Algemeen

Vliegtuig halen, twee maal tol betalen

Wie tegenwoordig naar de Luchthaven Schiphol wil om vandaar per vliegtuig naar een verre bestemming te vliegen kan gebruik maken van diverse snelle mogelijkheden om van Amsterdam daarheen te komen.

Je kan per auto via de Haagseweg (Rijksweg A4), per trein via de Schiphollijn of per bus, via de Zuidtangent. Maar in de begintijd van Schiphol was dit wel anders. Men had een avontuurlijke reis van Amsterdam via Sloten naar Schiphol achter de rug alvorens de vliegreis te kunnen beginnen.

Luchtfoto van Vliegveld Schiphol in de beginjaren. Op de achtergrond de Ringvaart; 1924. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Vliegveld Schiphol
Nadat bij het fort Schiphol in de Haarlemmermeer al in 1916 een militair vliegveld was ingericht, begon de geschiedenis van het burgervliegveld na het einde van de Eerste Wereldoorlog. De oprichting van de Koninklijke Luchtvaart Maatschappij voor Nederland en Koloniën N.V. (KLM) in oktober 1919 en de start van de eerste lijndienst van de KLM Amsterdam – Londen per 17 mei 1920 vanaf Schiphol leidde tot een bescheiden verkeer van reizigers van en naar dit deel van de Haarlemmermeer.

De bovengenoemde verbindingen waren er natuurlijk nog lang niet en de aspirant-luchtreiziger moest via de bestaande smalle wegen op reis. In de beginjaren was het kantoor van de KLM gevestigd in een gebouwtje op het Leidseplein tegenover de Stadsschouwburg. Na daar een vliegticket te hebben aangeschaft kon men per tramlijn 1 via de Overtoom naar de Overtoomse Sluis reizen. Dit was toen de grens van Amsterdam en de gemeente Sloten.

Paardentram bij de Overtoomse Sluis; februari 1922. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Tol aan de Sloterkade
Na een korte wandeling over de ophaalbrug bij de sluis was er in de Bosboomstraat (thans Andreas Schelfhoutstraat) het beginpunt van de paardetram naar Sloten. Via de Jacob Marisstraat bereikte men de Sloterkade waar halverwege, de eerste tol opdoemde. In de eerste decennia van de 20e eeuw waren er over het land gespreid nog vele tollen waar voor het gebruik van de weg moest worden betaald. Deze tol aan de Sloterkade was daar ontstaan in 1816. In november 1815 vergaderden de ingelanden en de hoefslagplichtigen, die land langs de Sloterweg bezaten en daarom medeverantwoordlijk waren voor het onderhoud, in het Amsterdamse kofiehuis De Karsseboom over een plan om de weg te bestraten en te beplanten. Het project werd bekostigd met een lening, maar om de kosten te dekken moest er tol worden geheven. Een Koninklijk Besluit van 24 juli 1816 verleende daartoe toestemming. De Sloterweg werd ruim een eeuw onderhouden met de opbrengsten van het tolgeld.

Tol aan de Sloterkade, iets ten noorden van de latere Zeilstraatbrug; circa 1921. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Tol bij dorp Sloten
Na passage van de eerste tol ging het langzaam verder via de Sloterkade en vervolgens nog landelijke Sloterweg. Voor binnenkomst van het dorp Sloten was daar weer een tol, het nog aanwezige tolhuis schuin tegenover de Sint Pancratiuskerk herinnert daar nog aan. De tol werd opgeheven in 1923. De paardentram vervolgde zijn weg tot aan het einde bij de draaibrug over de Ringvaart rond de Haarlemmermeerpolder.

Met een kleine bus kon men de rit vervolgen via de smalle Nieuwe Meerdijk tot bij het Fort Schiphol. Dit lag ongeveer op de plaats waar nu Rijksweg A9 met een hoge brug over de Ringvaart gaat. Na nog een eindje de smalle dijkweg gevolgd te hebben bereikte men het vliegveld. Voor deze reis had men toen meer tijd nodig dan nu voor vlucht van hier naar Londen.

Tol aan de Sloterweg, met het Tolhuis, aan de rand van het dorp Sloten; circa 1910. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Tram wordt vervangen door de bus
De tram naar Sloten werd in 1925 door een busdienst (lijn G) vervangen en ook de KLM zette eigen bussen in, maar een verbetering en de route kwam er eigenlijk pas in 1938, toen de nieuwe brug over de Ringvaart in de Riekerpolder in gebruik kwam, met de nieuwe autosnelweg (Rijksweg 4) door de Haarlemmermeer richting Den Haag. Deze brug is nog aanwezig en is tegenwoordig als busbaan in gebruik.

Buslijn G op de Sloterweg, nabij de Ringspoordijk; 9 november 1938.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Voordat het zover was had de oude route nog enkele keren een groot verkeer te verwerken, zoals in 1934 bij de huldiging van de bemanning van de Uiver die toen terugkeerde van de glorieuze tocht naar Nederlandsch Oost Indië.

Haagseweg
Sinds de aanleg van de Haagseweg (thans Oude Haagseweg) is de route door het dorp Sloten geen onderdeel meer van de doorgaande route naar Schiphol. Wel kan men nog per fiets deze route volgen, zij het dat tussen Aalsmeerplein en Johan Huizingalaan niet meer via de Sloterweg, maar via de Vlaardingenlaan moet worden gereden.

Erik Swierstra,
Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp, 8 december 2009.

Literatuur

* De Amsterdamse paardentrams. Auteur: H.J.A. Duparc. Uitgave: Schuyt en Co, Haarlem, 1997. ISBN 90-6097-455-7

* Amsterdam 366 dagen. Auteurs: Mariëlle Hagman, Martin Harlaar en Richard Hengeveld. Uitgeverij THOTH Bussum / Stadsarchief Amsterdam, 2006 ISBN 90-6868-425-6

Dit artikel als pdf-bestand: Vliegtuig halen, twee maal tol betalen.pdf

De Haarlemmertrekvaart en Haarlemmerweg

Tot in het begin van de 17e eeuw liep de belangrijkste vaarweg van Amsterdam naar Haarlem over het IJ. De landweg liep tot het begin van de 16e eeuw via Sloten en Vijfhuizen. Toen deze landverbinding in 1508 door het Haarlemmermeer was weggespoeld bleef over land alleen de route over de bochtige Spaarndammerdijk over.

De kaarsrechte Haarlemmertrekvaart (‘Nieuwe Treck vaert’) op een kaart van een deel van het Hoogheemraadschap van Rijnland uit 1746.

