De polders van Sloten-Oud Osdorp en het AUP

Na de annexatie van de gemeente Sloten door de gemeente Amsterdam per 1 januari 1921 maakte Amsterdam plannen om het nieuw verworven grondgebied (grotendeels) te gebruiken voor uitbreiding van de stad.

Het landelijke gebied van de vroegere gemeente Sloten, met rechts boven het dorp Sloterdijk,
links midden Oud Osdorp en midden onder het dorp Sloten. Rechts de westelijke begrenzing van
de stadsuitbreidingen van de jaren dertig; circa 1940. Dit gebied is nu voor een groot deel
gevuld met de westelijke uitbreidingen van Amsterdam van na 1950.

Nadat in de jaren twintig en dertig al de wijken van Plan West tot stand kwamen in de buurten rondom het Hoofddorpplein, Surinameplein en Mercatorplein werd voor verdere uitbreiding van de stad in 1928 de afdeling Stadsontwikkeling van de Dienst der Publieke Werken opgericht. Hoofd van deze afdeling werd Cornelis van Eesteren die plannen uitwerkte voor de uitbreiding van de stad in westelijke en zuidelijke richting. Dit resulteerde in het Algemeen Uitbreidings Plan (AUP) van 1935. Volgens dit plan werden in de jaren vijftig en zestig de Westelijke Tuinsteden en Buitenveldert gebouwd. Ook de aanleg van het Westelijk Havengebied was onderdeel van het plan.

Van het grondgebied van de vroegere gemeente Sloten, dat in 1921 nog grotendeels een agrarische bestemming had werd meer dan 90% bestemd voor stedelijke woonbebouwing en/of bedrijventerreinen. Slechts een beperkt gebied aan de westelijke en zuidwestelijke rand van de stad zou een agrarische bestemming houden. Dit was voornamelijk de omgeving van de dorpen Sloten en Oud Osdorp.

Uitsnede uit de kaart van het AUP uit 1935 met de Westelijke Tuinsteden (rood)
en het landelijke gebied van Sloten-Oud Osdorp (lichtgroen).

Het AUP over de tuinbouw
In het AUP is in Hoofdstuk VII, bladzijde 65, een paragraaf over tuinbouw opgenomen. Er wordt vermeld dat de tuinbouw steeds verder wordt verdreven uit de stadsrand. De oorspronkelijke terreinen werden steeds weer onder zand bedolven. Dit gold bijvoorbeeld voor de tuinbouw bij de Boerenwetering in Zuid en voor de tuinbouw in de Baarsjespolder bij het Slatuinenpad in West. In het AUP werd voorzien om voor de bedrijfsvoering betere terreinen in te richten. Hierbij was het ook gewenst om alle kleine stukjes en beetjes tuinbouw samen te voegen op grotere terreinen. Hiervoor werd gedacht aan de Middelveldsche Akerpolder, de Osdorper Bovenpolder, waar reeds een aantal tuinderijen zich hadden ontwikkeld, maar ook om een groot aaneengesloten gebied in de Sloterpolder èn complexen in de Osdorper Binnenpolder blijvend (sic!) hiervoor aan te wijzen.

Slateelt bij de Raasdorperweg in de Osdorper Bovenpolder vond nog plaats tot enkele jaren geleden.
Op de achtergrond de Westrandweg, die het gebied inmiddels doorsnijdt; 26 mei 2017.
Foto: Erik Swierstra.

Tuinbouw in vier polders
Er werd gedacht aan de volgende verdeling: Sloterpolder 190 ha, Middelveldsche Akerpolder 80 ha, Osdorper Bovenpolder 85 ha en Osdorper Binnenpolder 50 ha. Dit is totaal 405 ha, waarvan 125 ha al aanwezig was in de eerste drie vermelde polders, dus het supertotaal komt uit dan op 530 ha tuinbouw.

Citaat:
“voor den tuinbouw is de beteekenis met bestemming tot warmoezeniersgrond gelegen in de omstandigheid, dat door dezen op de wet steunenden maatregel de bedoelde terreinen slechts voor het speciaal genoemde (of een daarmede nauw verwant) doel zullen mogen worden gebruikt. Een eenmaal op tot tuinbouw bestemd terrein gevestigd bedrijf kan zich dus verder rustig ontwikkelen zonder vrees voor verplaatsing en zich daardoor al naar behoefte aanpassen aan de moderne bedrijfseischen.”

Hoe die ‘rustige verdere ontwikkeling’ is verlopen kunnen we zien aan de autosloperijen, lege en met auto’s, caravans en bomengroei bezette kassen in de Osdorper Bovenpolder. Ja, die polder die in zijn geheel was bestemd voor tuinbouw…. In de Akerpolder en Sloterpolder is tuinbouw inmiddels geheel vervangen door huizenbouw.

Luchtfoto van tuinbouw in kassen nabij het dorp Sloten.
Links de Sloterweg, in het midden de Ditlaar; 9 mei 1969.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Open gebied tussen Amsterdam en Haarlem
Op de pagina’s 68 t/m 71 gaat het plan verder in op het landelijke gebied. Hierin wordt nadrukkelijk het belang vermeld het gebied open te houden, zodat Amsterdam en Haarlem niet aan elkaar zouden groeien. Het contact tussen de stadsbewoners en het landelijk gebied is van blijvend belang. Deze open ruimte is met behulp van het Rijk en de Provincie aardig in stand gehouden (Rijksbufferzone). Als het aan de gemeente Amsterdam had gelegen was de Osdorper Binnenpolder-Noord (Eendrachtpolder) vanaf de jaren tachtig geheel gevuld met bedrijventerreinen (woningbouw was met het Luchthavenindelingbesluit Schiphol onmogelijk geworden).

De Lutkemeerpolder is inmiddels wel gedeeltelijk gevuld met bedrijventerreinen, terwijl in het AUP juist deze polder in zijn geheel voor landbouw (akkerbouw, dat is wat anders dan tuinbouw) behouden zou moeten worden. In een gedeelte van de polder, nabij de Wijsentkade, is nog steeds akkerbouw.

Op Kaart D ‘Werkgebieden in het AUP’ zijn duidelijk de bedoelingen met het Landelijk gebied te zien: de zuidoosthoek van de Osdorper Binnenpolder-Noord én een groot deel van de Osdorper Binnenpolder-Zuid zijn daarop bestemd voor tuinbouw. Opvallend is dat het grootste deel van de Osdorper Binnenpolder-Noord nog niet bestemd is. Wel zien we de vermelding ‘in vervening’ op de kaart. Dit was de veenderij ‘De Eendracht’. De gehele Osdorper Bovenpolder is/was bestemd voor tuinbouw, zo ook de Akerpolder en de Sloterpolder ten noorden van de Sloterweg.

Luchtfoto van de Eendrachtpolder gezien naar het noordwesten tijdens de vervening in de
jaren twintig.
Op de achtergrond links de Osdorperweg, rechts de Haarlemmerweg.

Luchtfoto van de Eendrachtpolder gezien naar het noordwesten, na vervening en droogmaking
ingericht als Sportpark De Eendracht (voorgrond) en als akkerland (achtergrond).
Links liggen de volkstuinparken; 6 juni 1975.
Dit gebied is nu onderdeel van de ‘Tuinen van West’.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Omlegging Osdorperweg
Op Kaart J, ‘Hoofdverkeerswegen in het AUP’ is een bijzonder detail te zien: een groot deel van de Osdorperweg zou daaronder vallen in relatie met een circuit (reuzenrotonde) rond het dorp Sloten én in relatie met een omlegging van de Osdorperweg dóór de Osdorper Binnenpolder-Noord naar de omlegging van de Haarlemmerweg in verband met het geplande Kanaal om de West. De Haarlemmerweg zou in deze plannen met de spoorlijn omgelegd worden ten noorden van het dorp Halfweg. Deze plannen zijn echter nooit gerealiseerd en de spoorlijn en Haarlemmerweg liggen daar nog steeds op het oorspronkelijke tracé.

Osdorper Binnenpolder-Zuid
Ten slotte: Als we kijken naar de kaart ‘Het AUP, Plan in Hoofdzaak’ dan is er nog iets bijzonders te zien: naast tuinbouw is daarop de gehele Osdorper Binnenpolder-Zuid gevuld met een stukje woningbouw én veel Volkstuincomplexen tot tegen de Ookmeerweg aan. Bijzonder is dat juist déze polder zijn oorspronkelijke middeleeuwse karakter heeft behouden met uitzondering van de bedrijfsloodsen van de firma Rutte.

De Osdorper Binnenpolder-Zuid is nog als veenweidegebied gedeeltelijk behouden gebleven; 2 mei 2015.
Foto: Erik Swierstra.

Kanaal om de West
De noordwesthoek van de Osdorper Bovenpolder ligt niet in de gemeente Amsterdam maar in de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude, (sinds 1 januari 2019 gemeente Haarlemmermeer). Bij de planning van het Kanaal om de West werd daarop vooruitlopend in 1963 een grondruil gedaan: alles ten westen van het tracé werd van Haarlemmerliede, alles ten oosten van Amsterdam, waardoor het kanaal geheel in Amsterdam zou komen te liggen. Kijkend naar de tuinbouw is het boeiend te zien dat in de gemeente Haarlemmermeer de tuinbouw een geheel eigen leven is gaan lijden/leiden. Uit de kassen groeit natuur dwars door de beglazing heen.

Het ontworpen tracé van het Kanaal om de West tussen de Ringvaart van de
Haarlemmermeerpolder en
Zijkanaal F op de kaart van het AUP uit 1935.
In geel in het midden is de omgelegde Osdorperweg door de Osdorper Binnenpolder aangegeven.

Tuinbouwgebied Sloten
In het Algemeen Uitibreidings Plan werd de Sloterpolder vrijwel geheel bebouwd, alleen nabij het dorp Sloten zou een deel agrarisch blijven. De tuinders die in de Overtoomse Polder (het deel van deze polder ten westen de Overtooomse Buurt) hun bedrijven hadden, zouden worden verplaatst naar het Tuinbouwgebied Sloten, tussen de Plesmanlaan, Louwesweg en Sloterweg. Dit tuinbouwgebied werd in de jaren 1958-1960 ingericht. De laatste tuinders in Overtoomse Veld vertrokken in 1959 in het gebied waar tegenwoordig het Rembrandtpark ligt.

Het Tuinbouwgebied Sloten zou uiteindelijk slechts drie decennia blijven bestaan, want in de jaren tachtig werden ook voor dit gebied plannen voor bebouwing gemaakt. In 1988 moesten de tuinders hier weer vertrekken, waarna in de jaren negentig hier de wijk Nieuw Sloten verrees. Een deel van de tuinders vond een nieuwe plek nabij Almere, anderen vertrokken naar elders in Nederland of stopten met hun bedrijf.

Luchtfoto van het Tuinbouwgebied Sloten, gezien in westelijke richting.
In het midden de Louwesweg; 21 juli 1983. Hier ligt nu de wijk Nieuw Sloten.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Middelveldsche Akerpolder
Ook ten noorden van het dorp Sloten werd het nog overgebleven poldergebied bestemd voor de tuinbouw. Dit betrof in eerste instantie de Middelveldsche Akerpolder. Ook hier maakten weilanden plaats voor tuinbouwbedrijven. Deze bleven iets langer bestaan dan het hiervoor genoemde Tuinbouwgebied Sloten, maar moesten in de jaren negentig ook wijken voor woningbouw. In de jaren negentig verrees hier de wijk De Aker. Wel bleven de oude Noorder Akerweg en de Zuider Akerweg bestaan met bebouwing die nog deels dateert uit de tijd van de tuinbouw.

Het tuinbouwgebied in de Middelveldsche Akerpolder, gezien in noordelijke richting.
Op de voorgrond de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder, rechtsonder de Zuiderakerweg,
linksboven de Noorderakerweg; april 1973. Hier ligt nu de wijk De Aker.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Osdorper Binnenpolder
Ook het restant van de Osdorper Binnenpolder, voor zover niet bebouwd met de huizen van de tuinstad Geuzenveld en gebruikt voor het Sportpark Ookmeer, behield deels een agrarische bestemming. Hier geen tuinbouw, maar in het veenweidegebied ten noorden van de Ookmeerweg bleven weilanden zoals vanouds, terwijl in de uitgeveende Eendrachtpolder deels akkerland bleef bestaan en een deel een bestemming kreeg als sportpark of als terrein voor volkstuinparken. De akkerbouw bleef bestaan tot in het begin van de 20e eeuw, de grond hiervan werd sinds 2012 onderdeel van de Tuinen van West met recreatieve bestemmingen, maar ook een nieuwe tuinbouwbestemming in de vorm van de Fruittuin van West.

Osdorper Bovenpolder
De Osdorper Bovenpolder behield ook deels een bestemming met weilanden (in het zuiden) en het noordelijke deel werd bestemd voor tuinbouw, vooral in kassen. Deze bestemmingen zijn voor een groot deel tot nu toe blijven bestaan.

Lutkemeerpolder
De Lutkemeerpolder behield aanvankelijk zelfs grotendeels de bestemming van akkerbouwgebied. Uitzonderingen waren de aanleg van de Begraafplaats Westgaarde aan de zuidoostkant en de aanleg van de slibvelden aan de noordwestkant. Deze hebben inmiddels plaatsgemaakt voor het recreatiegebied de Raesberg.

Boerderij ‘De Melkweg’ aan de Lutkemeerweg is nog een van de laatste boerderijen met een agrarische functie.
Deze boerderij en de boerderij ‘Tijd is Geld’ staan nu op de gemeentelijke monumentenlijst; 4 november 2013.
Foto: Erik Swierstra.

Boerderijen
Van de akkers is inmiddels al weer een deel verdwenen. In het noordwesten van de polder werd een natuurgebied aangelegd. Ten zuidwesten van de begraafplaats is inmiddels het bedrijventerrein Lutkemeer 1 aangelegd, terwijl er plannen zijn voor Lutkemeer 2. De Boerderij De Boterbloem is in een strijd voor het voortbestaan gewikkeld tegen de plannen voor de aanleg van dit tweede bedrijventerrein. Wel is de Lutkemeerweg in zijn geheel blijven bestaan, van de oorspronkelijke vijf boerderijen bestaan er nu nog drie, waarvan er inmiddels twee op de lijst van gemeentelijke monumenten staan. Tussen de oorspronkelijke agrarische bebouwing is inmiddels een lintbebouwing van vrijstaande huizen en villa’s verrezen.

Erik Swierstra en Pieter Boekschooten; augustus 2019.

Zie ook de cultuurhistorische gids Fietsen door Landelijk Osdorp.