Precies op het moment dat Ahold de gemeente liet weten geen distributiecentrum te willen vestigen in de Lutkemeerpolder, begonnen er voorbereidende werkzaamheden voor de aanleg van een weg dwars door de polder.
De redactie van deze Nieuwsbrief vroeg daarop aan de gemeente waarom er bouwrijp gemaakt moest worden terwijl er geen gegadigde meer was. Als antwoord hierop ontving de redactie een uitgebreide mail van de gemeente. De redactie vroeg Marijke Kruyt van Platform Behoud Lutkemeer hierop te reageren.
Bestemmingsplan Lutkemeer nog altijd niet bekrachtigd
Voordat Marijke kan reageren op de ontstane situatie nadat Ahold had gemeld zich niet meer in de Lutkemeerpolder te willen vestigen, doet zij nog een stap terug in de tijd: “Het plan om in de Lutkemeer een bedrijventerrein te vestigen is al twintig jaar geleden gemaakt. In 2013 heeft de gemeenteraad dit bestemmingsplan bevestigd. De gemeenteraad was op dat moment echter niet goed was geïnformeerd over de verregaande corruptie in dit dossier. Daarom ging het Platform Behoud Lutkemeer naar de rechter, die het Platform in het gelijk stelde: De rechter droeg het gemeentebestuur op om het bestemmingsplan Lutkemeer opnieuw in de gemeenteraad in stemming te brengen. En daarbij openheid te geven over hoe dit bestemmingsplan indertijd onder invloed van corruptie tot stand is gekomen. Dit is nog altijd niet gebeurd. Het College van Burgemeester en Wethouders blijft dit nu al anderhalf jaar traineren. Ondertussen heeft het Platform Behoud Lutkemeer een rapport opgesteld waarin de hele corruptiegeschiedenis rond de Lutkemeerpolder nauwkeurig wordt beschreven. Dit verschijnt binnenkort. Hou dit even in je achterhoofd als je verder leest.”
Gemeente: er zijn andere partijen, wij gaan door
Dan maken we nu de tijdsprong naar begin 2022: Afgelopen november hebben veel sympathisanten van Platform Behoud Lutkemeer bij de gemeente geklaagd over de herstart werkzaamheden in de Lutkemeerpolder. Zij kregen op 5 januari een reactie van Bilal Amajjoud, de projectmanager ‘Business Park Amsterdam Osdorp’, die namens wethouder Van Doorninck sprak: “Onlangs is gestart met het bouwrijp maken van de tweede fase van Businesspark Amsterdam Osdorp in de Lutkemeerpolder. Kort na de start van de werkzaamheden werd duidelijk dat Ahold zich niet zoals verwacht met een distributiebedrijf in het gebied zal vestigen. We hebben veel vragen gekregen of daarom de werkzaamheden niet gestopt moeten worden. Naast Ahold is er echter nog een overeenkomst met een andere partij voor een groot kavel en wordt met een aantal partijen gesproken over overeenkomsten voor de iets kleinere kavels. De werkzaamheden die nu plaatsvinden zijn nodig voor het op tijd bereikbaar maken van die kavels. De werkzaamheden gaan dan ook gewoon door.”
Nog altijd geen definitieve reserveringsovereenkomst
Marijke Kruyt van Platform Behoud Lutkemeer reageert: “Die zogenaamde andere partij die nu wordt opgevoerd, is projectontwikkelaar Thunnissen. Hij is namelijk de opvolger van SEKU BV. Dat is de private partij die al sinds 2008 met de gemeente een samenwerkingsovereenkomst heeft om een deel van de Lutkemeerpolder – zoals zij dat noemen – ’te ontwikkelen’. Over die overeenkomst met SEKU BV is heel veel te doen geweest, omdat deze tot in de Hoge Raad een cruciale rol heeft gespeeld in de veroordeling van de corrupte Ton Hooijmaijers. Mede onder druk van ons onderzoek heeft de gemeente in 2018 deze overeenkomst met SEKU BV afgekocht, en overgedaan aan Thunnissen. In 2018 heeft de gemeenteraad een motie aangenomen die zegt dat men onomkeerbare werkzaamheden zolang mogelijk moet uitstellen en alleen dán mag starten wanneer er voor betreffend gebied een definitieve reserveringsovereenkomst is. Die motie heeft zeker geen betrekking op de afspraak met Thunnissen; de motie gaat over nieuwe overeenkomsten die afgesloten zouden worden. Wethouder Van Doorninck schetst voor de zoveelste keer een foutief beeld.”