Trekvaart
In 1631 besloten de steden Amsterdam en Haarlem om een trekvaart tussen beide steden aan te leggen. Dit was de eerste trekvaart in Holland. In Vlaanderen waren er al dergelijke vaarwegen. De vaart werd in een vrijwel rechte lijn gegraven tussen de Haarlemmerpoort in Amsterdam en de Amsterdamse Poort in Haarlem. In 1632 was de Haarlemmervaart gereed en kon de dienst met trekschuiten van start gaan. Langs de trekvaart was een jaagpad aangelegd. Dit werd in 1762 van wegverharding voorzien. Dit was het begin van de Haarlemmerweg.

De trekschuit naar Haarlem bij het begin van de Haarlemmerweg-Haarlemmervaart; circa 1652. Afbeelding: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Comfortabel
De trekschuit was de meest comfortabele, regelmatige en betrouwbare vorm van transport in de Nederlanden in de 17e en 18e eeuw. Alleen tijdens vorstperioden in de winter was het vervoer gestremd. In de rest van het jaar was er een frequente dienst. Halverwege de beide steden was de vaart onderbroken door de uitwateringssluizen van het Hoogheemraadschap van Rijnland. Hier moesten de reizigers overstappen. Er ontstond een buurtschap met herbergen etc. Dit werd het dorp Halfweg.

Nog enige tijd na de opening van de spoorlijn in 1839 bleven de trekschuiten varen, maar dit vervoermiddel moest het na enige tijd toch afleggen tegen de snellere trein. In 1883 voer hier de laatste trekschuit. Regelmatig scheepvaartverkeer is er niet meer. Maar de trekvaart heeft nog wel een functie in de waterhuishouding. Zo is het gedeelte tussen Halfweg en het Westerpark in Amsterdam een boezemwater van het Hoogheemraadschap Rijnland gebleven.

De Haarlemmerweg gezien in westelijke richting, tussen de Van Hallstraat en Sloterdijk, ter hoogte van Vredenhof, met paardentram (rijtuig 43) van tramlijn 12 (Nassauplein – Sloterdijk), voor de elektrificatie. Rechts de Haarlemmervaart met een binnenvaartschip; circa 1915.

De Haarlemmerweg
Langs de Haarlemmertrekvaart tussen Amsterdam en Haarlem werd een jaagpad aangelegd ten behoeve van de trekschuiten. Dit pad werd in 1762 van een wegverharding voorzien, waarmee het pad tot Haarlemmerweg werd. Het gedeelte tussen Halfweg en Haarlem heet Amsterdamseweg. In de Franse tijd werd de weg tot ‘Route Impériale’ verheven. Sinds de annexatie van de gemeente Sloten in 1921 ligt de weg geheel binnen de gemeente Amsterdam.

Langs de Haarlemmerweg en met name in de omgeving van het dorp Sloterdijk werden in de 17e en 18e eeuw diverse hofsteden gebouwd. In de 19e eeuw kwam er ook enige industrie. Ook de Westergasfabriek, die een belangrijke rol vervulde in de gasvoorziening van Amsterdam verrees in 1883 nabij de Haarlemmerweg.

De Molen de 1100 Roe langs de Haarlemmerweg; juni 1940. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Molens
Langs de Haarlemmerweg verrezen drie molens: Molen de Bloem, de 1100 Roe en de 1200 Roe. Een Roede is een oude lengtemaat en is 3,767 meter. Ook d’Eenhonderd Roe is een bekend begrip langs de Haarlemmerweg. Hier stond een herberg met die naam. Het eerste station van Amsterdam werd hier in 1839 tegenover gebouwd: dit werd Station d’Eenhonderd Roe.

Opening van de tramlijn Amsterdam – Haarlem. Tram op de Haarlemmerweg nabij Sloterdijk; oktober 1904. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Tramlijn
In 1882 werd tussen het Nassauplein en Sloterdijk een tramlijn aangelegd. Tot 1888 reed deze met stoomtractie, daarna als paardentram, vanaf 1905 in gemeentelijke exploitatie. In 1916 werd deze als laatste Amsterdamse tramlijn geëlektrificeerd. Daarna reed hier lijn 12, die, na de annexatie van Sloterdijk door Amsterdam in 1921, in 1922 werd opgevolgd door lijn 18. Deze werd per 1 januari 1951 vervangen door een busdienst. Eerst lijn L, daarna lijn 18.

In 1904 werd de tramlijn Amsterdam – Haarlem – Zandvoort van de Electrische Spoorweg-Maatschappij (ESM) geopend die tussen Sloterdijk en Halfweg langs de Haarlemmerweg lag. Deze werd opgeheven op 31 augustus 1957 en vervangen door een busdienst van de NZH, tegenwoordig Connexxion.

Verbreding van de Haarlemmerweg nabij Halfweg. Op de achtergrond de tramlijn en de spoorlijn Amsterdam – Haarlem; 1927.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Verbreding
Diverse malen werd de Haarlemmerweg verbreed. De laatste keer was na de opheffing van de Blauwe Tram toen de weg ten westen van Sloterdijk twee gescheiden rijbanen kreeg met vier rijstroken. Het gedeelte ten westen van Halfweg werd in de jaren zeventig gedeeltelijk verbouwd tot autosnelweg. Deze kreeg de aanduiding A5. Later is dit de A200, respectievelijk N200 geworden. Het Amsterdamse deel van de Haarlemmerweg wordt aangeduid als s103.

Na opheffing van de tramlijn is de Haarlemmerweg een brede weg voor autoverkeer geworden. Op de achtergrond links de Petruskerk en het dorp Sloterdijk; 29 december 1959. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

De Haarlemmerweg is nu de noordelijke begrenzing van de Staatsliedenbuurt en de wijken Bos en Lommer, Slotermeer en Geuzenveld.

Erik Swierstra, Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp

Zie ook: De Westerpost van 11 november 2009.

Literatuur

Tot gerief van de Reiziger, Vier eeuwen Amsterdam – Haarlem. Auteur: Willem van der Ham. SDU Uitgeverij, Den Haag, 1989. ISBN 9012063124

Zie ook:

Zie ook: http://nl.wikipedia.org/wiki/Haarlemmertrekvaart (Amsterdam)

Zie ook: https://geheugenvanwest.amsterdam/page/10328/de-haarlemmertrekvaart-en-haarlemmerweg

Zijwegen van de Osdorperweg

De Osdorperweg die van oudsher het dorp Sloten met de buurtschap (Oud)-Osdorp verbindt kent enkele zijwegen die de laaggelegen polders verbindt met deze weg. Het eerste deel tussen Sloten en de knik in Oud-Osdorp heette overigens vroeger Slimmeweg (= scheve weg). De nog bestaande zijwegen liggen alle in de uitgeveende polders van Oud-Osdorp.

Zijwegen van de Osdorperweg: 1 = Haarlemmerweg, 2 = Osdorperweg, 4 = Raasdorperweg,
5 = Lutkemeerweg, 6 = Noorderakerweg, 7 = Zuiderakerweg, B = Lutkemeerpolder.

Vroeger was er aan de rechterkant (vanaf Sloten gezien) van de Uitweg nog een zijweg die in de jaren vijftig onder het zand van de Westelijke Tuinsteden is verdwenen.

Uitweg
Ter hoogte van waar we nu de winkelstraat Tussen Meer vinden en tramlijn 17 de nog als fietspad aanwezige Osdorperweg kruist, takte de Uitweg naar het noordoosten af. Deze weg was net als de nog bestaande Osdorperweg en Sloterweg een oude veendijk daterende uit de ontginningsperiode in de Middeleeuwen. De Uitweg vormde de grens tussen de Sloterpolder en de Osdorperpolder. Aan de rechterzijde (zijde Sloterpolder) lagen een reeks boerderijen. Deze hadden fraaie namen, zoals Vredehof, Dorplust, Reinveen, Ruimzicht, Karburg (Karenburg), Tienhoven, Runderrust, Landzicht, Veldzicht, Reigersbosch, Zeldenrust, Vrederust, Beeklust, Welgelegen en Vredehoek. Aan de linkerzijde lagen twee boerderijen: Grasrijk en Buiten Verwachting. Van enkele hiervan leeft de naam nog voort in straatnamen in Tuinstad Osdorp.

De Uitweg, gezien vanaf de Osdorperweg; februari 1934. Op deze plek is nu de kruising van de Tussen Meer en Osdorperweg.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Akkerwegen
Aan de linkerzijde van de Osdorperweg waren er vier zijwegen die alle nog (gedeeltelijk) bestaan. Deze vier wegen dateren alle van na de vervening van (ruim) een eeuw geleden.

Aan de linkerkant van de Osdorperweg ten noorden van het dorp Sloten ligt de Middelveldsche Akerpolder. Dit was van de Middeleeuwen tot in de 19e eeuw een veenweidegebied. Tussen 1876 en 1896 werd deze polder uitgeveend waarna deze weer werd drooggelegd. Het maaiveld ligt sindsdien zo’n twee meter lager dan de Osdorperweg. Dit is nog goed zichtbaar in zowel de oude als nieuwe wegen in wat nu de stadswijk de Aker is. In de uitgeveende polder werden twee dwarswegen gelegd, de Zuiderakerweg en de Noorderakerweg, die beide eindigden op de dijk van de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder. Langs deze beide wegen vestigden zich in de loop der tijd steeds meer tuinbouwbedrijven die hier aanwezig bleven totdat de stadsuitbreidingen hen verdreven. De Noorderakerweg, die twee keer zo lang was als de Zuiderakerweg, dit vanwege de driehoekige vorm van de polder, werd in de jaren zestig met de helft ingekort. Op het eerste deel van deze weg werd een deel van Osdorp gebouwd, de buurt rondom het Dijkgraafplein. Het tweede deel en ook de Zuiderakerweg behield tot in de jaren tachtig-negentig zijn oude karakter. Terwijl het vroegere agrarische land met huizen werd bebouwd bleef een deel van de oude bebouwing is nog tussen de huizen van de wijk de Aker aanwezig. Met name de Zuiderakerweg heeft nog een beetje een landelijke sfeer behouden.

De Zuiderakerweg, gezien vanaf de Osdorperweg; februari 1934.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Lutkemeerweg
Even voorbij de kern van het buurtschap (Oud-)Osdorp takt naar links de Lutkemeerweg af. Het eerste stukje ligt nog op het oorspronkelijke polderniveau van voor de uitvening van de Osdorper Bovenpolder, het tweede deel, voorbij de Wijsentkade, ligt in de Lutkemeerpolder. De Lutkemeer was vroeger een klein veenmeer (lutke = klein) dat in verbinding stond met de Haarlemmermeer. Na droogmaking van de Haarlemmermeer in 1852 was in 1865 de Lutkemeer aan de beurt voor drooglegging. Sindsdien vinden we hier de Lutkemeerpolder die tot de laagst gelegen delen van Landelijk Osdorp behoort. Dit is ook goed te zien bij de Wijsentkade, waar de Lutkemeerweg een stuk omlaag gaat. Langs de Lutkemeerweg werden in de 19e eeuw vijf boerderijen gebouwd, waarvan er nu nog drie aanwezig zijn. Dit zijn aan de linkerzijde de Melkweg en Nooit Gedacht, aan de rechterzijde Tijd is Geld, de Boterbloem en ’t Oog in ’t Zeil. De weg eindigt recht tegenover het gemaal de Lynden van de Haarlemmermeerpolder, dat zich aan de overkant van de Ringvaart bevindt. De Lutkemeer heeft tot in de jaren zestig zijn agrarische karakter geheel behouden. In 1965 werd halverwege aan de linkerzijde de begraafplaats Westgaarde geopend. Hiervoor moest de boerderij Nooit Gedacht wijken. Ook de boerderij ’t Oog in ’t Zeil is inmiddels verdwenen.

De drie overige boerderijen zijn er nog, de Melkweg met zijn karakteristieke gevel in chaletstijl is nog als een van de weinige akkerbouwbedrijven binnen Amsterdam in gebruik. Op het erf is nog een bordje aan te treffen ‘aardappels te koop’. Even verderop aan de rechterkant ligt de boerderij Tijd is Geld die sinds enkele jaren op de gemeentelijke monumentenlijst staat, dit vanwege de bouwwijze, waarbij de wanden nog gedeeltelijk van hout zijn. Ook de twee hooibergen zijn markant. Nog een eindje verder, tegenover Westgaarde, vinden we de Boterbloem. Deze is tegenwoordig in gebruik als ‘biologische boerderij’. Hier zijn biologisch geteelde landbouwproducten te koop. Ook is er nog een oude boomgaard met diverse historische fruitbomen.

Ook aan de Lutkemeerweg doet de verstedelijking zich gelden, het laatste stuk aan de linkerkant is al bouwrijp gemaakt en gedeeltelijk ingericht als bedrijventerrein, voor het akkerland achter de beide voornoemde boerderijen bestaan al vergevorderde plannen. Op de kaart van het stadsdeel Osdorp zijn de toekomstige straten al ingetekend…

Ten slotte is aan het einde van de Lutkemeerweg aan de rechterzijde in oktober 2006 een nieuw aangelegd natuurgebiedje geopend. Van hieruit is het nu ook mogelijk om over de dijk van de Ringvaart naar de Raasdorperweg te fietsen of te wandelen.

