De Haarlemmertrekvaart en Haarlemmerweg

Tot in het begin van de 17e eeuw liep de belangrijkste vaarweg van Amsterdam naar Haarlem over het IJ. De landweg liep tot het begin van de 16e eeuw via Sloten en Vijfhuizen. Toen deze landverbinding in 1508 door het Haarlemmermeer was weggespoeld bleef over land alleen de route over de bochtige Spaarndammerdijk over.

De kaarsrechte Haarlemmertrekvaart (‘Nieuwe Treck vaert’) op een kaart van een deel van het Hoogheemraadschap van Rijnland uit 1746.

Trekvaart
In 1631 besloten de steden Amsterdam en Haarlem om een trekvaart tussen beide steden aan te leggen. Dit was de eerste trekvaart in Holland. In Vlaanderen waren er al dergelijke vaarwegen. De vaart werd in een vrijwel rechte lijn gegraven tussen de Haarlemmerpoort in Amsterdam en de Amsterdamse Poort in Haarlem. In 1632 was de Haarlemmervaart gereed en kon de dienst met trekschuiten van start gaan. Langs de trekvaart was een jaagpad aangelegd. Dit werd in 1762 van wegverharding voorzien. Dit was het begin van de Haarlemmerweg.

De trekschuit naar Haarlem bij het begin van de Haarlemmerweg-Haarlemmervaart; circa 1652. Afbeelding: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Comfortabel
De trekschuit was de meest comfortabele, regelmatige en betrouwbare vorm van transport in de Nederlanden in de 17e en 18e eeuw. Alleen tijdens vorstperioden in de winter was het vervoer gestremd. In de rest van het jaar was er een frequente dienst. Halverwege de beide steden was de vaart onderbroken door de uitwateringssluizen van het Hoogheemraadschap van Rijnland. Hier moesten de reizigers overstappen. Er ontstond een buurtschap met herbergen etc. Dit werd het dorp Halfweg.

Nog enige tijd na de opening van de spoorlijn in 1839 bleven de trekschuiten varen, maar dit vervoermiddel moest het na enige tijd toch afleggen tegen de snellere trein. In 1883 voer hier de laatste trekschuit. Regelmatig scheepvaartverkeer is er niet meer. Maar de trekvaart heeft nog wel een functie in de waterhuishouding. Zo is het gedeelte tussen Halfweg en het Westerpark in Amsterdam een boezemwater van het Hoogheemraadschap Rijnland gebleven.

De Haarlemmerweg gezien in westelijke richting, tussen de Van Hallstraat en Sloterdijk, ter hoogte van Vredenhof, met paardentram (rijtuig 43) van tramlijn 12 (Nassauplein – Sloterdijk), voor de elektrificatie. Rechts de Haarlemmervaart met een binnenvaartschip; circa 1915.

De Haarlemmerweg
Langs de Haarlemmertrekvaart tussen Amsterdam en Haarlem werd een jaagpad aangelegd ten behoeve van de trekschuiten. Dit pad werd in 1762 van een wegverharding voorzien, waarmee het pad tot Haarlemmerweg werd. Het gedeelte tussen Halfweg en Haarlem heet Amsterdamseweg. In de Franse tijd werd de weg tot ‘Route Impériale’ verheven. Sinds de annexatie van de gemeente Sloten in 1921 ligt de weg geheel binnen de gemeente Amsterdam.

Langs de Haarlemmerweg en met name in de omgeving van het dorp Sloterdijk werden in de 17e en 18e eeuw diverse hofsteden gebouwd. In de 19e eeuw kwam er ook enige industrie. Ook de Westergasfabriek, die een belangrijke rol vervulde in de gasvoorziening van Amsterdam verrees in 1883 nabij de Haarlemmerweg.

De Molen de 1100 Roe langs de Haarlemmerweg; juni 1940. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Molens
Langs de Haarlemmerweg verrezen drie molens: Molen de Bloem, de 1100 Roe en de 1200 Roe. Een Roede is een oude lengtemaat en is 3,767 meter. Ook d’Eenhonderd Roe is een bekend begrip langs de Haarlemmerweg. Hier stond een herberg met die naam. Het eerste station van Amsterdam werd hier in 1839 tegenover gebouwd: dit werd Station d’Eenhonderd Roe.

Opening van de tramlijn Amsterdam – Haarlem. Tram op de Haarlemmerweg nabij Sloterdijk; oktober 1904. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Tramlijn
In 1882 werd tussen het Nassauplein en Sloterdijk een tramlijn aangelegd. Tot 1888 reed deze met stoomtractie, daarna als paardentram, vanaf 1905 in gemeentelijke exploitatie. In 1916 werd deze als laatste Amsterdamse tramlijn geëlektrificeerd. Daarna reed hier lijn 12, die, na de annexatie van Sloterdijk door Amsterdam in 1921, in 1922 werd opgevolgd door lijn 18. Deze werd per 1 januari 1951 vervangen door een busdienst. Eerst lijn L, daarna lijn 18.

In 1904 werd de tramlijn Amsterdam – Haarlem – Zandvoort van de Electrische Spoorweg-Maatschappij (ESM) geopend die tussen Sloterdijk en Halfweg langs de Haarlemmerweg lag. Deze werd opgeheven op 31 augustus 1957 en vervangen door een busdienst van de NZH, tegenwoordig Connexxion.

Verbreding van de Haarlemmerweg nabij Halfweg. Op de achtergrond de tramlijn en de spoorlijn Amsterdam – Haarlem; 1927.
Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

Verbreding
Diverse malen werd de Haarlemmerweg verbreed. De laatste keer was na de opheffing van de Blauwe Tram toen de weg ten westen van Sloterdijk twee gescheiden rijbanen kreeg met vier rijstroken. Het gedeelte ten westen van Halfweg werd in de jaren zeventig gedeeltelijk verbouwd tot autosnelweg. Deze kreeg de aanduiding A5. Later is dit de A200, respectievelijk N200 geworden. Het Amsterdamse deel van de Haarlemmerweg wordt aangeduid als s103.

Na opheffing van de tramlijn is de Haarlemmerweg een brede weg voor autoverkeer geworden. Op de achtergrond links de Petruskerk en het dorp Sloterdijk; 29 december 1959. Foto: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam.

De Haarlemmerweg is nu de noordelijke begrenzing van de Staatsliedenbuurt en de wijken Bos en Lommer, Slotermeer en Geuzenveld.

Erik Swierstra, Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp

Zie ook: De Westerpost van 11 november 2009.

Literatuur

Tot gerief van de Reiziger, Vier eeuwen Amsterdam – Haarlem. Auteur: Willem van der Ham. SDU Uitgeverij, Den Haag, 1989. ISBN 9012063124

Zie ook:

Zie ook: http://nl.wikipedia.org/wiki/Haarlemmertrekvaart (Amsterdam)

Zie ook: https://geheugenvanwest.amsterdam/page/10328/de-haarlemmertrekvaart-en-haarlemmerweg