Wethouder schendt eigen belofte uit 2019
“Maar het is allemaal nog vreemder”, aldus actievoerster Marijke: “Op 6 maart 2019 schreef wethouder Van Doorninck zélf nog in een brief aan de gemeenteraad: “Het sluiten van een reserveringsovereenkomst zal voor het eerste deelgebied wel als voorwaarde worden gesteld voordat er wordt gestart met bouwrijp maken.” Nu er geen reserveringsovereenkomst meer is, moet er dus gestopt worden met bouwrijp maken, is volgens ons – en ook volgens haarzelf dus – de enige logische conclusie. Maar nee, tóch gaat men in volle vaart verder met het aanleggen van een weg. Hiervoor is het noodzakelijk om zand aan te brengen. De mooie biologische bodemstructuur van de Lutkemeerpolder, met een grote biodiversiteit, wordt hierdoor steeds verder vernield!”
In de compacte stad veel behoefte aan bedrijventerrein
De gemeente heeft nog een nieuw argument waarom zij de werkzaamheden in de Lutkemeerpolder doorgang laat vinden. Als op bedrijventerreinen elders in de stad woningen worden gebouwd, dan kunnen de daar verdreven bedrijven naar de Lutkemeerpolder verhuizen. Bilal Amajjoud, de projectmanager ‘Business Park Amsterdam Osdorp’ verwoordt het als volgt: “De ruimte in Amsterdam is schaars. Daarom voert de gemeente een ‘compacte gemengde stad beleid’. Dit houdt in dat de stad ervoor kiest om verschillende functies en voorzieningen binnen de grenzen van de stad toe te voegen. De afgelopen jaren zijn verschillende bedrijventerreinen aangewezen als woningbouwlocaties. De daar gevestigde bedrijven, maar ook nieuwe bedrijven, verhuizen naar elders in de regio of naar de randen van stad. De ontwikkeling van het bedrijventerrein in de Lutkemeerpolder is met circa 25 hectare uitgeefbare kavels een belangrijke schakel in deze strategie. Het aantal Amsterdammers is in de afgelopen decennia toegenomen. Met deze toename groeit ook de behoefte aan ruimte voor ondersteunende bedrijven. De ruimte voor bedrijven wordt met alle transformaties kleiner en daarom is de ontwikkeling van bedrijventerreinen zoals in de Lutkemeerpolder van essentieel belang voor het goed functioneren van de compacte gemengde stad.”
Geen belangstelling van bedrijven voor Lutkemeerpolder
Marijke Kruyt van Platform Behoud Lutkemeer: “Hier kan ik heel kort op reageren. Niets wijst erop dat bedrijven, die uit de stad werden verdreven, zich nu in de Lutkemeerpolder willen vestigen. Dat is het nou juist. Er is al die jaren nog geen enkel belangstellend bedrijf gekomen dat de definitieve reserveringsovereenkomst heeft getekend.”
Gemeente: bedrijventerrein is duurzame ontwikkeling
De gemeente is van mening dat het terugdraaien van de plannen in de Lutkemeerpolder een negatief effect zou hebben op de stedelijke ambities voor o.a. de woningbouw, economie en de uitstootvrije stad. Projectmanager Bilal Amajjoud: “Als gemeente sturen we aan op duurzame ontwikkeling van de stad. Bij de ontwikkelingen van het bedrijventerrein in de Lutkemeerpolder betekent dit dat er veel ruimte is voor natuur, dat er aandacht is voor biodiversiteit en migratieroutes van fauna, dat toekomstige bedrijven duurzaam en circulair moeten bouwen en dat lokale voedselproductie mogelijk blijft binnen het plangebied, omdat er 3 ha grond beschikbaar is voor stadslandbouw. Op deze manier wordt er ingespeeld op de belangen van de stad van nu en in de toekomst.”
Bouw niet op vruchtbare grond; bescherm de scheggen
Marijke Kruyt reageert: “De Lutkemeerpolder is het enige stuk onbebouwde grond in Amsterdam met vruchtbare klei. Al jaren geleden heeft het Landelijk Planbureau voor de Leefomgeving voor het hele land als richtlijn vastgesteld: “Bouw niet op vruchtbare grond”. En de gemeente spreekt zichzelf tegen omdat het bebouwing van de Lutkemeerpolder strijdig is met zijn eigen uitgangspunten. In de gemeentelijke ‘Omgevingsvisie 2050’ uit 2021 staat op pagina 56 onder de kop ‘Rigoureus vergroenen’: “Amsterdam versterkt de bestaande structuur van groene scheggen.” Welnu de Lutkemeerpolder ligt in die kostbare groene scheggenstructuur en verdient het dus om te worden beschermd in plaats van te worden vernietigd.”
De oude economie tegenover biodiversiteit
De economische argumenten om de Lutkemeerpolder als bedrijventerrein in te richten kunnen ook niet op steun rekenen van Platform Behoud Lutkemeer. Marijke: “Voor de economie zou het beter zijn om in de polder een Voedselpark aan te leggen en de ecosysteemdiensten zoals waterberging, verbetering luchtkwaliteit, recreatie (en meer functies) in stand te houden. De Wageningse universiteit heeft berekend dat de polder meer geld voor de gemeente verdient als biopolder dan als bedrijventerrein met grijze betonnen loodsen. De argumentatie van de gemeente is achterhaald. In de huidige klimaatcrisis is duidelijk dat biodiversiteit van levensbelang is voor een gezonde stad.”
Uitstootvrije stad
Tot slot wil Marijke Kruyt nog reageren op de door de gemeente gebruikte term ‘uitstootvrije stad’: “De gemeente beweert in zijn mail van 5 januari met droge ogen dat “Bij de ontwikkelingen van het bedrijventerrein in de Lutkemeerpolder betekent dit dat er veel ruimte is voor natuur, dat er aandacht is voor biodiversiteit en migratieroutes van fauna, dat toekomstige bedrijven duurzaam en circulair moeten bouwen.” Dat is toch pure misleiding? Als je groen vernielt en versteent en dat een verbetering van de biodiversiteit noemt, valt dat voor gewone stervelingen toch onder het kopje ‘greenwashing’? Ten eerste is projectontwikkelaar Thunnissen geen partij die onderworpen is aan de duurzaamheidseisen van de gemeente. En ten tweede is de grootst mogelijke biodiversiteit en circulariteit natuurlijk het allerbest gewaarborgd als de polder groen blijft. De wethouder klopt zichzelf op de borst dat zij persoonlijk drie hectare voor de stadslandbouw heeft gered. Ook dat is klinkklare kletskoek. Zij verkwanselt 40 hectare fantastische stadslandbouwgrond ten behoeve van zogenaamd economisch gewin. En de onderliggende financiële berekening klopt niet eens!”
Voedselpark Amsterdam
Vier organisaties hebben een plan gemaakt om van de Lutkemeerpolder het ‘Voedselpark Amsterdam’ te maken. Meer daarover leest u in de Nieuwsbrief van volgende week. Wilt u zelf op de hoogte blijven van alles rond het behoud van de Lutkemeerpolder, neem dan een abonnement op de nieuwsbrief van het Platform.
Tamar Frankfurther, 15 januari 2022.