodatie voor het houden van verschillende tuinevenementen, drong een aantal V.A.T.-leden bij het bestuur aan op het bouwen van een eigen clubhuis. Er werd een bouwcommissie ingesteld die deze enorme klus moest klaren. Om een deel van de bouw te kunnen financieren wist men bij de gemeente Amsterdam een bedrag van 80.000 gulden aan subsidie los te krijgen. Binnen een tijdsbestek van slechts vijf maanden werd het verenigingsgebouw opgeleverd.

Wachthuisje ingang
In opdracht van het bestuur werd in juli 1999 bij de ingang van het tuinpark een wachthuisje geplaatst. Dit is vooral een uitkomst voor bejaarden en personen die slecht ter been zijn en moeten wachten op de stadsmobiel. De bouw hiervan is door vrijwilligers tot stand gekomen.

Verbouwing vuilcontainerruimte aan de Parkhuislaan
In het voorjaar van 1997 ontving het bestuur een bijdrage uit het Schipholfonds. Dit bedrag werd in de periode 1998-1999 besteed aan de verbouwing van de bestaande vuilcontainerruimte aan de Parkhuislaan. Sindsdien worden tuinafval en huishoudelijk afval van elkaar gescheiden.

80-jarig V.A.T.-jubileum
Op zaterdag 28 augustus 1999 vierde de vereniging haar 80-jarig jubileum met een receptie en een gezellige feestavond in de Schakel. Tijdens de receptie hield de voorzitter een kort welkomstwoord, waarin niet alleen werd teruggeblikt maar ook werd gewezen op de activiteiten ten aanzien van de ‘Groene AS’, waar de vereniging sinds enige tijd deel van uitmaakte. Dit bood voor de toekomst van het tuinpark perspectief, want na het jaar 2000 zouden de leden ongestoord van hun tuintje kunnen blijven genieten.

Een nieuwe naam voor het V.A.T.-laantje
Het sinds 1958 ingeburgerde ‘V.A.T.-laantje’, dat vanaf de Sloterweg tot aan de ingang van het tuinpark loopt, kreeg eind 2000 een nieuwe naam. De stadsdeelraad besloot om het laantje te vernoemen naar Lies Bakhuyzen, een befaamd raadslid van de dorpsraad Sloten Oud-Osdorp.

Brugverbinding tussen V.A.T. en Eigen Hof
Na ruim vijf jaar met stadsdeel Osdorp te hebben onderhandeld over een permanente brugverbinding met tuinpark Eigen Hof, werden de inspanningen van het bestuur in 2004 eindelijk gehonoreerd. Het stadsdeel Osdorp schonk aan de beide Slotense tuinparken de brug die lag in de Akerpolder aan de Noorderakerweg. Alleen de transportkosten kwamen voor rekening van de tuinparken. De houten brug weegt ruim twee ton en heeft een lengte van ongeveer 6,5 meter. Tijdens het 85-jarig jubileum werd de brugverbinding officieel geopend.

Opening V.A.T.-tuinhuisje nummer 1
Op vrijdag 8 juli 2005 vond op het tuinpark de officiële opening plaats van het tuinhuisje nummer 1, door wethouder Welzijn en ouderenzorg van stadsdeel Osdorp. Dit fraaie tuinhuisje, waarin oudere bewoners uit verpleeghuizen, dienstencentra en woonzorgcentra kunnen genieten van het buiten zijn, is een uniek project.

De laatste tien jaar
Het laatste decennium heeft het tuinpark een meer openbaar karakter gekregen, iets wat ook de gemeente graag ziet en stimuleert. Mede in het kader daarvan is er naast De Schakel een heemtuin gekomen, ook wel Het Schakelpark genoemd. Voor bezoekers van het tuinpark is het in de heemtuin aangenaam toeven, want er is een behoorlijke variatie aan bloemen en planten; een variatie die ook de leden inspiratie kan bieden. Bij de beplanting wordt vaak gekozen voor ‘bijvriendelijkheid’, onder andere omdat de vereniging sinds een paar jaar over een bijeneiland beschikt. Bijen zijn belangrijke bestuivers voor de productie van voedsel en als landbouwgewassen niet worden bestoven, komen ze niet tot ontwikkeling. Op het bijeneiland staan drie kasten, waarin tienduizenden bijen zijn gehuisvest. Om bloemrijke beplanting te bevorderen vinden de leden eens in de zoveel tijd een zakje met bloemenzaad in hun brievenbus.

