Sinds de ontginning in de 10e-13e eeuw was dit veenweidegebied. Gezien de huidige naam en naamsverwantschap was dit gebied mogelijk verbonden met de Middelveldsche Polder, die zich uitstrekte tussen de Spieringshoornpolder, de latere Osdorper Binnenpolder, en de toenmalige Sloter Binnenpolder.
(N.B. Door op de afbeeldingen te klikken kan een vergrote weergave worden getoond.)
Van oudsher lag de Middelveldsche Akerpolder deels in de Osdorperban, deels in de Sloterban en een heel klein deel in de Geerban, in 1816 verenigd in de voormalige gemeente Sloten (geannexeerd door Amsterdam in 1921). Het doorlopen van de vroegere scheidsloot van de eerste twee bannen voorbij de Osdorperweg door de Middelveldspolder tot nabij Sloterdijk, alsmede de formele naam van de polder, doen vermoeden dat oorspronkelijk vrije afwatering plaatsvond op het IJ, door de voormalige Middelveldssluis in de Spaarndammerdijk ten westen van Sloterdijk.
Na het graven van de trekvaart naar Haarlem in 1632 was het noodzakelijk om de door deze vaart doorgraven polders van molens langs de Haarlemmerweg te voorzien daar de rechtstreeks lozing op het IJ via duikers in de Spaarndammerdijk niet meer mogelijk was. Zo ontstonden de molens die later bekend zijn geworden als de 1100 Roe en 1200 Roe, naar de afstand tot de Haarlemmerpoort en ook nog enkele inmiddels verdwenen molens ten noorden van de Haarlemmervaart.
De Middelveldsche Akerpolder werd al sinds 1598 bemalen door de (oude) Aecker Molen, een wipmolen met scheprad met een vlucht van 17 m, die uitwaterde op de Haarlemmermeer. Deze molen stond nabij de plek waar de Wijsentkade uitkwam op de Haarlemmermeer. Tegenwoordig bevindt zich hier de Lijnderbrug tussen de Ookmeerweg en de Amsterdamse Baan in de Haarlemmermeer.
Den Aecker
Op oude kaarten werd de Middelveldsche Akerpolder ook aangeduid als ‘Den Aecker’. Dit was een driehoekig gebied tussen de Osdorperweg, de Wijsentkade / Lutkemeer en de oever van de Haarlemmermeer. Op een oude kaart van het Hoogheemraadschap Rijnland uit 1746 staan vermeldingen van de ‘Middel velts Aecker polder’ en ‘De Nacker Molen’ tussen Sloten en de Lutkemeer. De kade langs de Haarlemmermeer had veel te lijden onder oeverafslag. Dit bleef een groot probleem tot de droogmaking van de Haarlemmermeer in 1852.
In december 1875 werd concessie verleend voor het vervenen van de Middelveldsche Akerpolder. Vanaf 1876 werd het gebied uitgeveend en vervolgens in 1896 weer ingepolderd als droogmakerij. Het polderpeil kwam hiermee circa twee meter lager te liggen. Ter vervanging van de oude molen werd in 1874 een nieuwe Akermolen gebouwd, met gebruikmaking van onderdelen van de oude molen. De molen was een van de grootste van Holland, met een vlucht van 28 meter. Er was aanvankelijk een scheprad van 5,25 m, dit werd in 1896 vervangen door een vijzel. Overigens kon de molen ook omgekeerd werken; ze kon in tijden van nood de polder onder water zetten; ze maakte deel uit van de Stelling van Amsterdam.
In 1921 kwam er een nieuw elektrisch gemaal naast de molen. De molenromp werd verwijderd en de stenen onderbouw bleef als molenstomp bestaan en werd voorzien van een nieuw dak met dakpannen. Dit diende nu als dienstwoning voor het gemaal. Nadat er in de jaren negentig een nieuw klein gemaal ernaast was gebouwd vertrokken in 1999 de laatste bewoners. De oude woning raakte in verval en het stadsdeel Osdorp wilde deze slopen. Na langdurig actievoeren door bewoners uit de omgeving bleef deze uiteindelijk toch behouden en is vanaf 2008 door Stadsherstel Amsterdam gerestaureerd (herbouwd). Sinds 2010 is de Akermolen in gebruik als theehuis.
Deze polder werd aanvankelijk gebruikt voor veeteelt. Langzamerhand kwamen er meer tuinderijen. Tot eind 20e eeuw was er voornamelijk tuinbouw, totdat in de jaren zestig een deel van tuinstad Osdorp (de wijk De Punt, rond het Dijkgraafplein) en vanaf de jaren negentig de woonwijk De Aker werden gebouwd. In 2004 was de woningbouw voltooid en daarmee de polder vrijwel geheel bebouwd.
Erik Swierstra, maart 2023.
Werkgroep Historie Sloten-Oud Osdorp
De (meeste) foto’s en kaarten zijn afkomstig uit de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam.