Sloterweg 711-715, ofwel de Rode Leeuw (vervolg)

In antwoord op het verzoek van de dorpsraad om deze huisjes een status van gemeentelijk monument te geven, laat de bestuurscommissie weten dat het verzoek in overweging wordt genomen.

Begin volgend jaar zal hiernaar gekeken gaan worden. Hoe in de tussentijd deze huisjes geconserveerd worden wordt niet gemeld. Ronald Mauer, lid van het dagelijks bestuur van de BC, zegt dat deze huisjes een waardevol element vormen in de belevingswaarde van de oude Sloterweg.

De archeologische dienst van de gemeente Amsterdam heeft dit deel van de Sloterweg ook benoemd als aandachtsgebied, waar niet zonder onderzoek bouwactiviteiten mogen plaatsvinden. Deze hoopvolle tekenen mogen de opvatting doen steunen dat behoud en herstel van deze huisjes tot de mogelijkheid behoort en dat planvorming met grote mate van voorzichtigheid moet geschieden.

Grondig doorspitten van de beeldbank van het gemeentearchief leverde nog een paar aardige vondsten op. Twee tekeningen uit de tweede helft van de 18de eeuw, beide in oostelijke richting gezien. Ze zullen na de middag met de zon in de rug gewerkt hebben. De eerste laat een boer zien met 3 varkens op weg richting Amsterdam. Het platteland voedt de stad. Een ruiter met paard en enkele gasten voor de herberg.

Een tekening van Jacobus Kops Goedschalksz uit 1760. De tweede tekening, van Herman Schouten, uit 1785, laat een boer met enkele koeien zien die richting Sloten gaan. Een paard dat voor een sjees gespannen staat krijgt fourage bij de Rode Leeuw. Dit type taferelen kom je ook tegen op schilderijen in het Rijksmuseum en vormde in die tijd een populair genre. Denk aan Paulus Potter, e.d.

Een derde vondst betreft een steen die zich in de tuin van bureau monumentenzorg aan de Keizersgracht bevindt, getiteld: De Roo Leew. Deze steen blijkt eerder in een gevel aan de Valkenburgerstraat te hebben gezeten, maar kan wellicht afkomstig zijn van de Sloterweg. De stijl van het beeldhouwwerk en de belettering duiden op een behoorlijke ouderdom die past bij de 16de eeuwse oorsprong van onze herberg, waar nu de huisjes 711-715 staan.

Deze geschiedenis moet nog verder ontrafeld worden en als er nadere vondsten gedaan worden zal ik ze zeker melden.

Nico Jansen

Uit: de Westerpost van 14 oktober 2015.