Daarnaast is er op het tuinpark steeds meer sprake van ecologisch tuinieren. Dat wil zeggen: respect voor de bodem, het bodemleven en al wat leeft. Bijvoorbeeld gevarieerde beplanting zal veel verschillende diertjes aantrekken die onderling zorgen voor het natuurlijk evenwicht. Bodemziekten worden zo vermeden en voedingsstoffen kunnen optimaal benut worden.

Niet alle vooruitgang heeft betrekking op de natuur, want de vereniging heeft er ook voor weten te zorgen dat er, voor de leden die dat willen, wifi-verbinding is. Verdeeld over het hele tuinpark zijn zendpalen neergezet, zodat een ideale verbinding overal mogelijk is.

Uit: Speciale uitgave V.A.T. nieuws
V.A.T. 1919-2019 – September 2019.

Zie ook: http://www.vat-sloten.nl/wp-content/uploads/2019/09/VAT-2019-Jubileum-uitgave.pdf

Oude huisnummers en wijkletters van de gemeente Sloten – deel 2

In het eerste deel van dit artikel zijn de Sloterweg en het Dorp Sloten (Wijk A) aan bod gekomen. In deel 2 komen de andere wijken in de vroegere gemeente Sloten aan bod.

Van de meeste andere wijken is veel minder overgebleven. Het dorp Sloterdijk (Wijk B) is in de jaren vijftig en zestig voor een groot deel afgebroken, alleen rond de voor sloop geredde Petruskerk zijn nog enkele oude huizen overeind gebleven. Oude huisnummers zijn hier echter niet meer aan te treffen.

In Oud Osdorp zijn langs de Osdorperweg en Lutkemeerweg (Wijk C) nog een aantal oude huizen en boerderijen aan te treffen uit de tijd van de gemeente Sloten. Ook hier zijn geen oude huisnummers meer te zien.

Wijk B

De huisnummering van Wijk B begon aan de Spaarndammerdijk aan de noordwestkant van het dorp Sloterdijk, bij de grens met Wijk F. Dit deel van het dorp is in de jaren zestig onder het dijklichaam van de Ringweg A10 (Einsteinweg) verdwenen. Hier lagen aan de westkant de huisnummers B1 t/m B39. Dit laatste was het hoekhuis met de dorpsstraat, die vanaf 1938 Velserweg ging heten. Vanaf de hoek (B39) tot aan de Haarlemmertrekvaart bevonden zich de nummers t/m B70. Tussen het Gemeentehuis op nr. B43 (Velserweg 41-43) en het huis op nr. B44 lag de spoorlijn Amsterdam – Haarlem. Het oude Rechthuis was gevestigd op nr. B68. Vanaf 1930 was de Coca Colafabriek gevestigd op de nummers B 67 t/m B70 (later Velserweg 5 t/m 9). Deze bebouwing verdween begin jaren zestig voor de verbreding van de overweg en de aanleg van het dijklichaam.

De kaart is een uitsnede uit een kaart van de Dienst der Publieke Werken
van de Gemeente Amsterdam uit de Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Aan de oostkant van de straat, bij de brug over de Haarlemmertrekvaart, stond de Sloterdijkschool (later Gereformeerde school) op nr. B71 (na 1956 Molenwerf). De nummers B72 t/m B80 waren huizen langs de zuidkant van de steeg aan de oostkant. De nummers B81 en B82 (na 1956 Molenwerf 3) behoorden bij Drukkerij Laporte en Dosse. De dichte bebouwing tussen de noordkant van de steeg en de spoorbaan had de huisnummers B83 t/m B117. Ten oosten hiervan was evenwijdig aan de Trompettersloot een naar het zuidoosten (de fabriek van de LinMij) lopend straatje (Plaats) met de huisnummers B120 t/m B137. De LinMij had nr. B135 (na 1956 Molenwerf 2). Deze gehele bebouwing, behalve de LinMij, werd gesloopt in 1955 voor de aanleg van het (eerste) Station Sloterdijk, met het bijbehorende voorplein met bushaltes. Dit plein kreeg in 1956 de naam Molenwerf, naar de verfmolen ‘De Star’ die hier stond van 1733 tot 1847. Het station bleef in gebruik tot 1985 en werd daarna afgebroken. De LinMij bleef bestaan tot 1993 en werd in 1995 afgebroken.

Ten noorden van de spoorwegovergang hadden de huizen langs de (latere) Velserweg tot aan de Spaarndammerdijk de nummers B148 t/m B151. Deze kregen later de huisnummers Velserweg 24 t/m 32. Deze huizen bestaan nog steeds.

Vanaf de hoek met de Spaarndammerdijk waren de huizen in noordoostelijke richting tot aan de Petruskerk genummerd B 152 t/m 157. De huizen tussen de kerk en de spoorbaan waren genummerd B158 t/m B167. Deze huizen werden later Spaarndammerdijk 689 t/m 715 (andersom genummerd) en bestaan nog steeds.

De Petruskerk had het nummer B168 en is nu Spaarndammerdijk 681. De huizen achter de kerk waren de nummers B169 en B170 en zijn nu Spaarndammerdijk 675 en 677. Ook stonden hier B172 en B173.

Ten noorden van de Petruskerk staan langs de dijk de huizen B171, B174 t/m B176 en erachter B177 en B178. Dit zijn tegenwoordig de nummers 657 t/m 667 (andersom genummerd).

Voorbij het aflopende pad staan de huizen B179 t/m B184 en er vlak achter B185 t/m B190. Dit zijn nu de nummers 639 t/m 649 en er vlak achter 639a t/m 649a (andersom genummerd). Dan een vrijstaand huis met nr. B191, nu nr. 635. De laatste oude nog bestaande huizen waren de nummers B192 t/m B195, zij zijn nu genummerd Spaarndammerdijk 625 t/m 631.

Ten noordoosten hiervan ging de lintbebouwing langs de zuidkant van de dijk nog een heel eind door, tot nummer B283. Verder was er verspreide bebouwing en waren er onderaan de dijk ook enkele boerderijen. Het hoogste nummer langs de Spaarndammerdijk, bij de gemeentegrens met Amsterdam, was B321. De nummers B319 t/m B321 werden Spaarndammerdijk 299 en bestaan nog als ‘buurtboerderij Ons Genoegen’.

De volgende nummers in de B-serie waren toebedeeld aan de bebouwing langs de Haarlemmerweg, vanaf de gemeentegrens in westelijke richting. De nog bestaande Begraafplaats ‘Vredenhof’, net ten westen van de gemeentegrens sinds 1896, had het nummer B325 en is nu Haarlemmerweg 365. Ten westen daarvan staat Molen ‘De Bloem’, deze had de aanduiding B343 en is nu Haarlemmerweg 465. Tussen deze molen en de Admiraal de Ruijterweg was verspreide bebouwing van huizen en boerderijen, deze hadden de nummers B344 t/m B414. In de jaren twintig en dertig is deze bebouwing geheel verdwenen en vervangen door nieuwbouw.

Wijk C

Van de bebouwing in Wijk C zijn hier en daar nog oude huizen bewaard gebleven, met name langs de Osdorperweg en de Lutkemeerweg. Ook hier zijn geen oude huisnummers meer aan te treffen. Langs de Haarlemmerweg staat nog als herinnering aan het vroegere polderlandschap Molen ‘De 1200 Roe’, deze had de aanduiding C325. Nu is het Haarlemmerweg 701. Molen ‘De 1100 Roe’, die vroeger iets ten oosten van deze molen stond en in 1965 is verhuisd naar het Herman Bonpad in Sportpark Ookmeer, had de aanduiding C337. Verder naar het oosten is er langs de Haarlemmerweg van de oude bebouwing niets bewaard gebleven.

Langs de Haarlemmerweg, ten westen van de Admiraal de Ruijterweg, stonden als belangrijkste gebouwen van oost naar west: Boerderij Vredelust (nr. C6), Molen ‘De 1100 Roe’ (nr. C337), Boerderij ‘D’Eenhoorn’ (nr. C336; tussen de beide molens), Molen ‘De 1200 Roe’ (nr. C325), Boerderij ‘Braak en Bosch’ (nr. C323), Boerderij ‘Geuzenveld en Heereshaven’ (nr. C319), Boerderij nr. C318, Boerderij nr. C306 en de Rijksmagazijnen (nr. C305; nu ‘De 1800 Roe’).

De Groeneweg, Uitweg en de Sloterdijkermeerweg, en de daaraan liggen bebouwing, zijn geheel van de kaart verdwenen bij de aanleg van de Westelijke Tuinsteden en de Sloterplas in de jaren vijftig.

Voor een overzicht van de oude en nieuwe huisnummers langs de Slimmeren en Osdorperweg zie onderstaande overzichten:

* Huisnummers Osdorperweg met vernummering – pdf

* Huisnummers zijstraten en -wegen van de Osdorperweg – pdf

Wijk D

Ook van de Slatuinen en De Baarsjes is buiten de Slatuinenweg weinig bewaard gebleven. De huizen langs het Slatuinenpad ten zuiden van de Admiraal de Ruijterweg hadden van noord naar zuid de nummers D11 t/m D33 en D72 t/m D90 (westzijde) en D51 t/m D57 (oostzijde). Na de annexatie werd de straatnaam in 1924 gewijzigd in Slatuinenweg en de nummering gewijzigd: van zuid naar noord: 1 t/m 65 (westzijde; oneven) en 20 t/m 32 (oostzijde; even).

Van de oneven nummers bestaan nog de huizen: D11 t/m D79 (nu 29 t/m 65) en D82 t/m D85 (nu 19 t/m 25). Van de even nummers bestaan nog de huizen D51 t/m D57, nu 20 t/m 32.

De kaart is een uitsnede uit een kaart van de Dienst der Publieke Werken
van de Gemeente Amsterdam uit de Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

De nummering van de Baarsjesweg begon ten noorden van de Wiegbrug. Ter hoogte van waar nu de huidige Korte Geuzenstraat ligt was een zijstraat met de nummers D6 t/m D27, ten zuiden van de Admiraal de Ruijterweg lagen de nummers D28 t/m D35 (later de nummers 122 t/m 130). Naast dit laatste huis was tot 1916 een overhaal voor de schuiten naar de Sloterpolder. Langs de sloot, en noorden hiervan, waren de nummers D36 t/m D45 te vinden (later de nummers 131 en 132). Hier ligt nu Keerweer.

Ten zuiden van de overhaal bevonden zich de nummers D47 t/m D50. Dit laatste was het hoekhuis met Slatuinenpad / Slatuinenweg. Tussen deze straat en de Van Rijnstraat (sinds 1923 Chasséstraat) bevonden zich nog een reeks huizen met de nummers D90 t/m D117. Vanaf 1923 kregen deze de nummers 137 t/m 156. Een deel van deze huizen is blijven staan tot in de jaren zeventig. Vrijwel alle huizen zijn sindsdien vervangen door nieuwbouw. Tegenwoordig bestaat alleen nog het huis Baarsjesweg D50, thans nr. 136. Dit is de voormalige politiepost van de gemeente Sloten.