De Lutkemeerweg, ter hoogte van de Wijsentkade gezien in westelijke richting; 12 juli 1967. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Raasdorperweg
Vanaf de Osdorperweg is de volgende openbare weg aan de linkerzijde de Raasdorperweg. Deze weg is ontstaan na het uitvenen van de Osdorper Bovenpolder. Ook dit was een Middeleeuws veenweidegebied, dat tussen 1900 en 1920 werd uitgeveend. Na drooglegging werd er één zijweg aangelegd, waarlangs zich nog altijd enkele tuinbouwbedrijven bevinden. Deze weg is genoemd naar het Raesdorp, een voormalig buurtschap op een vroegere landtong tussen de Lutkemeer en de Haarlemmermeer. De Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder werd tussen 1840 en 1845 hier dwars doorheen gelegd. Daarom ligt er nu aan beide zijden van de Ringvaart een Raasdorperweg. Het land langs de Haarlemmermeerse Raasdorperweg is nog een restant van het oude land en heeft een afwijkende verkaveling.

Na droogmaking van deze beide meren werd het Osdorpse deel van Raesdorp in 1872 uitgeveend en bij de Lutkemeerpolder gevoegd. Hier bevinden zich sinds de jaren zestig de slibvelden (met de Slibveldenweg). Inmiddels is hier een natuurgebiedje aangelegd met de naam ‘Raesberg’. Daar waar de Raasdorperweg omhoog gaat naar de dijk van de Ringvaart bevindt zich het oude gemaal van deze polder, gebouwd in 1920. Een gevelsteen herinnert hier nog aan. Daarnaast stond, op de plaats waar zich nu een houten huis bevindt, tot 1920 de molen van de Osdorper Bovenpolder. Dit is ook tevens de plaats waar de oude Middeleeuwse Wijsentkade begint/eindigt op de grens van het vroegere Spieringmeer.

De Raasdorperweg heeft nog goeddeels zijn landelijke karakter behouden, maar hier zal de komende jaren verandering in gaan komen als de Westrandweg wordt aangelegd, die op korte afstand van de oude weg de polder dwars zal doorsnijden en de Osdorperweg ter hoogte van de kruising van de Raasdorperweg zal kruisen. (De Westrandweg is in 2012 voor het verkeer geopend.)

De Raasdorperweg, gezien vanaf de Osdorperweg; 1 augustus 1967.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Joris van den Berghweg
Ongeveer halverwege de Lutkemeerweg en de Raasdorperweg ligt aan de rechterkant van de Osdorperweg de Joris van den Berghweg. Deze weg en de verderop liggende Tom Schreursweg zijn tevens de jongste van de zijwegen, want ook deze werden aangelegd na de uitvening van de polder, in dit geval de Eendrachtpolder, die tussen 1920 en 1940 werd uitgeveend en in 1937-’41 werd drooggemaakt. Deze weg heeft in de polder nog twee zijwegen, de Baron Schimmelpenninck van der Oyeweg, op korte afstand van de Osdorperweg en evenwijdig daaraan, en verderop de Nico Broekhuysenweg. Al deze wegen zijn vernoemd naar coryfeeën uit de sportwereld in de eerste helft van de 20e eeuw.

Tom Schreursweg
De laatste zijweg van de Osdorperweg door de polders is de Tom Schreursweg die vlak voor de grens met Halfweg naar rechts leidt. Deze weg werd aangelegd evenwijdig aan de Haarlemmerweg en geeft met een S-bocht aansluiting op de Osdorperweg. Het meest oostelijke deel van de weg en de Eendrachtpolder (Osdorper Binnenpolder-Noord) is in de jaren vijftig onder het zand van de tuinstad Geuzenveld verdwenen. De rest van de polder is gedeeltelijk in gebruik genomen voor sportparken en volkstuinparken, maar een deel is nog steeds akkerland. Ook dit heeft zijn langste tijd gehad. Er zijn in het kader van de ‘Tuinen van West’ plannen voor herinrichting tot recreatiegebied. (Sinds 2009 wordt hieraan gewerkt.) Een andere ingrijpende verandering zal zijn de aanleg van de Westrandweg die ook dit gebied zal doorsnijden en de Tom Schreursweg op enkele honderden meters van Halfweg zal kruisen.

Erik Swierstra, Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp, oktober 2009.

Literatuur

* Gebouwen in de Aker, Amsterdam-Osdorp. Auteurs: Hilde de Haan en Jolande Keesom; Uitgave: Architext, Haarlem, 2002. ISBN 90-5105-035-6

* Fietsen door Landelijk Osdorp. Auteur: Erik Swierstra. Uitgave Dorpsraad Sloten-Oud Osdorp; 2004. ISBN 90-808355-2-8

* Fietsen door Landelijk Osdorp. Auteur: Erik Swierstra. Uitgave Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp; 2019. Zie ook: Fietsgids Oud Osdorp (pdf).

Zie ook: De Westerpost van 28 oktober en 4 november 2009.

Zie ook:

De naam Osdorp – http://www.geheugenvanwest.nl/article-531-nl.html
Oud Osdorp – http://nl.wikipedia.org/wiki/Oud Osdorp

Sloten en de verbinding van Amsterdam naar Den Haag

Ten zuiden van het dorp Sloten ligt de A4, de snelweg naar Schiphol en Den Haag. In de middenberm daarvan ligt ook de spoorlijn die Amsterdam met Den Haag verbindt. Dit is tegenwoordig de belangrijkste verbinding tussen deze beide steden.

Hieronder een overzicht van de geschiedenis van deze verbinding voor zover deze betrekking heeft op het grondgebied van de vroegere gemeente Sloten.

(N.B. Door op de afbeeldingen te klikken kan een vergrote weergave worden getoond.)

Droogmaking
Tot halverwege de 19e eeuw lag tussen Amsterdam, Haarlem en Leiden de Haarlemmermeer. Deze grote watervlakte was wel geschikt als route voor scheepvaartverkeer tussen Amsterdam (Overtoomse Sluis) en Leiden, maar het verkeer over land moest er omheen. Daarom was tot de droogmaking van de Haarlemmermeerpolder in 1852 de belangrijkste route van Amsterdam naar het zuidelijk deel van Holland die via Haarlem en Leiden naar Den Haag. In 1632 kwam er een grote verbetering, toen de trekvaart tussen Amsterdam en Haarlem werd aangelegd, in 1657 gevolgd door de Leidsevaart tussen Haarlem en Leiden. Tussen de Haarlemmerpoort en Halfweg liep deze route door het grondgebied van de vroegere gemeente Sloten. Het dorp Sloterdijk groeide door de ligging aan de doorgaande route.

De Haarlemmermeer groeide uit tot een grote watervlakte tussen
Amsterdam, Haarlem en Leiden, zoals te zien op deze uitsnede van de Nauwkeurige kaart van Rijnland en Amstelland; van Joan Blaeu circa 1650.

Zo’n twee eeuwen bleef dit de meest comfortabele wijze om van Amsterdam naar Den Haag te reizen. Een verandering kwam hierin met de aanleg van de spoorwegen. Ook de Oude Lijn, de eerste spoorlijn in Nederland, werd nog om de Haarlemmermeer heen aangelegd. In 1839 werd de spoorlijn van Amsterdam naar Haarlem geopend, in 1842-’43 verlengd naar Leiden en Den Haag. Het oudste station van Nederland, lag ten noorden de Haarlemmerweg, nabij de herberg d’Eenhonderd Roe. Dit was honderd roeden buiten de Haarlemmerpoort. Een Rijnlandse roede was 3,767 meter, de totale afstand was dus bijna vierhonderd meter. De reden hiervan was dat de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij nog niet tot overeenstemming met de stad Amsterdam had kunnen komen over het gebruik van de grond. Daarom vertrok de eerste trein net buiten het grondgebied van de hoofdstad, van Slotens grondgebied. De eerste trein, die op 20 september 1839 reed dus van Sloten naar Haarlem! Pas zo’n drie jaar later, in 1842 werd het eindstation bij de Willemspoort in Amsterdam in gebruik genomen.

Plegtige Inwijding van den IJzeren Spoorweg op 20 september 1839.

Lokaal spoor
Na de droogmaking van de Haarlemmermeer in 1852 werden er al spoedig plannen gemaakt voor een kortere, rechtstreekse verbinding door deze polder. De eerste burgemeester van de nieuwe gemeente, burgemeester Amersfoordt, lanceerde al in 1864 een plan voor een spoorweg van Sloterdijk, via Sloten en de Haarlemmermeerpolder naar Leiden. Ook een Ceintuurspoorweg om Amsterdam heen, met een Centraal Station ten zuiden van de stad, maakte deel uit van de plannen. Deze werden echter nooit in die vorm uitgevoerd. Spoorwegen verschenen pas in de Haarlemmermeerpolder vanaf 1912. Dit waren echter lokaalspoorwegen die de dorpen in dit gebied met elkaar en de omliggende steden gingen verbinden. De Haarlemmermeerspoorwegen werden tussen 1935 en 1950 voor reizigersverkeer gesloten.

De oude draaibrug tussen Badhoevedorp en Sloten in 1962. De draaibrug werd in beweging gebracht door een sleutel die in een rondsel in werking bracht. Foto: Noord-Hollands Archief.

Schiphol
In de Haarlemmermeer waren aanvankelijk alleen smalle polderwegen aanwezig. Deze waren uitsluitend voor lokaal verkeer. Ook de route langs de Ringvaart was een smalle weg. Toen het militaire vliegveld Schiphol in 1916 werd aangelegd was dit ook slechts via de smalle weg langs de Nieuwe Meerdijk te bereiken. Vanaf 1920 was er ook burgerluchtvaart. Toen in de jaren twintig-dertig het vliegverkeer langzamerhand ging toenemen ontstond er behoefte aan een betere wegverbinding. In de jaren dertig begon in Nederland de aanleg van autosnelwegen. Een van de eerste snelwegen was de verbinding tussen Amsterdam, Leiden en Den Haag. Deze Rijksweg 4 werd geopend op 25 juni 1938.

De nog stille Sloterweg tussen Amsterdam en Sloten; circa 1904. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Sloterweg
Vanuit Amsterdam komend ging het verkeer eerst over de in 1927 geopende Zeilbrug. Aanvankelijk moest men nog via de Sloterkade en Sloterweg, maar in 1929 was het Hoofddorpplein gereed en kon de route via de Aalsmeerweg en Aalsmeerplein naar de Sloterweg worden gevolgd. Tot aan het viaduct van de Ringspoorbaan werd aanvankelijk nog de oude Sloterweg gevolgd. Even daar voorbij takte de nieuw aangelegde Haagseweg af. Het gedeelte van de Sloterweg tussen Aalsmeerplein en de Ringspoordijk werd in de jaren veertig verbreed tot een weg bestaande uit twee rijbanen met een middenberm. Tot in de jaren vijftig bleef de bestaande bebouwing van boerderijen nog aanwezig.

De Sloterweg nabij de Ringspoordijk, gezien in westelijke richting, met het in 1931 gebouwd viaduct voor de Ringspoorlijn; 17 januari 1939. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Spoordijk
De dijk van de Ringspoorbaan werd in de jaren dertig in het kader van de werkverschaffing aangelegd. Ook enkele viaducten werden toen al gebouwd, waaronder dat over de Sloterweg, bouwjaar 1931. De spoorlijn werd echter niet afgebouwd en het dijklichaam, inclusief het viaduct, bleef een halve eeuw ongebruikt liggen. De brugdelen over de Sloterweg werden in 1945 verwijderd om de vernielde spoorbrug bij Warmond weer berijdbaar te maken. De landhoofden met aparte poortjes voor de fietspaden bleven nog tot 1982 staan en daarna afgebroken. Toen begon de aanleg van de Spoorlijn Amsterdam – Schiphol via de Westelijke Ringspoorbaan. Deze werd in 1986 geopend.

De brug over de Ringvaart rond de Haarlemmermeerpolder voor de nieuwe Rijksweg 4 naar Den Haag in aanbouw in 1935. Zicht door de Riekerpolder naar het noordoosten; januari 1935. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Brug Ringvaart
De Haagseweg, die dus even ten westen van de Ringspoordijk aftakte liep in zuidwestelijke richting door de Riekerpolder. Iets ten zuiden van de Drinkwaterinrichting werd vanaf 1934 een nieuwe beweegbare brug over de Ringvaart gebouwd. Deze brug was iets smaller dan de rest van de weg, daarom ontbrak hier de middenberm. Voorbij de Ringvaart vervolgde de Haagseweg zijn route door de Haarlemmermeerpolder en langs Leiden en Wassenaar kon men in Den Haag komen. Dit was vergeleken bij de smalle wegen van toen een grote verbetering voor het wegverkeer. Ook het vliegveld Schiphol werd zo beter bereikbaar.

Het Motel Amsterdam aan de Sloterweg 535, bij het begin van de autosnelweg richting Den Haag; 8 mei 1959. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Motel
Toen in de jaren zestig de tuinstad Slotervaart werd gebouwd en de Johan Huizingalaan werd aangelegd, kwam er een nieuwe aansluiting van deze straat en de Sloterweg op de Haagseweg. Ter hoogte van de splitsing lag een benzinestation. In 1957 werd een zeer moderne uit Amerika overgewaaide voorziening gebouwd: een motel. Voor automobilisten uit de richting Den Haag was hier een overnachtingsmogelijkheid net voor Amsterdam gecreëerd. Dit motel bleef in gebruik tot het begin van de jaren tachtig en werd toen vervangen door het gebouw aan de Oude Haagseweg, nabij de noordelijke oever van de Nieuwe Meer, thans Mercurehotel.

Luchtfoto van de Riekerpolder gezien in zuide-lijke richting naar de Nieuwe Meer. Rechtson-der de Sloterweg, vanaf de Johan Huizinga-laan richting Sloten. Van linksonder naar rechtsboven ligt de inmiddels buiten gebruik zijnde, in 1938 in gebruik genomen Rijksweg 4 naar Den Haag. Van links naar rechts door het beeld de nieuwe, in in 1972 in gebruik geno-men Rijksweg 4 naar Den Haag. Van onder naar boven de verlengde Johan Huizingalaan, die voorbij de viaducten aansluit op de in 1975 geopende Oude Haagseweg. De spoorlijn naar Schiphol is nog in aanleg, deze werd in 1978 geopend. Foto van 20 augustus 1974; Beeld-bank Stadsarchief Amsterdam.

Riekerpolder
In de jaren zestig werd een gedeelte van de bestaande Rijksweg 4 (thans A4) verlegd om een aansluiting op de nieuwe Ringweg om Amsterdam (A10) te kunnen maken, om ruimte te bieden voor de nieuwe spoorlijn naar Schiphol en Den Haag en om ruimte te maken voor meer rijstroken. Daartoe werd een groot dijklichaam door de Riekerpolder aangelegd. Dit ging onder andere ten koste van het zuidelijke deel van het Siegerpark en het Bijenpark. De verkleinde parken aan de Sloterweg bestaan nog steeds en zijn nog te bezoeken.

Als compensatie voor het verloren deel van het Bijenpark werd in 1965 een Nieuw Bijenpark aangelegd in de Eendrachtpolder ten westen van Geuzenveld, bij Oud Osdorp. Het nieuwe dijklichaam sloot nabij de Schinkelsluis met het knooppunt De Nieuwe Meer aan op de Ringweg. Hiervoor werd een deel van het volkstuinpark Ons Buiten opgeofferd. Dit werd onder andere gecompenseerd door aanleg van tuinpark Lissabon aan de Sloterweg in 1968.

Het Aalsmeerplein was van 1938 tot 1972 het begin van de verbinding Amsterdam – Den Haag, deels via de Sloterweg. Het deel rechts van het Aalsmeerplein heet sinds 1973 Rijnsburgstraat. Het deel links van het Aalsmeerplein is sindsdien geheel onder het zand van de onder andere de Henk Sneevlietweg verdwenen. Foto uit 1953; Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Sloterweg opgeknipt
Deze wegen werden in 1972 in gebruik genomen. De oude Haagseweg tussen Aalsmeerplein en Johan Huizingalaan verviel nu en werd opgebroken. Op het tracé van deze weg werd een uitbreiding van Sportpark Riekerhaven en een uitbreiding van het complex van de IBM gebouwd. Van de oude Sloterweg tussen Overtoomse Sluis en Sloten ontbreekt sindsdien deze schakel. Hiervoor moet worden omgereden via de Vlaardingenlaan – Aletta Jacobslaan. Het overgebleven deel van de Sloterweg ten oosten van het Aalsmeerplein heet sinds 1973 Rijnsburgstraat.

Oude Haagseweg
De Johan Huizingalaan werd ten zuiden van de Sloterweg doorgetrokken tot bij de Nieuwe Meer en van daaraf werd een nieuwe weg naar het nieuwe motel aangelegd. Deze weg kreeg in 1975 de naam Oude Haagseweg, hoewel een deel dus van de jaren zeventig dateert. Het gedeelte tussen de Geerban en de Ringvaart bleef lange tijd ongebruikt liggen. Enkele jaren geleden werd de brug over de Ringvaart opgeknapt en in gebruik genomen als busbaan. Hierdoor kunnen lijnbusdiensten in de spitsuren de files op de (nieuwe) Haagseweg omzeilen en zo binnendoor naar Schiphol rijden. Zo heeft deze brug toch weer een functie gekregen.

Luchtfoto van Riekerpolder Aansluiting waar de spoorlijnen vanaf Amsterdam Centraal (rechts) en Amsterdam Zuid (links) samen komen en verder in de middenberm van de autosnelweg A4 richting Schiphol en Den Haag lopen. De kijkrichting op deze foto is naar het westen. Links de Nieuwe Meer. Foto: ProRail; 2016.

Spoorlijn
De spoorlijn Amsterdam – Den Haag door de Haarlemmermeerpolder is er ruim een eeuw na de eerste plannen uit 1864 alsnog gekomen. In 1978 werd het eerste gedeelte tussen Station Amsterdam Zuid en Schiphol in gebruik genomen. Tussen de Schinkel en de Schipholtunnel volgt deze spoorweg de middenberm van de Haagseweg. In 1981 kwam de verlenging naar Leiden tot stand. In 1986 werd ook de verbinding Riekerpolder – Sloterdijk – Amsterdam Centraal in gebruik genomen, waarmee de belangrijkste spoorverbinding tussen Amsterdam, Schiphol en Den Haag alsnog via Sloten is komen te lopen.

Erik Swierstra, Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp

Zie ook: De Westerpost van 21 en 28 oktober 2009.

Zie ook:
* nl.wikipedia.org/wiki/Lijst van verbindingen tussen Amsterdam en Haarlem

* www.autosnelwegen.nl/index.php/geschiedenis/4-1927-1940-de-eerste-autosnelwegen

* www.theodurenkamp.nl/artikelen-1/de-verdwenen-sloterweg

Dit artikel als pdf-bestand: Sloten en de verbinding van Amsterdam naar Den Haag.pdf

Mijlpaal in restauratie van de Akermolen

Osdorp – In de bouwwereld is het van oudsher traditie om het behalen van het hoogste punt te vieren met pannenbier. Bij de in 2008 gestarte restauratie van de Akermolen – ook wel De Oude Molen genoemd – aan het Zwarte Pad te Osdorp was dit niet anders.

De opdrachtgever, Stadsherstel Amsterdam N.V., organiseerde op woensdag 18 november 2009 een samenkomst voor betrokkenen om dit memorabele moment te delen. Terwijl buiten de wind over de Ringvaart raasde, hadden de ruim 50 genodigden zich binnen in de molen verzameld. Het was goed te merken dat het project bij velen leeft. Zo was namens Stadsdeel Osdorp wethouder Achmed Baâdoud aanwezig en ook de buurt was goed vertegenwoordigd.

 

Kort tevoren was de kap geplaatst en de laatste dakpannen waren zelfs pas de dag voor de viering vastgeschroefd. Dit was maar goed ook, want het was een gure dag. Gelukkig was er naast het traditionele pannenbier ook voor warmere versnaperingen gezorgd, zoals warme chocolademelk en glühwein. Al snel nam de adjunct-directeur van Stadsherstel Jaap Hulscher het woord waarbij hij de genodigden meevoerde op een korte reis door de historie van de Akermolen. Ondersteund door uitvoerder Marc Louman liet hij daarna de betrokken bouwers naar voren komen om ze persoonlijk te bedanken voor hun goede inzet en hen de traditionele kapfooi uit te reiken.

Over een half jaar  zou het historisch bouwwerk met nieuwe aanbouw naar het ontwerp van Remco van Dam af moeten zijn. Hulscher sprak de hoop uit dat dan op het terras van de molen de feestelijke opening gevierd kan worden, waarna de molen een mooie toekomst tegemoet gaat als pleisterplaats voor recreanten en buurtbewoners. In het door de vrijwilligers van de molen in te richten bezoekerscentrum kunnen belangstellenden dan geïnformeerd worden over de waterstaatkundige geschiedenis van Amsterdam en omgeving. Doordat de nog bestaande goten onder de molen zichtbaar worden gemaakt, zal deze geschiedenis daadwerkelijk te beleven zijn.

Uit de Westerpost van 18 november 2009.

Hoogste punt restauratie De Oude Molen bereikt

In het verre westen van Amsterdam werd op woensdag 18 november 2009 pannenbier geschonken. De restauratie van de Akermolen, in de volksmond ‘De Oude Molen’ genoemd, heeft het hoogste punt bereikt. Adjunct-directeur Jaap Hulscher van Stadsherstel deelde de kapfooi uit aan de mannen van aannemersbedrijf D. Louman en verrichtte daarna de officiële handeling.
 Active Image

De Akermolen is gelegen in Osdorp, aan de ringvaart van de Haarlemmermeer ter hoogte van de Middelveldsche Akerpolder. De molen, waarvan alleen het onderstuk nog rest, diende ooit om de polder droog te houden. Tevens had hij een belangrijke functie als waterstaatkundig onderdeel van de zuidwestflank van de Linie van Amsterdam, de voorloper van de beroemde Stelling van Amsterdam. Door de molen kon de achterliggende polder onder water worden gezet om een vijandelijke doortocht tegen te gaan. Onder het gebouw liggen nog de originele schepradgang uit 1874 en de vijzelgang uit 1896.

Na jaren van voorbereiding door Stadsherstel, in samenwerking met de Stichting De Oude Molen, kon eind 2008 opdracht worden gegeven aan aannemersbedrijf Hillen en Roosen Onderhoud en Restauratie B.V. Helaas ging dit bedrijf na een veelbelovende start failliet. Maar het werk werd enthousiast overgenomen door aannemersbedrijf D. Louman. In hoog tempo begint nu de uiteindelijke bestemming van horecagelegenheid, bezoekerscentrum en woning vorm te krijgen.

Volgens de planning wordt het eindresultaat, naar ontwerp van architect Remco van Dam, in het voorjaar van 2010 opgeleverd. Intussen is de kap dicht en zijn de pannen gelegd, maar alle bouwfases zijn nog goed te zien. Hoogste tijd dus voor het traditionele pannenbier, dat op woensdag 18 november werd geschonken. De officiële handeling door adjunct-directeur Jaap Hulscher bestond uit het aanbrengen van een roeflat op de nieuwbouw.

Van: www.stadsherstel.nl

Een kwart eeuw De Oeverlanden Blijven!

Dit jaar is het een kwart eeuw geleden dat de Vereniging De Oeverlanden Blijven! (VDOB) werd opgericht. In september 2009 werd het 25-jarig jubileum gevierd met de uitgave van een Jubileumnummer van het verenigingsblad ‘Oever’ (nr. 58) en een feestelijke bijeenkomst op zondag 27 september 2009.

Aanleiding tot de oprichting van de vereniging in 1984 waren de plannen van de gemeente Amsterdam om de noordelijke oeverlanden van het Nieuwe Meer te bestemmen voor woningbouw. Aangezien de oevers van dit meer sinds lange tijd bij liefhebbers van landschap en natuur zeer populair zijn kwam in 1981 een groep actieve bewoners in actie om het gebied groen te houden. Drie jaar later werd de actiegroep omgezet in een vereniging.

In de afgelopen 25 jaar zijn er diverse bedreigingen geweest, maar tot nu toe is men er in geslaagd om het gebied ten zuiden van de Haagseweg te behoeden voor bebouwing, hoewel er nog in het concept voor het laatste Structuurplan van 2003 grootschalige kantorenbouw als een verlengde van de Zuidas was gepland. Het blijft dus nodig om alert te blijven.

De vereniging heeft zijn vestiging tegenwoordig in het in 2006 gebouwde Natuur- en Milieu Educatiecentrum (NME-centrum) ‘De Waterkant’ aan het Anton Schleperspad 1 bij het Nieuwe Meer. Van hieruit worden vele activiteiten georganiseerd, zoals excursies, lezingen en natuurlessen voor scholieren. Ook zijn vrijwilligers van de vereniging actief bij het onderhoud van het natuurgebied.

Twee maal per jaar wordt het blad ‘Oever’ uitgegeven, met nieuws, historie en foto’s van het gebied. Ter gelegenheid van het vijfde lustrum werd in september een speciaal rijk geïllustreerd jubileumnummer uitgegeven. Hierin is ook een overzicht opgenomen van de geschiedenis van de vereniging in de afgelopen kwart eeuw.

Dit blad wordt toegezonden aan de meer dan 800 leden van de vereniging. Heeft u belangstelling hiervoor, dan is het mogelijk zich aan te melden als lid voor 8 euro per jaar en dit bedrag over te maken op girorekening 4068809 t.n.v. Vereniging De Oeverlanden Blijven. Voor meer informatie zie: www.oeverlanden.nl

Erik Swierstra, oktober 2009.

Verslag bezoek Oude Molen in De Aker

Op zondag 13 september 2009 bracht ik een bezoek aan de Oude Molen van De Akerpolder aan de Ringvaart van de Haarlemmermeer. Aanleiding daartoe was de open dag die hier van 12 tot 16 uur werd georganiseerd. Dit in het kader van de stellingmaand. Aan zo’n 25 bezoekers werd om 12 uur een rondleiding gegeven in en om de in herstel zijnde achthoekige molenstomp.

 Active Image
De Oude Molen in de steigers.
Foto: Erik Swierstra.

We kregen hier eerst uitleg door Stella van Heezik, werkzaam bij Stadsherstel, de organisatie die de molen thans restaureert. Zij vertelde over de geschiedenis van De Akermolen, onderdeel van de Linie van Amsterdam, die als schaduwstelling is blijven bestaan binnen de Stelling van Amsterdam. Dit is een ring van 42 forten rond Amsterdam, gebouwd tussen 1880 en 1920. Sinds 1996 staat de Stelling van Amsterdam op de Unesco Werelderfgoedlijst.

Een deel van het metselwerk kan na de restauratie gehandhaafd blijven, een ander deel van de gevels wordt met nieuwe bakstenen vergelijkbaar met de oorspronkelijke aangevuld. De houten kap met een pannendak en versierd met getand metselwerk, die na de verwijdering van de bovenbouw in 1921, was aangebracht, is geheel verwijderd. Een nieuwe kap zal worden gebouwd.

Vervolgens vertelde Han Stricker, secretaris van de Stichting de Oude Molen, meer over de waterstaatkundige aspecten van de molen. Van de huidige molenstomp zit het meest interessante deel onder de vloer. Nu het gebouwtje in restauratie is, liggen de goten vrij waarin vroeger het scheprad (tot 1896), resp. de vijzel (schroef van Archimedes; tot circa 1970) zorgden voor de opvoer van het water uit de polder. Naar een passende vijzel wordt nog gezocht.

Active Image      Active Image
De Schepradgang en de Vijzelgang
zijn nu goed zichtbaar.
Foto’s: Erik Swierstra.

De Akermolen verving in 1874 zijn voorganger uit de 17e eeuw (die stond ter hoogte van waar nu de T106 de Ringvaart kruist) en kreeg een rol in de linie en later de stelling. Dit in het kader van de mogelijke inundatie (onderwaterzetting) van de Middelveldsche Akerpolder.

Op last van het mInisterie van Oorlog moest de molen ook geschikt zijn om het water in te laten in de polder. Overigens werd in droge zomers ook wel eens water ingelaten. Deze goten waren sinds de bouw in 1896 niet meer zichtbaar en nu konden we dit van dichtbij bekijken. Zeer interessant. Na de restauratie kan men deze via een glazen vloer van bovenaf bekijken.

Herstel van de molen compleet met opbouw en wieken, waar lang naar gestreefd is, was niet haalbaar, want het gebouw dat wel als Gemeentelijk Monument was erkend, kreeg in 2003 geen status (en daarmee financiering) als Rijksmonument. Het heeft daarna nog vijf jaar geduurd voordat vergunningen en financiering rond waren en sinds 2008 wordt dus gewerkt aan het herstel in de toestand als molenstomp van 1921.

Naast dit gebouw komt een nieuwe aanbouw. Die is nodig om meer ruimte te krijgen voor de nieuwe functie die de molen krijgt na de restauratie. Er wordt een theehuis annex informatiecentrum over de Stelling van Amsterdam gevestigd. Naar verwachting zal de molen in het voorjaar van 2010 worden opgeleverd. Tegen die tijd is er aanleiding tot een volgend bezoek.

Verslag: Erik Swierstra, 17 september 2009.

Zie ook: Een kijkje in de Oude Molen en: Werkgroep De oude Molen

Informatieavond: Sluipverkeer Sloterweg en Nieuw Sloten

Het westelijk deel van de Sloterweg, tussen de Anderlechtlaan en Osdorp wordt gebruikt door sluipverkeer van en naar Osdorp en de op- en afrit Sloten van de A4. In de spitsuren veroorzaakt dit files en buiten de spits wordt er vaak hard gereden.

Ook de westelijke tak van de Laan van Vlaanderen heeft last van dit sluipverkeer. Bewoners van de Sloterweg hebben het stadsdeel gevraagd om de overlast te verminderen. Door het stadsdeel zijn verschillende oplossingen onderzocht waarbij ook gekeken is naar de verkeersstroom in Nieuw Sloten. In totaal zijn tien verschillende varianten onderzocht waarvan vier varianten geen extra verkeersoverlast in Nieuw Sloten veroorzaken. Iedere variant bestaat uit een of meerdere afsluitingen op de Sloterweg en/of in Nieuw Sloten.

U kunt uw mening geven over het voorstel en vragen stellen tijdens een informatiebijeenkomst op:

Donderdag 1 oktober 2009, inloop van 16.00 tot 19.30 uur

Pieter Calandlaan 1, stadsdeelkantoor

De reacties worden gebundeld en gebruikt om te komen tot een definitieve keuze voor een van de varianten. Deze variant wordt verder uitgewerkt tot een definitief voorstel.

De verschillende varianten liggen vanaf woensdag 16 september tot en met donderdag 1 oktober dagelijks van 9.00 tot 16.00 uur ter inzage bij de informatiebalie van stadsdeel Slotervaart, Pieter Calandlaan 1.

U kunt uw reactie ook schriftelijk opsturen naar: Stadsdeel Slotervaart, t.a.v. Dhr. J. Bekkers, Postbus 2010, 1000 CA Amsterdam of mailen naar: info@slotervaart.amsterdam.nl

Van: www.slotervaart.amsterdam.nl/bekendmakingen/@248693/inspraak; 17 september 2009

Groene AS Dag: fietsen en recreëren tijdens Autovrije Zondag op 20 september

Lange Bretten – Tuinen van West – De Oeverlanden – Amsterdamse Bos – Schinkelbos – Middelpolder

Voor de Groene AS Dag is een boekje uitgegeven met ommetjes door de natuur en beschrijvingen van de verschillende groenprojecten. Het boekje met de 9 fietsroutes wordt gratis naar u verstuurd. Ga naar www.groene-as.nl om het boekje aan te vragen via het bestelformulier. U kunt het fietsrouteboekje vanaf maandag 14 september 2009 ook zelf ophalen bij de gemeentehuizen van Amsterdam en Amstelveen, het bezoekerscentrum van het Amsterdamse Bos en de stadsdeelkantoren van Geuzenveld-Slotermeer, Osdorp en Slotervaart.

Wat is er nou leuker dan op de autovrije zondag lekker te genieten van de natuur. Op de fiets ben je zo in het mooie groen aan de westkant van Amsterdam. Hier ligt de Groene AS, een aaneenschakeling van natuurgebieden tussen Amstelland en Spaarnwoude. Er zijn verschillende fietsroutes uitgezet. U kunt kiezen uit ommetjes vanaf 9 tot 60 kilometer door onder andere de Lange Bretten, de Tuinen van West, De Oeverlanden, het Amsterdamse Bos, het Schinkelbos en de Middelpolder.

Na afloop wordt het natuurgebied Zuidelijke Oeverlanden – Nieuwe Meer in het Amsterdamse Bos feestelijk geopend door wethouder Marijke Vos van gemeente Amsterdam (Openbare Ruimte en Groen) en gedeputeerde Rob Meerhof van provincie Noord-Holland (Landschap).

De Groene AS verbindt grote en kleine natuurgebieden tussen Amstelland en Spaarnwoude. Hierdoor ontstaat een ecologische verbindingszone en een aantrekkelijk leefgebied voor veel diersoorten. De Groene AS maakt deel uit van de Provinciale Ecologische Hoofdstructuur. De Groene AS is ideaal om te recreëren. Tijdens de ommetjes komt u langs picknicktafels die in het gebied zijn geplaatst. Op elke picknicktafel staat informatie over de plek waar de tafel staat.

Meer informatie over de Groene AS en de fietsdag vindt u op www.groene-as.nl