Wijken E, F, G en K

De huizen in het tuinbouwgebied in de Sloterpolder waren in de E-serie genummerd. Alles is verdwenen voor de bouw van de stadsuitbreidingen. Er is echter nog één huis bewaard gebleven met een zichtbaar E-nummer, dat is het pand op de hoek van de Andreas Schelfhoutstraat en de Sloterkade (nr. 20), hier is nog het oude huisnummer E137 af te lezen.

Ook de huizen in de F-serie en de G-serie zijn volledig verdwenen. Ook van de K-serie is er niets meer overgebleven.

Wijk H

Van de H-serie is juist weer meer bewaard gebleven. Diverse huizen langs de Jacob Marisstraat en Theophile de Bockstraat zijn nog herkenbaar aan de oude huisnummer plaatjes met een H-nummer. Deze straten kregen hun naam in 1905 en werden vervolgens bebouwd. Nog zichtbaar zijn dertien huisnummers: H74, H83, H84, H85, H91, H92, H94, H100, H104, H108, H110, H112 en H114.

Wijk J

Ook langs de Admiraal de Ruijterweg en zijstraten zijn nog oude huisnummers aan te treffen. Vooral tussen de Krommert en de Jan van Galenstraat zijn nog diverse huizen van een oud huisnummer voorzien in de J-serie. De trambaan van de Haarlemse tram van de Wiegbrug naar Sloterdijk en verder richting Haarlem werd in gebruik genomen in 1904. De weg er langs werd in 1908 aangelegd en kreeg de naam Admiraal de Ruijterweg. Toen startte ook de bouw van forensenwoningen. Op de kaart van 1913 lopen de huisnummers tot 127 (oneven) en 162 (even).

Ook kwamen er enkele zijstraten met de volgende huisnummers:

* Langs de Van Rijnstraat (nu Chasséstraat) 2 t/m 18
* Langs de Witte de Withstraat 1 t/m 33 (nu nrs. 117 t/m 153) en 2 t/m 4 (nu nrs. 184 t/m 186)
* Langs de Jan Evertsenstraat 1 t/m 13 en 2 t/m 10.
* Langs de Reinier Claeszenstraat waren er alleen de nummers 2, 5 en 7.
* Langs de Maarten Harpertzoon Trompstraat waren er de nummers 1 t/m 27 en 4 t/m 36.
* Langs de Emmastraat (nu Lumeijstraat) waren nog geen huisnummers.
* Langs de Wilhelminastraat (nu Bestevâerstraat) alleen nr. 2.

Enkele straten kregen na de annexatie in 1923 een andere naam omdat de oorspronkelijke naam al in Amsterdam voorkwam.

De kaart is een uitsnede uit een kaart van de Dienst der Publieke Werken
van de Gemeente Amsterdam uit de Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Meer dan een eeuw later waren de volgende huisnummers in 2018 nog aanwezig (soms slechts vaag leesbaar).

Admiraal de Ruijterweg: J5 (119), J7 (117), J79 (100), J85 (136), J87 (138), J89 (140), J93 (144), J95 (146); J90 (117), J94 (121), J96 (123), J116 (143), J118 (145), J120 (147), J124 (151), J126 (153), J128 (155), J142 (169), J144 (171), J197 (243), J199 (239).

Ook in de zijstraten zijn nog enkele oude huisnummers te zien. Vooral in de Maarten Harpertzoon Trompstraat: J6 (6), J8 (8), J10 (10), J12 (12), zijn de oude nummers nog goed leesbaar. Voorts ook de Reinier Claeszenstraat: J17 (17), J19 (19) en de Chasséstraat: J17 (84).

Zie ook:  Oude huisnummers en wijkletters van de gemeente Sloten – deel 1.

Zie ook:  Oude huisnummers en wijkletters van de gemeente Sloten – deel 3.

Tekst, foto’s en bewerking kaarten:
Erik Swierstra; augustus 2019.
Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp.